ECLI:NL:RBNHO:2020:10620
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen WOZ-waarde woning en aanslag onroerende-zaakbelastingen
Op 25 november 2020 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak tussen eiser, [X], en de heffingsambtenaar van de gemeente Bloemendaal. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde G. Gieben, had beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van 12 augustus 2019, waarin de waarde van zijn woning aan de [A] te [Z] voor het kalenderjaar 2019 was vastgesteld op € 331.000. Eiser was van mening dat deze waarde te hoog was en heeft daarom bezwaar aangetekend.
Tijdens de zitting op 11 november 2020 hebben partijen hun standpunten toegelicht. Eiser werd vertegenwoordigd door J.L.G. Herk, terwijl verweerder werd vertegenwoordigd door taxateurs [B] en [C]. Na overleg hebben partijen overeenstemming bereikt over de waarde van de woning, die nu is vastgesteld op € 290.000. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd en de waarde van de woning verlaagd. Tevens is de aanslag onroerende-zaakbelastingen aangepast aan de nieuwe waarde.
De rechtbank heeft verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser, vastgesteld op € 1.572, en heeft bepaald dat het betaalde griffierecht van € 47 aan eiser moet worden vergoed. De uitspraak is gedaan door mr. B. van Walderveen, rechter, in aanwezigheid van mr. M.R. Marinus, griffier. Deze uitspraak is niet openbaar uitgesproken vanwege coronamaatregelen, maar zal alsnog openbaar worden gemaakt zodra dat mogelijk is. Partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Amsterdam.