In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Noord-Holland, heeft de kantonrechter op 25 november 2020 een tussenvonnis gewezen in een verstekzaak tussen de besloten vennootschap Ziggo B.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij, Ziggo B.V., heeft een vordering ingesteld tot betaling van een hoofdsom van € 428,83, waarvan een deel betrekking heeft op kosten voor 'Films van Ziggo on Demand' en kosten voor bellen buiten de bundel. De kantonrechter heeft in een eerder tussenvonnis van 30 september 2020 de eisende partij in de gelegenheid gesteld om ontbrekende facturen in het geding te brengen en om de vordering nader toe te lichten.
Bij akte van 28 oktober 2020 heeft Ziggo B.V. haar vordering verder toegelicht, maar de kantonrechter heeft geoordeeld dat de informatieverstrekking over de totale kosten van het abonnement nog niet afdoende is. De kantonrechter heeft gewezen op de verplichtingen van de handelaar om de consument duidelijk en begrijpelijk te informeren over de totale kosten, zoals vastgelegd in artikel 6:230m lid 1 van het Burgerlijk Wetboek. De kantonrechter heeft de eisende partij verzocht om een nadere toelichting te geven over hoe de consument is geïnformeerd over de kosten en hoe het huren van films via Ziggo on Demand precies werkt.
De kantonrechter heeft iedere verdere beslissing aangehouden en de eisende partij in de gelegenheid gesteld om een akte te nemen, zoals bedoeld in de overwegingen van het tussenvonnis. De beslissing is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.