4.4.Voor de beoordeling van de resterende gevorderde materiële schadevergoeding volgt de rechtbank grotendeels de schadestaat die door [eiser] als productie 7 bij dagvaarding is gevoegd.
Verlies zelfwerkzaamheid/ huishoudelijke hulp
4.4.1.[eiser] vordert aan verlies zelfwerkzaamheid € 741,-. Aan huishoudelijke hulp vordert hij € 1.118,-. [eiser] stelt daarbij aangesloten te hebben bij de richtlijnen van de letselschaderaad.
[gedaagde] betwist deze kosten van [eiser] .
4.4.2.In zaken met betrekking tot letselschade wordt bij het vaststellen van het verlies aan zelfwerkzaamheid en kosten voor huishoudelijke hulp doorgaans aangesloten bij de normbedragen van de Letselschade Richtlijnen. Bij toepassing van deze richtlijnen hoeft geen concreet bewijs van schade te worden geleverd, maar de schade dient wel aannemelijk te worden gemaakt. Gelet op de gemotiveerde betwisting door [gedaagde] heeft [eiser] onvoldoende aannemelijk gemaakt dat hij enige kosten heeft gemaakt voor verlies aan zelfwerkzaamheid en huishoudelijke hulp. De rechtbank wijst deze schade dan ook af.
Medische kosten offerte TCN Schagen
4.4.3.[eiser] vordert een bedrag van € 10.539,23 zijnde een offerte van het Tandheelkundig Centrum (hierna: TCN) in Schagen betreffende behandelingen die hij aan zijn gebit dient te ondergaan als gevolg van de mishandeling. De strafrechter heeft de betreffende vordering onvoldoende onderbouwd geacht, [eiser] in zoverre niet-ontvankelijk verklaard en [eiser] verwezen naar de civiele procedure.
Uit de overgelegde foto’s en de medische verklaringen die na de mishandeling zijn opgesteld, blijkt dat [eiser] door de mishandeling schade aan zijn kaak en gebit heeft opgelopen. Het verweer van [gedaagde] dat deze kosten niet in causaal verband staan met de mishandeling verwerpt de rechtbank dan ook. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [eiser] verklaard dat hij in oktober 2015 door de kaakchirurg aan zijn kaak is geopereerd en vervolgens naar de tandarts is verwezen voor verdere behandeling. De offerte van het TCN is (thans wel) uitgesplitst in onderdelen en de rechtbank acht deze duidelijk. Onder deze omstandigheden zal de rechtbank deze gevorderde schade volledig toewijzen.
Medische kosten 2016-2017
4.4.4.[eiser] vordert het eigen risico van de zorgverzekeraar over 2016 en 2017 ad € 385,- per jaar alsmede:
- € 6,58 factuur Diazepam d.d. 13 januari 2016,
- € 13,98 factuur ACN Apotheek d.d. 29 november 2016,
- € 60,58 extra tandartskosten in december 2017, en
- € 139,32 opvragen medische informatie d.d. 14 juli 2017.
Tegen de laatste schadepost ad € 139,32 heeft [gedaagde] geen verweer gevoerd, zodat deze door de rechtbank zal worden toegewezen. De rechtbank acht de overige kosten voldoende onderbouwd door [eiser] en zal deze, ongeacht het verweer van [gedaagde] daartegen, ook toewijzen.
4.4.5.[eiser] vordert over 2015 aan parkeerkosten € 49,50 en over 2016 en 2017 aan parkeerkosten en gereden kilometers € 1.280,-. Tijdens de mondelinge behandeling heeft mr. Mekkelholt namens [gedaagde] deze kosten erkend tot een bedrag van € 89,20 aan parkeerkosten en € 406,- aan kilometervergoeding, hij heeft daarbij geen onderscheid gemaakt tussen de kosten in 2015 enerzijds en in 2016 en 2017 anderzijds. De strafrechter heeft over 2015 een bedrag van € 38,- aan parkeerkosten toegewezen en een bedrag van € 335,- aan gereden kilometers (welk bedrag was gevorderd).
4.4.6.De rechtbank kan enkel oordelen over de kosten die na indiening van het voegingsformulier in het strafproces zijn ingediend. [eiser] heeft in productie 9 twee kwitanties overgelegd waaruit blijkt dat hij na indienen van het strafvoegingsformulier op 9 december 2015 op 16 december 2015 € 1,50 en op 29 december 2015 € 4,- aan parkeerkosten heeft moet betalen. De rechtbank acht deze kosten over 2015 toewijsbaar en zal de vordering over 2015 met betrekking tot de parkeerkosten voor het meerdere afwijzen. Uit bijlage 14 bij productie 7 blijkt dat [eiser] op 10 december 2015 tweemaal van Kolhorn naar Alkmaar is gereden. Deze kosten zijn blijkens de door mr. Van Dolder op 16 augustus 2019 overgelegde stukken ook reeds bij de strafrechter gevorderd, zodat de rechtbank daar niet verder op in gaat. De rechtbank wijst over 2015 derhalve toe een bedrag van € 5,50 aan parkeerkosten.
4.4.7.Van de parkeerkosten over 2016 en 2017 heeft [eiser] op de eerste pagina van bijlage 15 bij productie 7 een overzicht overgelegd. Van de daar weergegeven kosten heeft [eiser] geen bewijsstukken overgelegd. Om die reden zal de rechtbank enkel uitgaan van de kosten zoals deze blijken over 2016 tot en met 2017 uit productie 9. Mr. Mekkelholt heeft berekend dat deze kosten over 2015 tot en met 2017 € 89,20 bedragen, daarvan ziet een bedrag van € 39,50 op 2015 zodat de rechtbank uit gaat van parkeerkosten over 2016 en 2017 van € 49,70.
4.4.8.De overige pagina’s van bijlage 15 bij productie 7 betreffen gereden kilometers. De eerste pagina betreft kilometers gereden in de periode van 27 september 2015 tot en met 1 december 2015. De rechtbank betrekt in haar oordeel enkel de kilometers gereden vanaf 31 december 2015 en is van oordeel dat [eiser] met betrekking tot deze kilometers voldoende aannemelijk heeft gemaakt deze te hebben moeten maken en dat ze in causaal verband staan met de mishandeling. De kosten voor het bezoek aan de kaakchirurg op 10 december 2015 heeft de strafrechter reeds meegenomen in zijn vonnis. Vanaf 31 december 2015 gaat het om 3.070 gereden kilometers waarvoor een vergoeding van € 0,29 per kilometer wordt gerekend, derhalve een bedrag van € 890,30. De rechtbank zal de vordering voor dit bedrag toewijzen en voor het overige afwijzen.
Huur loods à € 750,- à 15 maanden € 11.250,00
4.4.9.[gedaagde] stelt zich op het standpunt dat deze vordering niet toewijsbaar is omdat deze behandeld zou moeten worden in het kader van de vraag of [eiser] verlies aan verdiencapaciteit heeft geleden. Daar heeft [eiser] geen inzicht in gegeven.
4.4.10.De rechtbank acht – mede gelet op de medische verklaringen – voldoende aannemelijk dat [eiser] tot en met maart 2016 niet dan wel nauwelijks omzet heeft gehad, maar daarentegen wel kosten, waaronder de loods. Gelet op deze omstandigheid acht de rechtbank de vordering van [eiser] toewijsbaar.
Uit het verslag van de revalidatiearts van oktober 2016 blijkt dat [eiser] op dat moment naar zijn eigen verklaring 70-80 uur per week werkte, een boot had gerepareerd en een schuur heeft gebouwd. Voorts is gebleken dat [eiser] , met hulp van vrienden, vanaf april 2016 een loods in zijn eigen tuin in gebruik heeft genomen en daardoor minder of geen gebruik meer maakte van de gehuurde loods. De rechtbank acht de vordering van [eiser] onder deze omstandigheden voor een periode van 6 maanden vanaf september 2015 toewijsbaar en zal deze voor het overige afwijzen. De rechtbank zal daarom een bedrag toewijzen van € 4.500,-.
Verblijf ziekenhuis 19 dagen à € 28,-
4.4.11.[eiser] stelt dat hij in het ziekenhuis is opgenomen van:
- 27 september 2015 tot en met 29 september 2015;
- 1 oktober 2015 tot en met 3 oktober 2015;
- 31 december 2015 tot en met 2 januari 2016;
- 25 augustus 2016 tot en met 26 augustus 2016;
- 15 november 2016 tot en met 20 november 2016 en
- 4 januari 2017 tot en met 5 januari 2017.
In overweging 4.2 heeft de rechtbank reeds overwogen enkel een beslissing te kunnen geven over de kosten die na het indienen van het schadevoegingsformulier in het strafproces op 9 december 2015 bij [eiser] zijn opgekomen. Het overzicht van [eiser] in de dagvaarding komt, met uitzondering van het bezoek aan de kaakchirurg op 10 december 2015, overeen met het overzicht dat is opgenomen in bijlage 15 bij productie 7. Tijdens de mondelinge behandeling heeft mr. Mekkelholt namens [gedaagde] aangegeven dat [gedaagde] bereid is er van uit te gaan dat de bezoeken alle in causaal verband staan met het ongeval. Onder deze omstandigheden houdt de rechtbank rekening met een verblijf in het ziekenhuis vanaf 31 december 2015 gedurende in totaal 13 dagen à € 28,- is € 364,-.
4.4.12.Het vorenstaande komt erop neer dat de rechtbank zal bepalen dat [gedaagde] aan materiële schadevergoeding aan [eiser] een bedrag dient te betalen van:
- verlies zelfwerkzaamheid € 185,25
- huishoudelijke hulp € 279,50
- TCN € 10.539,23
- medische kosten (2 x € 385,- + € 6,58 + € 13,98 + € 60,58 + € 139,32 =) € 990,46
- reiskosten (€ 5,50 + € 49,70 + € 890,30 =) € 945,50
- huur loods € 4.500,-
- verblijf ziekenhuis € 364,-
Totaal: € 17.803,94.