Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[de dochter], geboren op [datum] te [plaats] , Saoedi-Arabië,
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 31 juli 2019 uitspraak gedaan over een verzoek tot voornaamswijziging van een in het buitenland geboren dochter, die geen geboorteakte heeft ingeschreven bij de burgerlijke stand in Den Haag. De vader, die wettelijk vertegenwoordiger is van de dochter, heeft verzocht om de voornaam [voornaam] toe te voegen aan de bestaande voornamen van de dochter. De vader en de moeder zijn gehuwd in Saoedi-Arabië en de dochter is geboren tijdens dit huwelijk. De vader en dochter hebben de Nederlandse nationaliteit verkregen, terwijl de moeder de Somalische nationaliteit heeft. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen geboorteakte van de dochter is en dat de vader niet in staat is om deze te overleggen vanwege de onrust in Saoedi-Arabië.
De rechtbank heeft de rechtsmacht op basis van het Nederlandse recht vastgesteld, aangezien de vader en dochter in Nederland wonen. De rechtbank heeft ook overwogen dat de wijziging van voornamen kan worden gelast op verzoek van de betrokken persoon of zijn wettelijk vertegenwoordiger, mits er een voldoende zwaarwichtig belang is. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de dochter een zwaarwichtig belang heeft bij de wijziging van haar voornamen, mede gezien de emotionele impact die haar huidige naam op haar heeft. De rechtbank heeft het verzoek toegewezen en de geboortegegevens van de dochter vastgesteld, waarna de ambtenaar van de burgerlijke stand is gelast om de geboorteakte op te maken en de voornamen te wijzigen.
De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak. De rechtbank heeft de belangen van de dochter en de staat afgewogen en heeft geoordeeld dat er geen belemmeringen zijn voor de toewijzing van het verzoek.