Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
Op grond van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting is niet komen vast te staan met welke intentie verdachte daar op het slachtoffer wachtte. Evenmin is komen vast te staan op welke wijze en op welk moment de verdachte in het bezit is gekomen van het mes. Voorts is niet duidelijk geworden op welk moment de verdachte het mes ter hand heeft genomen en hij het besluit heeft genomen om het slachtoffer met dat mes te steken. Niet uitgesloten kan worden dat verdachte heeft gehandeld vanuit een ogenblikkelijke gemoedsbeweging, veroorzaakt door het zien van het slachtoffer in het bijzijn van een andere man.
4.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit
5.Strafbaarheid van verdachte
6.Motivering van de sanctie
- het psychiatrisch Pro Justitia rapport gedateerd 9 april 2018, opgesteld door V. Harmse, psychiater in opleiding onder supervisie van dr. N. Duits, (kinder- en jeugd) psychiater;
- het psychologisch Pro Justitia rapport gedateerd 4 april 2018, opgesteld door H. Scharft, psycholoog;
- het NIFP-rapport (locatie: Pieter Baan Centrum), gedateerd 27 december 2018, opgesteld door J. van der Meer, psychiater, en G.M. Jansen, GZ-psycholoog.
7.Beslag
- 1 vest (855704);
- 1 shirt (855709);
- 1 vest (855716);
- 1 trainingsbroek (855687);
- 1 trainingsbroek (855699);
- 1 vest (855693);
- 1 broek (855702).
8.Vorderingen van de benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
- Reiskosten eerste aanleg ad € 142,31
- Reiskosten hoger beroep ad € 100,00
- Communicatiekosten ad € 50,00
- Kosten met betrekking tot uitvaart € 4.699,11
- Eigen risico zorgverzekering 2018 en 2019 ad € 770,00
- Nazenden lichaamsmateriaal ad € 1.790,00.
Ter terechtzitting is de vordering namens de benadeelde partij door mr. C. Bijl, advocaat te Amsterdam, nader toegelicht. Zij heeft verklaard dat de medewerker van i-psy, die de verklaring heeft ondertekend, psycholoog is. Nu uit de brief van i-psy van 20 december 2018 niet blijkt dat deze door een psycholoog of psychiater is ondertekend en voorts daaruit niet kan worden opgemaakt of, en zo ja, door wie en op basis waarvan de diagnose PTSS is gesteld, is de vordering tot shockschade naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende onderbouwd.
Ter terechtzitting is de vordering namens de benadeelde partij door mr. C. Bijl, advocaat te Amsterdam, nader toegelicht. Zij heeft verklaard dat de medewerker van i-psy, die de verklaring heeft ondertekend, psycholoog is. Nu uit de brief van i-psy van 17 december 2018 niet blijkt dat deze door een psycholoog of psychiater is ondertekend en voorts daaruit niet kan worden opgemaakt of, en zo ja, door wie en op basis waarvan de diagnose PTSS is gesteld, is de vordering tot shockschade naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende onderbouwd.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
9 (negen) jaren.
- 1 mes (855700);
- 1 paar schoenen (855713).
- 1 vest (855704);
- 1 shirt (855709);
- 1 vest (855716);
- 1 trainingsbroek (855687);
- 1 trainingsbroek (855699);
- 1 vest (855693);
- 1 broek (855702).
[Benadeelde 1]geleden schade tot een bedrag van
€ 20.000,00 (twintigduizend euro), bestaande uit vergoeding voor de immateriële schade (shockschade), en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf
135 dagenhechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 februari 2018 tot aan de dag der algehele voldoening.
[Benadeelde 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 6.681,42 (zesduizend zeshonderdéénentachtig euro en tweeënveertig cent), bestaande uit vergoeding voor de materiële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 9 februari 2018 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [Benadeelde 2] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
68 dagenhechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 februari 2018 tot aan de dag der algehele voldoening.
[benadeelde 3]niet-ontvankelijk in de vordering.
[benadeelde 4]niet-ontvankelijk in de vordering.
[benadeelde 5]niet-ontvankelijk in de vordering.