ECLI:NL:RBNHO:2019:4334
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor het toevoegen van penthouses op een bestaand appartementengebouw
Op 10 mei 2019 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak betreffende de weigering van een omgevingsvergunning door het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad. De eisers, waaronder de besloten vennootschap Linus Duurzaam B.V. en twee natuurlijke personen, hadden bezwaar gemaakt tegen de beslissing van 14 juni 2018, waarin de vergunning voor het bouwen van twee penthouses op het dak van een bestaand appartementengebouw werd geweigerd. De rechtbank heeft de ontvankelijkheid van de beroepen van de eisers beoordeeld en vastgesteld dat eiser sub 3 niet als natuurlijke persoon een bezwaarschrift had ingediend, waardoor zijn beroep niet-ontvankelijk werd verklaard.
De rechtbank heeft vervolgens de beroepen van eisers sub 1 en 2 inhoudelijk beoordeeld. De weigering van de omgevingsvergunning was gebaseerd op het feit dat het project in strijd was met de maximale bouwhoogte van 6 meter, zoals vastgelegd in het bestemmingsplan. De rechtbank oordeelde dat de beoogde dakopbouw vanuit stedenbouwkundig oogpunt niet wenselijk was, omdat deze niet voldoende ondergeschikt was aan het bestaande hoofdvolume. De rechtbank heeft de beleidsruimte van de verweerder erkend en geconcludeerd dat de keuze om geen derde niet terugliggende bouwlaag toe te staan niet onredelijk was. De beroepen van eisers sub 1 en 2 werden ongegrond verklaard.
De uitspraak benadrukt het belang van stedenbouwkundige overwegingen bij de beoordeling van omgevingsvergunningen en de rol van de gemeente in het handhaven van bestemmingsplannen. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en heeft de beslissing openbaar uitgesproken.