Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
5.Strafbaarheid van verdachte
6.Motivering van de sanctie
7.Beslag
8.Vorderingen benadeelde partij en oplegging schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
een gevangenisstraf voor de duur van 198 (honderdachtennegentig) dagen.
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
bijzondere voorwaardendat verdachte:
meldplicht: zich na het onherroepelijk worden van dit vonnis meldt bij Reclassering Nederland en zich gedurende de proeftijd blijft melden, zo lang en zo frequent als de reclassering nodig acht. Daarbij moet verdachte zich houden aan de aanwijzingen die de reclassering hem geeft, voor zover deze niet zijn opgenomen in een andere bijzondere voorwaarde.
gedragsinterventie ‘Werken aan Werk’: actief deelneemt aan de gedragsinterventie ‘Werken aan Werk’, waarbij verdachte zich moet houden aan de afspraken en aanwijzingen van de trainer of begeleider.
andere gedragsvoorwaarden: zich houdt aan de afspraken in het kader van schuldhulpverlening en het traject Werk, Participatie en Inkomen van de gemeente Amsterdam, en meewerkt aan het realiseren van een adequate dagbesteding.
het verrichten van 180 (honderdtachtig) uren taakstraf, die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren daarvan verrichten te vervangen door 90 (negentig) dagen hechtenis.
[benadeelde partij 1] en [benadeelde partij 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.300,-(drieëntwintighonderd euro), bestaande uit vergoeding voor materiële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 25 september 2015 tot aan de dag der algehele voldoening, aan de benadeelde partij, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
33 (drieëndertig) dagenhechtenis, met dien verstande dat toepassing van deze vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft.
[benadeelde partij 3]niet-ontvankelijk in de vordering.