ECLI:NL:RBNHO:2019:11504
Rechtbank Noord-Holland
- Rekestprocedure
- Rechtspraak.nl
Verdeling van executieopbrengst in rangregeling na verkoop onroerende zaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 3 april 2019 een beschikking gegeven in een rekestprocedure inzake de staat van verdeling van de netto veilingopbrengst van een executoriaal verkochte onroerende zaak. De verzoekster, NSI Kantoren B.V., had een vordering ingediend ter waarde van € 2.860,36 op de belanghebbende, die een vordering van € 182.000,00 had ingediend. De rechter-commissaris, mr. M. Wouters, heeft vastgesteld dat de executiekosten en de vordering van de executerend hypotheekhouder reeds waren voldaan, waardoor deze vorderingen niet meer in de rangregeling konden worden meegenomen. De vordering van Muurvast Beheer & Beleggingsmaatschappij B.V. werd eveneens buiten beschouwing gelaten, omdat deze niet had aangetoond dat zij beslag had gelegd op de executieopbrengst. Uiteindelijk werd alleen de vordering van NSI Kantoren toegelaten tot de rangregeling, en werd de staat van verdeling opgemaakt. De beschikking bepaalt dat het te verdelen bedrag € 74.792,75 bedraagt, waarvan NSI Kantoren € 2.860,36 ontvangt, en het restant aan de belanghebbende toekomt. Belanghebbenden hebben de mogelijkheid om tot 18 april 2019 bezwaren tegen de verdeling kenbaar te maken, waarna de rechter-commissaris het proces-verbaal zal sluiten en een bevelschrift zal afgeven.