Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[gedaagde1],
[gedaagde2],
1.De procedure
- de dagvaarding van 8 maart 2019 met producties;
- de conclusie van antwoord met producties;
- het tussenvonnis van 22 mei 2019, waarbij een comparitie van partijen is bevolen;
- het proces-verbaal van comparitie van partijen van 3 september 2019 en de daarin genoemde stukken;
- de brief van mr. Mendel van 16 september 2019 namens gedaagden met een opmerking naar aanleiding van het proces-verbaal.
2.De feiten
Leningovereenkomst bij achterstelling”) onder meer het navolgende bepaald:
indien de leningnemer in verzuim is met het nakomen van enige verplichting uit hoofde van deze overeenkomst. (…)”
Zoals met je afgesproken zet ik hierbij de afspraken die Jij, [gedaagde1][[gedaagde1], toevoeging rechtbank]
, en Ik, hebben gemaakt over de privé lening bij Beheer, even op papier zodat je dat aan [E.] kan geven.
instandhoudingsverklaring” die is ondertekend door [moeder B.] namens Van Meeuwen Beheer, gericht aan R. van Meeuwen Holding en Van Meeuwen Bedden, gedateerd op 22 januari 2015, met onder meer de navolgende inhoud:
Wij bevestigen hierbij, dat Van Meeuwen Beheer B.V. de huidige financiële ondersteuning aan R. van Meeuwen Holding B.V. en Van Meeuwen Bedden B.V. zodanig zal handhaven, dat laatstgenoemde haar activiteiten gedurende tenminste 12 maanden vanaf heden kan continueren.
Middels dit schrijven geef ik mijn fiat voor de jaarcijfers 2017 (…).”
algemene vergadering” plaatsgevonden van Van Meeuwen Beheer. In de notulen van die vergadering, waarbij [C.] en [D.] aanwezig waren, is vermeld dat de jaarrekening 2017 van Van Meeuwen Beheer is vastgesteld door de enig aandeelhouder (de STAK), vertegenwoordigd door een meerderheid van de bestuurders.
3.Het geschil
4.De beoordeling
financiële ondersteuning” verstrekte aan [gedaagde2] Holding en Van Meeuwen Beheer. Van Meeuwen Bedden heeft toegelicht dat die financiële steun onder meer bestond uit de tussen partijen overeengekomen tijdelijke huurverlagingen voor het bedrijfspand van Van Meeuwen Beheer, waarvan Van Meeuwen Bedden profiteerde. Dat sprake was van een rekening-couranthouding tussen Van Meeuwen Beheer en Van Meeuwen Bedden, is met de instandhoudingsverklaringen daarom onvoldoende gebleken.
5.De beslissing
30 oktober 2019voor uitlating door [gedaagde2] en [gedaagde1] of zij bewijs willen leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel;
bewijsstukkenwillen overleggen, die stukken direct in het geding moeten brengen;
getuigenwillen laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden november 2019 tot en met januari 2020 direct moeten opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald;
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen;