Uitspraak
RECHTBANK NOORD HOLLAND
1.[eisers]
1.[gedaagden]
[gedaagden],
1.De procedure
- de dagvaarding van 22 oktober 2018 (met producties 1 tot en met 18),
- het herstelexploot van 9 november 2018,
- de conclusie van antwoord (met producties 1 tot en met 6),
- het tussenvonnis van 30 januari 2019,
- het bericht van 30 april 2019 van mr. Nolet (met producties 7 tot en met 11),
- de brief van 2 mei 2019 van mr. Wiesmeier- van der Brugge met nadere stukken (met productie 16 en productie 19),
- de brief van 3 mei 2019 van mr. Nolet met de volledige productie 1,
- het faxbericht van 3 mei 2019 van mr. Wiesmeier- van der Brugge met productie 20,
- het proces-verbaal van comparitie van 16 mei 2019 en de tijdens deze comparitie overgelegde comparitie-aantekeningen,
- de brief van 11 juni 2019 van mr. Nolet betreffende commentaar op het proces-verbaal en de reactie daarop van 12 juni 2019 van mr. Wiesmeier- van der Brugge.
2.De feiten
artikel 4 Eigendomsoverdracht
(…) mag ikeenmaligakkoord geven op een verzoek tot uitstel van de ontbindende voorwaarden genoemd in artikel 5, 15.1.c. en 15.1.d. tot en met donderdag 14 februari 2018.
Zoals ik je reeds vorige week via Whatsapp meldde hopen wij op toestemming tot een verlenging van de termijn waarin onze ontbindende voorwaarden gelden.
Na goed overleg met de verkoper het volgende;
- Vandaag (14 februari 2018) willen wij een afschrift\mail\bevestiging van de gemeente zien dat de bestemmingswijziging akkoord is (uiteraard onder voorbehoud van de wettelijke bezwaartermijn).
- Jullie storten uiterlijk 23 februari 2018 een waarborgsom van € 10.000,- bij de door jullie te kiezen notaris (…). Indien jullie uiteindelijk alsnog gebruik maken van een van de ontbindende voorwaarden komt dit bedrag volledig te vervallen aan de verkoper. Wanneer de koop doorgaat zal dit worden verrekend met de koopsom.
Hierbij mijn reactie op jouw mail van gister.
Afgelopen vrijdag verliepen de uitgestelde data voor de ontbindende voorwaarden en bankgarantie/waarborgsom. Daarmee zijn er geen ontbinden voorwaarden meer en is de koop definitief geworden. Graag vernemen wij per ommegaande wanneer de bankgarantie conform artikel 5 van de koopovereenkomst bij de notaris is en of de afgesproken datum van 16 april 2018 voor de overdracht gehaald wordt.”
Wij hadden gehoopt dat zoals afgesproken met de betaling van € 8000,- de druk van de ketel zou zijn qua tijdspanne. Wij hebben ook niet getekend voor de nieuwe data van de termijnen, juist omdat is gebleken dat alles langer duurt dan we allemaal wensen. Dat heb ik ook meerdere keren aangegeven. Na het gesprek met de familie Bron gingen wij er ook vanuit dat dit met wederzijdse instemming was.”
3.Het geschil
een door jullie gewenste overdrachtsdatum” is opgenomen. Deze zinsnede is volgens [gedaagden] bewijs van het feit dat er tussen partijen geen termijn voor de overdracht meer gold. Voorts blijkt uit de e-mail van 19 maart 2018 dat de termijnen van 30 maart 2018 en 16 april 2018 niet zouden worden gehaald. Dit kan worden gezien als een beroep op de ontbindende voorwaarden. Uit het feit dat [eisers] niet op deze e-mail heeft gereageerd, blijkt dat de termijnen tussen partijen niet langer werden gehandhaafd. Tot slot wijst [gedaagden] erop dat het niet reëel is er vanuit te gaan dat hij bereid was een bedrag te betalen van € 8.000,- voor slechts enkele weken uitstel van de termijnen.
4.De beoordeling
- griffierecht € 1.565,-
- salaris advocaat