Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak gaat het om de beoordeling van een administratieve sanctie die aan de betrokkene is opgelegd wegens het handelen in strijd met een gesloten verklaring in beide richtingen. De betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep kennelijk ongegrond had verklaard. De kantonrechter heeft de zaak behandeld op 9 maart 2018, waarbij zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als de betrokkene aanwezig waren. Tijdens de zitting is gebleken dat de verklaring van de verbalisant in het zaakoverzicht niet voldoende informatie bevatte om vast te stellen of de gedraging daadwerkelijk had plaatsgevonden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen foto van de gedraging in het dossier aanwezig was, wat in strijd is met artikel 10 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De kantonrechter oordeelt dat de officier van justitie niet meer de gelegenheid krijgt om deze foto alsnog te overleggen. Hierdoor kan niet worden vastgesteld of de overtreding op het bewuste tijdstip heeft plaatsgevonden, wat leidt tot de conclusie dat het beroep gegrond is. De kantonrechter vernietigt de beslissing van de officier van justitie en bepaalt dat de boete aan de betrokkene moet worden terugbetaald.