ECLI:NL:RBNHO:2018:8179

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
19 september 2018
Publicatiedatum
21 september 2018
Zaaknummer
6926355
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie voor gemiste aansluitende vlucht na vertraging van de eerste vlucht

In deze zaak hebben de passagiers, vertegenwoordigd door hun gemachtigde mr. R.A. Bos, een vordering ingesteld tegen Austrian Airlines AG wegens compensatie voor het missen van een aansluitende vlucht. De passagiers hadden een vervoersovereenkomst met Austrian Airlines voor een vlucht van Pristina naar Wenen en aansluitend van Wenen naar Amsterdam. De eerste vlucht, OS 778, arriveerde met een vertraging van 6 minuten, waardoor de passagiers hun aansluitende vlucht OS 373 misten. De passagiers vorderden een schadevergoeding van € 1.600,00, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten, op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004.

Austrian Airlines betwistte de vordering en stelde dat de passagiers voldoende overstaptijd hadden om hun aansluitende vlucht te halen, aangezien de aansluitende vlucht ook met 8 minuten was vertraagd. De kantonrechter oordeelde dat de passagiers niet voldoende hadden aangetoond dat de vertraging van de eerste vlucht de reden was voor het missen van de aansluitende vlucht. De rechter benadrukte dat het de verantwoordelijkheid van de passagiers is om op de hoogte te blijven van de vertrektijden en dat zij proactief moeten handelen om hun aansluitende vlucht te halen.

Uiteindelijk wees de kantonrechter de vorderingen van de passagiers af en veroordeelde hen tot betaling van de proceskosten aan Austrian Airlines. De beslissing werd genomen door kantonrechter mr. C.E. van Oosten-van Smaalen en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier. Tegen deze beschikking staat geen hoger beroep open.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 6926355 \ CV FORM 18-4063
Uitspraakdatum: 19 september 2018
Beschikking in de zaak van:

1.[passagier sub 1]2. [passagier sub 2]

beide voor zich en in hun hoedanigheid als wettelijk vertegenwoordiger van
3. [passagier sub 3],
4. [passagier sub 4],
allen wonende te [woonplaats]
verzoekende partij
verder te noemen: de passagiers
gemachtigde: mr. R.A. Bos
tegen
de rechtspersoon naar buitenlands recht
Austrian Airlines AG
gevestigd te Wenen (Oostenrijk)
verwerende partij
verder te noemen: Austrian Airlines
gemachtigde: mr. E.C. Douma

1.Het procesverloop

Dit verloop blijkt uit:
  • het vorderingsformulier (formulier A), ingekomen ter griffie op 23 mei 2018;
  • het antwoordformulier (formulier C), ingekomen ter griffie op 15 juni 2018.

2.De feiten

2.1.
De passagiers hebben met Austrian Airlines een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan Austrian Airlines de passagiers op 19 augustus 2017 diende te vervoeren van Pristina Airport naar Wenen met vluchtnummer OS 778 (geplande vertrektijd 12:40 uur en geplande aankomsttijd 14:25 uur) en aansluitend van Wenen naar Amsterdam met vluchtnummer OS 373 (geplande vertrektijd 15:05 uur en geplande aankomsttijd 17:00 uur).
2.2.
Vlucht OS 778 van Pristina naar Wenen is vertraagd uitgevoerd en om 14:31 uur aangekomen. De passagiers hebben hun aansluitende vlucht gemist. De passagiers zijn omgeboekt naar een andere vlucht en zijn op hun eindbestemming aangekomen met een aankomstvertraging van meer dan drie uur.
2.3.
De passagiers hebben compensatie van Austrian Airlines gevorderd in verband met voornoemde vertraging.
2.4.
Austrian Airlines heeft geweigerd tot betaling over te gaan.
2.5.
De passagiers zijn door de kantonrechter gemachtigd de onderhavige procedure namens hun minderjarige kinderen te voeren.

3.Het verzoek en het verweer

3.1.
De passagiers verzoeken Austrian Airlines te veroordelen tot betaling van:
- € 1.600,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 augustus 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 363,00, aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 augustus 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten.
3.2.
De passagiers baseren hun vordering op de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Europese Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof).
3.3.
De passagiers stellen dat Austrian Airlines vanwege de vertraging van de vlucht gehouden is hen te compenseren conform artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van
€ 400,00 per passagier. Daarnaast maken de passagiers aanspraak op betaling door Austrian Airlines van de buitengerechtelijke kosten en de wettelijke rente.
3.4.
Austrian Airlines betwist de verschuldigdheid van de vordering. Op haar verweer wordt - voor zover relevant - bij de beoordeling van het geschil ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
4.2.
Vaststaat dat de vlucht van Pristina naar Wenen (OS 778) volgens schema zou aankomen om 14:25 uur en dat deze vlucht daadwerkelijk is aangekomen om 14:31 uur, dus aangekomen met een vertraging van 6 minuten. Austrian Airlines voert aan dat dit er niet toe heeft geleid dat de passagiers hun aansluitende vlucht hebben gemist. Volgens Austrian Airlines had de aansluitende vlucht OS 373 een vertrekvertraging van 8 minuten. Ter onderbouwing hiervan verwijst Austrian Airlines naar het door de passagiers ingebrachte vluchtrapport van de vlucht OS 373. De feitelijke overstaptijd op de luchthaven van Wenen was dus 42 minuten, terwijl de minimumoverstaptijd op deze luchthaven 25 minuten bedraagt, aldus Austrian Airlines. Daar komt nog bij dat de geplande overstaptijd te Wenen 40 minuten bedroeg, 2 minuten minder dan de feitelijke overstaptijd.
4.3.
De passagiers hebben niet betwist dat de minimumoverstaptijd op Wenen 25 minuten bedraagt, noch dat vlucht OS 373 een vertraging had van 8 minuten. Hiermee staat vast dat de passagiers feitelijk 42 minuten overstaptijd hebben gehad (tussen 14:31 uur en 15:13 uur).
4.4.
De vraag die vervolgens voorligt is of de passagiers ervan op de hoogte waren dat het uiterste tijdstip waarop zij zich voor vlucht OS 373 bij de gate hadden moeten melden met 8 minuten was verlengd. Austrian Airlines heeft in dat kader aangevoerd dat het de eigen verantwoordelijkheid is van de passagiers om de aansluitende vlucht te halen en dat het aan de passagiers is om de informatievoorzieningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij en de luchthaven in de gaten te houden en om daaraan gevolg te geven. Van de passagiers wordt een proactieve houding verwacht, aldus nog steeds Austrian Airlines. De kantonrechter oordeelt dat van de passagiers mag worden verwacht dat zij hoe dan ook hun aansluiting proberen te halen en zich zo snel mogelijk naar de betreffende gate begeven om zich te melden. Op het moment van aankomst van de voorgaande vlucht had moeten blijken dat de aansluitende vlucht niet volgens schema vertrok maar met een vertraging zodat de overstaptijd volgens de oorspronkelijke planning was en dat de passagiers de aansluitende vlucht hadden kunnen halen.
4.5.
Uit het voorgaande volgt dat niet vast staat dat het missen van de aansluitende vlucht door de passagiers het gevolg is van de vertraging van het eerste deel van de vlucht. De vordering tot betaling van de hoofdsom zal dan ook als onvoldoende onderbouwd worden afgewezen. De nevenvorderingen volgen hetzelfde lot.
4.6.
De proceskosten komen voor rekening van de passagiers, omdat zij ongelijk krijgen.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt de passagiers tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor Austrian Airlines worden vastgesteld op een bedrag van € 150,00 aan salaris gemachtigde.
Deze beschikking is gewezen door mr. C.E. van Oosten-van Smaalen, kantonrechter, en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze beschikking staat geen hoger beroep open