ECLI:NL:RBNHO:2018:780
Rechtbank Noord-Holland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Verplichting van de gemeente tot aanleg van parkeerplaatsen voor ondernemers en de gevolgen van tekortkomingen
In deze zaak heeft de gemeente Schagen een vordering ingesteld tegen de gedaagden, [gedaagde 1] en [gedaagde 2], die een restaurant runnen. De gemeente vordert betaling van een bedrag van € 11.280,41, vermeerderd met wettelijke rente, op grond van een overeenkomst waarin de gemeente zich verplichtte om 10,187 openbare parkeerplaatsen aan te leggen ten behoeve van de gedaagden. De gedaagden hebben de vordering betwist en een tegenvordering ingesteld, waarin zij stellen dat de gemeente niet heeft voldaan aan haar verplichtingen en dat zij onverschuldigd hebben betaald.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gemeente niet toerekenbaar tekortgeschoten is in haar verplichting om de parkeerplaatsen aan te leggen. De gemeente heeft voldoende bewijs geleverd dat zij de parkeerplaatsen heeft gerealiseerd, hoewel de gedaagden betwisten dat deze plaatsen specifiek voor hen zijn aangelegd. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagden weliswaar in gebreke zijn gebleven met hun betalingen, maar dat de gemeente te laat informatie heeft verstrekt die relevant was voor de betalingsverplichting van de gedaagden. Hierdoor is de opschorting van de betalingsverplichting gerechtvaardigd geweest, maar de gedaagden worden alsnog veroordeeld tot betaling van € 9.687,03, vermeerderd met wettelijke rente.
De tegenvordering van de gedaagden wordt afgewezen, omdat de gemeente aan haar verplichtingen heeft voldaan. De proceskosten worden gecompenseerd, gezien de omstandigheden van de zaak. Het vonnis is uitgesproken door kantonrechter J.S. Reid op 7 februari 2018.