3.3.1Redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank grondt haar beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de navolgende bewijsmiddelen zijn vervat.
De door de rechtbank als processen-verbaal aangeduide bewijsmiddelen zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door personen die daartoe bevoegd zijn en voldoen ook overigens aan de daaraan bij wet gestelde eisen.
De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 13 augustus 2018:
Op 10 mei 2018 droeg ik witte sportschoenen, een grijze joggingbroek, een wit Telstar wedstrijdshirt met rugnummer 14 en een zwart vest met de volgende gele opdruk op de rug: Liberia per gli mentalita. Het klopt dat ik die middag [getuige 1] heb gesproken.
Proces-verbaal van aangifte van 10 mei 2018 (dossierpagina 84), inhoudende – zakelijk weergegeven – de door [slachtoffer] afgelegde verklaring:
Op 10 mei 2018 was ik naar de wedstrijd van voetbalclub ‘Telstar’ tegen voetbalclub ‘De Graafschap’. De 2e helft zat ik in een kroeg aan [straat 1] in IJmuiden, gemeente Velsen. Opeens zag ik dat het druk en chaotisch begon te worden. Ik zag dat er gevochten werd. Opeens voelde ik iets op mijn nek spatten. Ik voelde dit in mijn linker hals. Ik legde mijn hand er op. Ik zag dat mijn hand hierna helemaal onder het bloed zat. Ik kreeg nog hulp van iemand en uiteindelijk ben ik naar het ziekenhuis vervoerd door een ambulance.
Proces-verbaal van aangifte van 12 mei 2018 (dossierpagina 89-90), inhoudende – zakelijk weergegeven – de door [slachtoffer] afgelegde verklaring:
Ik voelde ineens een soort van windvlaag en een soort van veeg in mijn nek. Toen ik met mijn hand voelde zag ik dat mijn handen onder het bloed zaten. Ook mijn hals en borst zaten helemaal onder het bloed. Ik was heel erg geschrokken. Op dit moment voel ik benauwdheid bij het ademen en een druk op de borst. Ook heb ik weinig gevoel in mijn linkeroor en linkerzijde van de kaak. In het ziekenhuis is de wond gehecht. Dit ging niet goed omdat er een zwelling ontstond bij de wond. Er was nog een bloeding gaande. Ik ben toen volledig onder narcose gebracht omdat ze dieper moesten kijken.
Proces-verbaal van verhoor van 10 mei 2018 (dossierpagina 96-97), inhoudende – zakelijk weergegeven – de door getuige [getuige 2] afgelegde verklaring:
Ik was op 10 mei 2018 in IJmuiden in verband met de voetbalwedstrijd Telstar tegen De Graafschap. Ik was halverwege de wedstrijd weggegaan vanuit het stadion van Telstar en naar de [bar] in IJmuiden gegaan. Toen de wedstrijd was afgelopen zag ik dat er een groep Telstar supporters aan kwam lopen. Met hen kwam ook een groep van De Graafschap aan lopen. Ik merkte dat de sfeer meteen omsloeg. Vanuit de groep met mensen zag ik dat er een man weg stapte met in zijn (vermoedelijk) rechterhand een kapot bierflesje. Ik zag dat de onderkant van dit flesje weg was. Ik zag vervolgens dat de man met het flesje uithaalde richting de nek van [slachtoffer] . Ik zag dat hij met het flesje de nek van [slachtoffer] raakte.
Proces-verbaal van verhoor van 29 mei 2018 (dossierpagina 139-140), inhoudende – zakelijk weergegeven – de door getuige [getuige 3] afgelegde verklaring:
Op 10 mei 2018 ben ik naar de wedstrijd Telstar-Graafschap gegaan in Velsen. Na de wedstrijd zijn we nog naar de kroeg gegaan. We waren omstreeks 15.00 uur bij de [bar] . Toen ik naar de zijkant liep, zag ik een man met een zwarte vest of trui met een kapot bierflesje een stekende beweging maken. Een seconde daarna zag ik bij [slachtoffer] bloed uit zijn nek spuiten. Dit gebeurde denk ik 4 à 5 (de rechtbank gaat uit van: meter) van mij vandaan. Volgens mij was het een blanke man.
Proces-verbaal van verhoor van 3 juni 2018 (dossierpagina 133-134), inhoudende – zakelijk weergegeven – de door getuige [getuige 4] afgelegde verklaring:
Op een gegeven moment hoorde ik een hoop kabaal naast me. Ik zag gelijk dat [slachtoffer] naar de grond ging en ik zag gelijk een hoop bloed uit zijn nek spuiten. Op datzelfde moment zag ik iemand met zwarte kleding door het publiek naar de ingang van de kroeg lopen. Dit was met versnelde pas.
Proces-verbaal van verhoor van 10 mei 2018 (dossierpagina 99-100), inhoudende – zakelijk weergegeven – de door getuige [getuige 1] afgelegde verklaring:
Ik was samen met mijn vriend, [getuige 5] , naar de wedstrijd van Telstar in Velsen-Noord. Toen wij bij de [bar] aankwamen zag ik allemaal mensen op de weg staan. Toen ik mijn fiets wegzette zag ik één persoon op de grond liggen. Ik zag mijn ex-vriend, [verdachte] , aan komen lopen en hij vroeg aan mij of ik met hem mee wilde lopen. Hij zei heel stoer dat hij ruzie had gehad. Ik vroeg met wie hij ruzie had gehad. Toen zei hij dat het die jongen was die op de grond lag. Ik vroeg toen direct aan [verdachte] of hij die persoon had neergestoken. [verdachte] vertelde mij dat die persoon hem constant aan het uitdagen was.
Die persoon zei steeds tegen [verdachte] : kom dan, kom dan. [verdachte] zei dat hij iemand achter hem hoorde zeggen dat hij hem niet durfde neer te steken. Toen kreeg [verdachte] een kapot bierflesje in zijn handen gedrukt en heeft die jongen in zijn hals gestoken. [getuige 5] stond naast me toen [verdachte] dit vertelde.
Proces-verbaal van verhoor van 10 mei 2018 (dossierpagina 105), inhoudende – zakelijk weergegeven – de door getuige [getuige 5] afgelegde verklaring:
Ik heb [verdachte] tegen [getuige 1] horen zeggen: “Ja ik heb hem gestoken met een stuk glas, ze daagde het zelf uit, het is hun eigen schuld.” Ik weet zeker dat hij dat zelf gezegd heeft tegen [getuige 1] want dat heb ik zelf gehoord.
Proces-verbaal beelden van 1 juni 2018 (dossierpagina 67-69 en 72-77), inhoudende – zakelijk weergegeven – als relaas van verbalisant [verbalisant]
Naar aanleiding van het steekincident werd in de directe omgeving een onderzoek ingesteld naar beveiligingscamera’s. Hieruit bleek dat bij [bar] beveiligingsbeelden waren die zicht hadden op het plaats-delict. Voordat de beveiligingsbeelden werden gevorderd en bekeken was reeds bekend dat [verdachte] verdachte was en tevens was aangehouden. Van verdachte [verdachte] werd zijn kleding, die hij op het moment van zijn aanhouding droeg, inbeslaggenomen. [verdachte] voldeed aan het navolgende kledingsignalement:
- Witte sportschoenen, van het merk Quick
- Grijze joggingbroek van het merk Adidas met 3 zwarte strepen op de broekspijpen
- Wit Telstar wedstrijdshirt voorzien van rugnummer 14
- Zwarte hoody met op de voorkant een vis en op de rug niets en een gelijkend t-shirt
- Zwart vest met gele opdruk op de rug: Liberia per gli mentalita
Daar na later bleek [verdachte] de verdachte te zijn van het steekincident en hij binnen de mensenmassa de enige is met een zwarte trui met op het rugpand de tekst Liberta per gli mentalita.
Op 10 mei 2018, omstreeks 15.34 uur, heeft [verdachte] zich verplaatst in de richting van de witte bus. Aldaar heeft [verdachte] zich bij een groepje gevoegd. Het groepje met [verdachte] verplaatst zich richting zwarte bus. Vervolgens verplaatst de groep zich verder richting de zwarte bus, alwaar ze in de menigte opgaan. Daar waar het groepje verdwijnt in de menigte ontstaat rook en een vechtpartij. Door het ontstaan van de vechtpartij verplaatsen de mensen zich in oostelijk richting en valt uit elkaar. Hierop is [verdachte] midden in de vechtpartij te zien. [verdachte] is vervolgens in gevecht met een onbekend gebleven persoon. [verdachte] verplaatst zich naar achteren, waarna hij kennelijk in overleg of gesprek is met 2 onbekend gebleven mannen. Na een kort overleg/gesprek verplaatsen zij zich richting de vechtpartij. [verdachte] loopt, omstreeks 15:37.24 uur weg richting de vechtpartij, waarbij hij zijn kraag omhoog doet. [verdachte] sluit aan bij de vechtende/ruziënde personen te 15:37:29 uur en te 15:37:32 uur in de menigte verdwijnt. Te 15:37:38 uur gaan de groepen uit elkaar, waarbij [verdachte] door 2 vrouwen naar achteren wordt geduwd en omstreeks 15:37:46 uur bij de ingang van [bar] komen. [verdachte] is kennelijk erg boos en wordt met kracht [bar] te 15:37:48 uur ingeduwd, waarna [verdachte] van binnenuit tracht de “in/uitgang” aan de zijkant weer naar buiten te gaan. Buiten blijkt dat daar waar [verdachte] in de menigte verdween kennelijk iemand op de grond ligt.
3.3.2Bewijsoverweging
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat het klopt dat hij die middag witte sportschoenen, een grijze joggingbroek en een zwart vest droeg met de gele opdruk op de rug: Liberia per gli mentalita. Uit het proces-verbaal van bevindingen beelden blijkt dat er binnen de mensenmassa toen maar één persoon te zien is die een dergelijk vest droeg en dat bleek verdachte te zijn. Het gegeven signalement - een blanke man met een zwart vest of trui - van de persoon die een stekende beweging maakt met een kapot bierflesje, zoals verstrekt door getuige [getuige 3] komt overeen met het signalement van verdachte, zoals dit op grond van de camerabeelden door de verbalisant is waargenomen. Ook getuige [getuige 4] verklaart dat, nadat hij had gezien dat het slachtoffer naar de grond ging, er op datzelfde moment iemand met zwarte kleding was die met versnelde pas door het publiek naar de kroeg liep. Uit het proces-verbaal beelden blijkt voorts dat verdachte om 15.37.24 uur richting de vechtpartij gaat, zijn kraag omhoog doet en om 15.37.32 uur in de menigte verdwijnt, en enkele seconden later als de menigte uiteen gaat, door twee vrouwen wordt vastgepakt en het café wordt ingeduwd. Daar komt bij dat de ex-vriendin van verdachte [getuige 1] heeft verklaard dat zij van verdachte in persoon kort na het incident heeft gehoord dat hij het slachtoffer met een kapot bierflesje, dat hij in zijn hand gedrukt kreeg, in de hals heeft gestoken. Haar verklaring wordt ondersteund door de verklaring die haar vriend, [getuige 5] , heeft afgelegd.
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen in onderling verband en samenhang bezien, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat [slachtoffer] op 10 mei 2018 met een kapot bierflesje in zijn nek is gestoken. Op grond van voormelde inhoud van het proces-verbaal beelden en de getuigenverklaringen van [getuige 1] , [getuige 5] , [getuige 4] en [getuige 3] acht de rechtbank bewezen dat verdachte degene is geweest die dit heeft gedaan.
Bij de overtuiging heeft mede een rol gespeeld dat de rechtbank de camerabeelden van de [straat 2] heeft bekeken, waarvan zij ook melding ter zitting heeft gemaakt.
De waarnemingen van de rechtbank sluiten aan bij voornoemde bevindingen van de politie.
De rechtbank passeert de stelling van de verdediging dat verdachte niet kon steken omdat hij met zijn hand net uit het gips was, bij gebreke van een onderbouwing van die stelling.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte zich, door [slachtoffer] met een kapot bierflesje in zijn nek te steken, heeft schuldig gemaakt aan een poging tot doodslag op die [slachtoffer] .
De rechtbank overweegt hieromtrent dat uit de aard van de gedraging en de omstandigheden waaronder deze is verricht, kan worden geconcludeerd dat verdachte opzet heeft gehad op de dood van [slachtoffer] . Het is immers een algemene ervaringsregel dat de nek een zeer kwetsbaar lichaamsdeel is. Door met een kapot bierflesje in iemands nek te steken, is de kans aanmerkelijk dat men daardoor kan komen te overlijden.
Nu het een algemene ervaringsregel betreft, moet ook verdachte geacht worden daarvan op de hoogte te zijn geweest. Door niettemin te handelen zoals verdachte heeft gedaan, heeft deze bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat [slachtoffer] zou kunnen komen te overlijden. Bij verdachte was derhalve sprake van voorwaardelijk opzet op de dood van [slachtoffer] .