Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
hij op of omstreeks 3 september 2017 te Heemskerk aan [slachtoffer 1] opzettelijk .waar lichamelijk letsel, te weten zenuwletsel aan zijn hand en/of spierletsel aan zijn arm, heeft toegebracht door een of meerdere malen met een mes (met kracht) in zijn rug en/of zijn armen te stekken;
hij op of omstreeks 3 september 2017 te Heemskerk ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen een of meerdere malen met een mes (met kracht) in de rug en/of zijn arm(en) heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 3 september 2017 te Heemskerk ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 2] opzettelijk van het leven te beroven, een of meerdere malen met een mes (met kracht) in zijn borst heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 3 september 2017 te Heemskerk aan [slachtoffer 2] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten een klaplong, heeft toegebracht door een of meerdere malen met een mes (met kracht) in zijn borst te steken;
2.Voorvragen
3.Standpunten van partijen
4.Oordeel van de rechtbank
hij op 3 september 2017 te Heemskerk ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 2] opzettelijk van het leven te beroven, één maal met een mes (met kracht) in zijn borst heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
5.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
6.Strafbaarheid van verdachte
8.Beslag – bijkomende maatregel
9.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
301 (zegge driehonderdeen) dagen;
240 (zegge tweehonderdveertig) dagen nietten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van twee jaren;
240 (zegge tweehonderdveertig)
urentaakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 120 (zegge honderdtwintig) dagen hechtenis;
[slachtoffer 1]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.467,29, bestaande uit € 967,29 als vergoeding voor de materiële en € 1.500 als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 3 september 2017 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 1] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;
35 dagenhechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 september 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
Op een gegeven moment voelde ik dat mijn rug nat en warm werd. (…) Ik zag toen bloed op straat liggen en toen ik naar mijn arm keek, zag ik dat er bloed uit een wond op mijn pols en een wond op mijn bovenarm kwam
.(...) Ik ben in totaal drie keer in mijn rug gestoken en ik heb een diepe steekwond in mijn rechterbovenarm en een steekwond in mijn linkerpols. (...)
Van de arts heb ik begrepen dat ik een klaplong heb. (…)
Kort daarna kwam [verdachte] weer naar buiten gelopen (…) Ik wilde hem toen tegenhouden en heb hem tegen de buitenmuur van de woning gedrukt.
Op een gegeven moment zag ik dat mijn witte T-shirt rood kleurde. Pas daarna voelde ik pijn aan mijn borst. Ik voelde toen aan mijn T-shirt en voelde het bloed op mijn shirt.
Ik
,verbalisant, zag dat [slachtoffer 2] een wit t shirt aan had wat volledig onder het bloed zat. Ik zag bij het omhoog trekken van zijn t shirt dat er een wond zat net onder de borststreek. Ik zag dat de wond leek op een steek/snijwond van circa drie (3) a vier (4) centimeter. Ik zag dat er uit de wond iets uitstak, dit leek op vlees. Ik hoorde dat uit de wond lucht kwam. (...)
Ik zag een man op de straat liggen. Dit bleek het slachtoffer te zijn. Ik hoorde het slachtoffer om hulp schreeuwen en roepen dat hij was neergestoken. (…) Het slachtoffer bleek later te zijn: *** [slachtoffer 1] *** [geboortedatum 2] , te [geboorteplaats 2] . (...)
Ik hoorde [slachtoffer 1] zeggen dat hij was neergestoken door ene [verdachte] .(...)
Ik zag op de linkerzijde van zijn rug 3 wonden zitten. Ik vermoed dat dit steekwonden zijn. Ik zag dat deze wonden een doorsnee hadden van ongeveer 3 centimeter. Ik zag dat om de linker pols van [slachtoffer 1] een blauwe theedoek zat. Ik zag bloedvlekken op de theedoek. Toen ik de theedoek weghaalde zag ik een vleeswond. Ik zag dat de vleeswond zich bevond aan de zijde van de pink precies onder de hand. Ik zag dat op de rechterbiceps van [slachtoffer 1] een kleine snee zat. (...)
Ik zag er op de betegeling van de voortuin spetters van rood vloeistof, kennelijk bloed, lag
.ik zag dat er op de tuintafel twee messen lagen. Ik zag dat dit een broodmes en kort vleesmes betrof. Ik zag dat er op het lemmet van het vleesmes bloed en weefsel zat. Ik zag dat er op het shirt van de genoemde jongen een roodkleurige vlek, kennelijk bloed zat. Ik zag, op het moment dat het shirt van deze jongen omhoog werd gedaan, dat er een steekwond in de rechterzijde van zijn ribbenkast zat. Ik zag dat er uit deze wond bloed stroomde en dat er weefsel uitstak. Tevens hoorde ik dal er roffelend geluid uit dit gat kwam. Ik kreeg hierdoor het vermoeden dat er een intern orgaan, vermoedelijk zijn long, doorboord was.(...)
.Ik zag dat hij een of twee messen in zijn handen had
. (…)Ik zag dat [slachtoffer 2] de messen wilde afpakken van [verdachte] . Ik hoorde dat [slachtoffer 2] kermde. Ik hoorde dat hij zei: "Hij heeft mij gestoken".