ECLI:NL:RBNHO:2018:5835
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor agrarische berging in strijd met bestemmingsplan
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 29 mei 2018 uitspraak gedaan over de weigering van een omgevingsvergunning aan eiser voor het realiseren van een berging ten behoeve van opslag van agrarisch materieel. Het bestreden besluit, genomen door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oostzaan op 21 augustus 2017, werd door eiser betwist. De rechtbank heeft vastgesteld dat de berging is opgericht op gronden zonder bouwvlak, wat in strijd is met het bestemmingsplan "Buitengebied Oostzaan". Eiser had de vergunning aangevraagd na een verzoek van verweerder om aanvullende gegevens, maar de gemeenteraad had op 29 mei 2017 de verklaring van geen bedenkingen geweigerd, wat noodzakelijk was voor de verlening van de vergunning. De rechtbank oordeelde dat de gemeenteraad in redelijkheid tot deze weigering kon komen, gezien het provinciaal beleid en de noodzaak om het landelijk gebied te beschermen tegen verstedelijking.
Eiser voerde aan dat de gemeenteraad ten onrechte had geoordeeld dat de berging niet inpasbaar was in het gemeentelijk beleid en dat er sprake was van willekeur, omdat in de nabijheid wel vergunningen waren verleend voor andere bouwprojecten. De rechtbank verwierp deze argumenten, omdat de situaties niet vergelijkbaar waren. Ook de stelling van eiser dat de besluitvorming onzorgvuldig was, werd niet gevolgd, aangezien de rechtbank oordeelde dat verweerder de ingebrachte ruimtelijke onderbouwing voldoende had beoordeeld. Uiteindelijk concludeerde de rechtbank dat de weigering van de omgevingsvergunning terecht was en verklaarde het beroep ongegrond.