ECLI:NL:RBNHO:2018:5298

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
27 juni 2018
Publicatiedatum
22 juni 2018
Zaaknummer
4283423 CV EXPL 15-6172
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie voor passagiers van EasyJet na annulering van vlucht door staking Franse luchtverkeersleiding

In deze zaak vorderen passagiers compensatie van EasyJet na de annulering van vlucht EZY8868 op 26 juni 2014, die hen van Schiphol naar Gatwick Airport zou vervoeren. De passagiers hebben een vervoersovereenkomst met EasyJet gesloten, maar de vlucht werd geannuleerd vanwege stakingen van het Franse luchtverkeersbeheer. De passagiers zijn later aangekomen op hun eindbestemming en hebben compensatie gevorderd op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004. EasyJet heeft de vordering betwist en zich beroepen op buitengewone omstandigheden, maar de kantonrechter oordeelt dat EasyJet niet kan aantonen dat de annulering het gevolg was van deze omstandigheden. De passagiers hebben bewijs geleverd dat er een toestel beschikbaar was voor de vlucht, en de annulering werd gezien als een operationele keuze van EasyJet. De kantonrechter heeft de vordering van de passagiers toegewezen, inclusief de wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten. De proceskosten zijn voor rekening van EasyJet, omdat zij grotendeels ongelijk kreeg.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Privaatrecht
Sectie Kanton - locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 4283423 CV EXPL 15-6172
Uitspraakdatum: 27 juni 2018
Vonnis in de zaak van:

1.[passagier 1] , wonende te [woonplaats] ,

2.
[passagier 2], wonende te [woonplaats] ,
3.
[passagier 3], wonende te [woonplaats] ,
4.
[passagier 4], wonende te [woonplaats] ,
5.
[passagier 5], wonende te [woonplaats] ,
6.
[passagier 6], wonende te [woonplaats] ,
7.
[passagier 7], wonende te [woonplaats] ,
8.
[passagier 8], wonende te [woonplaats] ,
verder te noemen: de passagiers
gemachtigden: mr. I.G.B. Maertzdorff en mr. L.J.J. Hoezen (EUclaim B.V.)
tegen
de rechtspersoon naar buitenlands recht
EasyJet Airline Company Limited
gevestigd te Luton, Engeland (Verenigd Koninkrijk)
gedaagde
verder te noemen: EasyJet
gemachtigde: mr. J.W.A. Lameijer

1.Het procesverloop

1.1.
De passagiers hebben bij dagvaarding van 28 april 2015 een vordering tegen EasyJet ingesteld. EasyJet heeft op 16 mei 2016 schriftelijk geantwoord.
1.2.
De passagiers hebben hierop op 9 augustus 2016 schriftelijk gereageerd, waarna EasyJet op 26 april 2017 een schriftelijke reactie heeft gegeven. Op 31 januari 2018 hebben de passagiers een akte eiser genomen.
1.3.
Ten slotte is vonnis (nader) bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
De passagiers hebben met EasyJet een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan EasyJet de passagiers op 26 juni 2014 zou vervoeren van Schiphol naar Gatwick Airport, London (afstand 365 kilometer). Volgens de overeenkomst zouden passagiers op 26 juni 2014 om 7.05 uur (lokale tijd) vanuit Schiphol vertrekken met vlucht EZY8868 en op 26 juni 2014 om 7.20 uur (lokale tijd) aankomen op Gatwick Airport.
2.2.
EasyJet heeft vlucht EZY8868 geannuleerd en de passagiers omgeboekt naar andere vluchten. De passagiers sub 1, 2 en 3 zijn 11 uur en 58 minuten later aangekomen op de eindbestemming. Passagier sub 4 is 10 uur en 49 minuten later aangekomen op de eindbestemming. De passagiers sub 5 en 6 zijn 11 uur en 33 minuten later aangekomen op de eindbestemming. De passagiers sub 7 en 8 zijn 13 uur en 22 minuten later aangekomen op de eindbestemming.
2.3.
De passagiers hebben compensatie van EasyJet gevorderd in verband met de voornoemde annulering. EasyJet heeft geweigerd de passagiers te compenseren en heeft zich daarbij beroepen op het bestaan van een buitengewone omstandigheid, te weten stakingen van het Franse luchtverkeersbeheer.

3.De vordering

3.1.
De passagiers vorderen dat de kantonrechter EasyJet bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, veroordeelt tot betaling van € 2.000,00 te vermeerderen met de wettelijke rente en tot betaling van de buitengerechtelijke kosten ad € 300,00 dan wel € 363,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 juli 2014 dan wel vanaf de datum van de dagvaarding. Voorts vorderen de passagiers EasyJet te veroordelen tot betaling van de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na de datum van dit vonnis
3.2.
De passagiers leggen aan de vordering ten grondslag de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Europese Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof).
3.3.
De passagiers stellen dat EasyJet vanwege de annulering van vlucht EZY8868 gehouden is hen te compenseren met een bedrag van € 250,00 per persoon.

4.Het verweer

4.1.
EasyJet betwist de vordering. Zij voert aan – samengevat – dat op 26 juni 2014 stakingen van het Franse luchtverkeersbeheer hebben plaatsgevonden, als gevolg waarvan zich grootschalige verstoring van de vluchtuitvoering van EasyJet heeft voorgedaan. Het vliegtuig dat vlucht EZY8868 zou uitvoeren (G-EZGP) stond in de avond van 25 juni 2014 aan de grond en kon niet meer naar Amsterdam komen vanwege de geldende beperkingen op nachtvluchten en de stakingen, die tot 10:00 plaatselijke tijd op 26 juni 2014 voortduurden. Vlucht EZY8868 is daarom geannuleerd. De annulering was het gevolg van buitengewone omstandigheden, die ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet konden worden voorkomen. Om die reden kan EasyJet niet worden gehouden compensatie aan de passagiers te betalen.
4.2.
EasyJet voert verder aan dat er voor de passagiers een andere vlucht beschikbaar was (EZY8870) die hen met minder dan twee uur vertraging op hun eindbestemming zou hebben gebracht. EasyJet stelt dat de passagiers deze vervangende vlucht zelf hadden kunnen boeken via het zogenaamd “Self Service Disruption Management”. Vlucht EZY8870 is op 26 juni 2014 om 06.55 lokale tijd uur vertrokken vanaf Schiphol en om 08.16 uur lokale tijd aangekomen in Londen. Er was voldoende plaats aan boord geweest voor de passagiers. Dat zij geen gebruik hebben gemaakt van deze mogelijkheid, valt EasyJet niet te verwijten.

5.De beoordeling

5.1.
Vast staat dat de vlucht is geannuleerd. Gesteld noch gebleken is dat EasyJet zich kan beroepen op artikel 5, eerste lid, onder c sub i, ii of iii van de Verordening, zodat EasyJet op grond van de Verordening in beginsel gehouden is de compensatie als bedoeld in de Verordening te voldoen. Dit is anders indien Easyjet kan aantonen dat de annulering het gevolg is van buitengewone omstandigheden als bedoeld in artikel 5 lid 3 van de Verordening, die ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet konden worden voorkomen.
5.2.
Ten aanzien van het beroep van EasyJet op buitengewone omstandigheden overweegt de kantonrechter als volgt. De passagiers hebben betwist dat vlucht EZY8868 is geannuleerd als gevolg van staking door de Franse luchtverkeersleiding. De passagiers hebben het verweer van EasyJet dat het toestel dat de vlucht zou uitvoeren in elders aan de grond stond en als gevolg van de staking van de Franse luchtverkeerleiding niet meer naar Amsterdam kon komen, weerlegd. Uit door de passagiers overgelegde informatie van Lennoc Flight Intelligence blijkt dat het toestel G-EZGP laat in de avond van 25 juni 2014 vlucht U2 8883 van London Gatwick naar Amsterdam heeft uitgevoerd en dat het toestel de nacht van 25 op 26 juni 2014 op Schiphol heeft overbrugd. In tegenstelling tot hetgeen EasyJet heeft aangevoerd, was er dus op 26 juni 2014 ’s ochtends wel degelijk een vliegtuig voorhanden om de onderhavige vlucht uit te voeren. Kennelijk heeft EasyJet de keuze gemaakt om dit toestel in te zetten op een andere vlucht en om vlucht EZY8868 te annuleren. Dit is een operationele keuze van EasyJet die voor haar eigen rekening komt. Het beroep op buitengewone omstandigheden wordt derhalve verworpen.
5.3.
Met betrekking tot het verweer van EasyJet dat de passagiers een andere vervangende vlucht hadden kunnen nemen die hen met minder dan twee uur vertraging op hun eindbestemming zou hebben gebracht, overweegt de kantonrechter als volgt. EasyJet verwijst ter onderbouwing van haar verweer naar het Self Service Disruption Management en naar de informatie op haar website over hoe te handelen in geval van annulering van een vlucht. Uit deze informatie blijkt dat een passagier wiens vlucht is geannuleerd zijn vlucht zelf online kan omboeken, mits hij kan inloggen met het emailadres en het wachtwoord die gebruikt zijn bij de originele boeking. Voor zover hij daar niet over beschikt, of geen toegang heeft tot internet, moet de passagier zich voor hulp bij het grondpersoneel vervoegen, aldus (vrij vertaald) de website. Het Self Service Disruption Management is dus niet meer dan een extra service om zelf online een geannuleerde vlucht te kunnen omboeken. Door deze service wordt de verantwoordelijkheid voor het omboeken van geannuleerde vluchten evenwel niet verlegd naar de passagiers. Het is en blijft de verantwoordelijkheid van EasyJet om passagiers te helpen bij het omboeken van een geannuleerde vlucht. Dat de passagiers niet omgeboekt zijn naar vlucht EZY8870 moet EasyJet uitsluitend zichzelf verwijten. Het verweer van EasyJet faalt dus.
5.4.
Nu EasyJet voor het overige geen verweer heeft gevoerd, zal de gevorderde compensatie worden toegewezen. De gevorderde rente over de hoofdsom zal als onvoldoende gemotiveerd weersproken eveneens worden toegewezen.
5.5.
De passagiers hebben een bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten gevorderd. EasyJet heeft dit gedeelte van de vordering betwist. Voor de vaststelling van de verschuldigdheid van de buitengerechtelijke incassokosten dient te worden aangeknoopt bij het Rapport Voorwerk II. De passagiers hebben gesteld dat voor alle passagiers in totaal 13 brieven zijn verstuurd teneinde EasyJet te bewegen de financiële compensatie te voldoen. De kantonrechter oordeelt dat de passagiers door middel van de overgelegde correspondentie voldoende hebben aangetoond en onderbouwd dat de verrichte buitengerechtelijke werkzaamheden meer hebben omvat dan de verzending van een enkele (eventueel herhaalde) aanmaning, het enkel doen van een schikkingsvoorstel, het inwinnen van de eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier. De omvang van de buitengerechtelijke incassokosten dient te worden getoetst aan de tarieven zoals vervat in het Besluit buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit), nu deze geacht worden redelijk te zijn. De gevorderde buitengerechtelijke incassokosten ad € 300,00 stemmen overeen met het in het Besluit opgenomen tarief en zijn derhalve toewijsbaar.
5.6.
De gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten zal worden afgewezen aangezien de passagiers niet hebben gesteld dat die kosten daadwerkelijk zijn gemaakt en betaald.
5.7.
De proceskosten komen voor rekening van EasyJet, omdat zij grotendeels ongelijk krijgt. Ook de nakosten kunnen worden toegewezen, voor zover deze kosten daadwerkelijk door de passagiers worden gemaakt. De gevorderde rente is toewijsbaar met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt EasyJet tot betaling aan de passagiers van € 2.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 26 juni 2014 tot aan de dag van de gehele betaling;
6.2.
veroordeelt EasyJet tot betaling aan de passagiers van de buitengerechtelijke incassokosten van € 300,00;
6.3.
veroordeelt EasyJet tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van de passagiers tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 94,19
griffierecht € 221,00
salaris gemachtigde € 300,00,
vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis, tot aan de dag van algehele voldoening;
6.4.
veroordeelt EasyJet tot betaling van € 100,00 aan nakosten voor zover deze kosten daadwerkelijk door de passagiers worden gemaakt, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag van algehele voldoening;
6.5.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter, en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter