Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Het verweer en het tegenverzoek
5.De beoordeling
Vixia/Gerrits)). Dat kan anders zijn als sprake is van bijkomende omstandigheden, maar daarvan is hier niet gebleken.
“overtreding van het in (de) artikel(en) t/m 14 bepaalde”. Deze bewoordingen maken niet geheel duidelijk of ook een boete verschuldigd is bij een overtreding van artikel 11 van de arbeidsovereenkomst, terwijl juist een dergelijke boetebepaling glashelder behoort te zijn. Die onduidelijkheid komt voor risico van [verweerder], die als werkgever de arbeidsovereenkomst heeft opgesteld. Bij gebreke van een duidelijke boetebepaling is er alleen al om die reden geen grondslag om het verzoek van [verweerder] toe te wijzen.
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 34). Een dergelijke situatie doet zich hier niet voor. De ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde verhouding is het gevolg van de hiervoor genoemde omstandigheden, waaronder de gedragingen van [verzoekster] zelf, en daarbij is geen sprake geweest van een ernstige schending door [verweerder] van zijn verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst of van andere gedragingen die als ernstig verwijtbaar moeten worden aangemerkt. Dat is geoordeeld dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is, doet daar niet aan af, omdat het hier gaat om de vraag of de ontbinding van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van [verweerder].
28 mei 2018;