In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 21 maart 2018 een beschikking gegeven betreffende de adoptie van een minderjarige, geboren uit hoogtechnologisch draagmoederschap. Verzoekers, een echtpaar dat niet op natuurlijke wijze kinderen kan krijgen, hebben verzocht om de adoptie van de minderjarige, die genetisch verwant is aan hen. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 6 december 2016 werd ingediend. Er heeft geen mondelinge behandeling plaatsgevonden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de draagouders instemmen met het verzoek tot adoptie en dat aan alle wettelijke voorwaarden voor adoptie is voldaan, zoals vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek. De rechtbank heeft geoordeeld dat het verzoek tot adoptie in het belang van de minderjarige is en heeft de adoptie uitgesproken. Tevens is het verzoek om het gezag van de draagouders te beëindigen afgewezen, omdat de verzoekers na de adoptie automatisch het gezag over de minderjarige zullen verkrijgen. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een termijn van drie maanden gesteld voor het instellen van hoger beroep.