ECLI:NL:RBNHO:2018:1105
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Navordering van inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen door de Belastingdienst na onderzoek naar aangiftegedrag belastingadviseur
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 16 februari 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, [X], en de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Amsterdam. Eiser heeft navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor de jaren 2011 tot en met 2014 ontvangen, die door de Belastingdienst zijn opgelegd na onderzoek naar het aangiftegedrag van zijn belastingadviseur, [A]. De Belastingdienst heeft geconstateerd dat er mogelijk onjuiste aftrekposten zijn opgevoerd in de aangiften van eiser, die door [A] zijn ingediend. Eiser heeft tegen de navorderingsaanslagen bezwaar gemaakt, maar de Belastingdienst heeft deze gehandhaafd. Eiser stelt dat er geen nieuw feit is dat navordering rechtvaardigt en dat de Belastingdienst een ambtelijk verzuim heeft begaan door de aangiften niet te controleren. De rechtbank oordeelt dat de Belastingdienst terecht heeft gehandeld, omdat er voldoende aanwijzingen waren voor onjuistheden in de aangiften. De rechtbank concludeert dat eiser niet heeft aangetoond dat de opgevoerde aftrekposten daadwerkelijk zijn gedaan en dat de navorderingsaanslagen terecht zijn opgelegd. De beroepen van eiser worden ongegrond verklaard.