Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 november 2017 in de zaak tussen
[eisers] , te [woonplaats] , eisers,
[derde belanghebbende], te [woonplaats] .
Rechtbank Noord-Holland
Op 7 november 2017 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen eisers en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hollands Kroon. De zaak betreft een verzoek van eisers om maatwerkvoorschriften te stellen voor twee windturbines, gelegen aan specifieke adressen, vanwege geluidshinder. Het primaire besluit van 15 september 2016, waarin het verzoek werd afgewezen, werd door verweerder gehandhaafd in het bestreden besluit van 1 maart 2017. Eisers stelden beroep in tegen dit besluit, waarbij zij aanvoerden dat de belangen van omwonenden onvoldoende waren meegewogen en dat de geluidnormen niet werden nageleefd.
De rechtbank oordeelde dat de belangen van omwonenden al waren meegenomen bij de totstandkoming van de maatwerkbevoegdheid in het Activiteitenbesluit. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van een (dreigende) overschrijding van de norm, waardoor verweerder niet verplicht was om maatwerkvoorschriften op te leggen. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit wegens strijd met het motiveringsbeginsel, maar liet de rechtsgevolgen in stand, omdat de normen niet werden overschreden. De rechtbank bepaalde dat verweerder het griffierecht van eisers diende te vergoeden.
De uitspraak benadrukt de noodzaak voor een zorgvuldige belangenafweging bij besluiten die betrekking hebben op milieu en geluidshinder, en bevestigt dat de normen in het Activiteitenbesluit leidend zijn voor de besluitvorming.