ECLI:NL:RBNHO:2017:6492
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.E. Heyning-Huydecoper
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot beëindiging gezamenlijk gezag over minderjarigen afgewezen
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 2 augustus 2017 uitspraak gedaan in een verzoek van de vrouw tot beëindiging van het gezamenlijk gezag over haar minderjarige kinderen. De vrouw, bijgestaan door haar advocaat mr. S. Akkas, heeft aangevoerd dat het gezamenlijk gezag niet langer in het belang van de kinderen is, onderbouwd met claims van geweld in het verleden en de psychische problemen van de man. De man is niet verschenen op de zitting, maar de Raad voor de Kinderbescherming heeft wel een vertegenwoordiger gestuurd die het belang van de kinderen benadrukte.
De rechtbank heeft vastgesteld dat, hoewel er in het verleden problemen waren, de situatie tussen de ouders inmiddels verbeterd is en er normaal contact plaatsvindt. De rechtbank oordeelde dat het enkele feit dat beide ouders het eens zijn over de wijziging van het gezag niet voldoende is om het verzoek van de vrouw toe te wijzen. De rechtbank heeft de belangen van de kinderen als leidend principe genomen en geconcludeerd dat er geen onaanvaardbaar risico is dat de kinderen klem of verloren raken tussen de ouders.
Daarom heeft de rechtbank het verzoek van de vrouw om het gezamenlijk gezag te beëindigen afgewezen. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.