In deze zaak vorderde Investeringsmaatschappij Sportfondsenbad B.V. ontruiming van het pand, het voormalige Sportfondsenbad in Zaandam, dat door gedaagden zonder toestemming was gekraakt. De eiseressen, statutair gevestigd te Zaanstad en Wormerland, hadden plannen om het pand te verbouwen tot een medisch bedrijfsverzamelgebouw. Ondanks pogingen tot overleg met de krakers, gedaagden, was er geen overeenstemming bereikt. De voorzieningenrechter oordeelde dat er sprake was van een spoedeisend belang voor de eiseressen, aangezien de gedaagden zonder rechtmatig verblijf in het pand verbleven. De rechter weegt de belangen van beide partijen en concludeert dat de ontruiming gerechtvaardigd is, gezien de schade die de eiseressen lijden door de vertraging van de bouwplannen en de onleefbare situatie van het pand. De vordering tot ontruiming wordt toegewezen, met de kosten voor gedaagden. De rechter wijst de machtiging om de ontruiming met de sterke arm uit te voeren af, omdat de deurwaarder dit zelfstandig kan doen. De kosten van de procedure worden aan gedaagden opgelegd, inclusief wettelijke rente.