ECLI:NL:RBNHO:2017:4547

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
2 februari 2017
Publicatiedatum
2 juni 2017
Zaaknummer
C/15/249195/HA RK 16-185
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming van een vereffenaar voor de nalatenschap van Victor Felix Franciscus van der Kuij

Op 2 februari 2017 heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, een beschikking gegeven in de zaak van de Coöperatief Recreatiepark "West-Friesland" te Opmeer U.A. betreffende de nalatenschap van Victor Felix Franciscus van der Kuij, die op 26 december 2006 is overleden. De rechtbank heeft het verzoek tot benoeming van een vereffenaar van de nalatenschap toegewezen. Het verzoekschrift was ingediend op 3 oktober 2016, en er was geen mondelinge behandeling omdat de belanghebbenden de nalatenschap hadden verworpen of niet hadden gereageerd. De rechtbank oordeelde dat er een gevaar bestond dat de vordering van de verzoekster niet ten volle of niet binnen redelijke tijd zou worden voldaan, omdat de nalatenschap niet behoorlijk werd beheerd.

De rechtbank heeft vastgesteld dat erflater geen testament had opgemaakt en dat de laatste bekende woonplaats van de erflater in Wester-Koggeland was. De rechtbank heeft de vereffenaar benoemd, mr. H. Vermulst, die zich bereid heeft verklaard deze taak op zich te nemen. Tevens is besloten dat de vereffenaar ontheven wordt van de wettelijke publicatieplicht, en dat de beschikking bekendgemaakt zal worden via de website van de rechtspraak, in plaats van in een dagblad, gezien de huidige toegang tot internet.

De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de griffier is opgedragen om de benoeming van de vereffenaar onverwijld in het boedelregister in te schrijven. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door mr. P.E. van der Veen.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling privaatrecht
Sectie Handel & Insolventie
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rekestnummer: C/15/249195 / HA RK 16-185
Beschikking van 2 februari 2017
in de zaak van
COÖPERATIEF RECREATIEPARK "WEST-FRIESLAND" TE OPMEER U.A.,
gevestigd te Opmeer,
verzoekster,
advocaat mr. M.J. Drost te Leusden
betreffende de
nalatenschap van
Victor Felix Franciscus VAN DER KUIJ,
geboren op 28 maart 1937 te De Bilt,
overleden op 26 december 2006,
hierna te noemen: erflater.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift tot het benoemen van een vereffenaar ex artikel 4:204 Burgerlijk Wetboek (BW) van 3 oktober 2016, met producties.
Omdat de thans bekende belanghebbenden de nalatenschap hebben verworpen dan wel niet hebben gereageerd op berichten van de rechtbank heeft geen mondelinge behandeling van het verzoek plaatsgevonden.

2.De beoordeling

2.1.
Het verzoek strekt tot het benoemen van een vereffenaar van de nalatenschap van erflater op grond van artikel 4:204 lid 1 aanhef en sub b BW.
De laatste bekende woonplaats van erflater is Wester-Koggeland, thans gemeente Koggenland, zodat deze rechtbank bevoegd is kennis te nemen van het verzoek.
2.2.
Erflater heeft, blijkens het verzoekschrift, geen testament opgemaakt.
2.3.
Ingevolge artikel 4:204 lid 1 aanhef en sub b BW kan de rechtbank, als geen beneficiaire aanvaarding van een nalatenschap heeft plaatsgevonden, een vereffenaar benoemen op verzoek van een schuldeiser van de nalatenschap. Dit kan wanneer het gevaar bestaat dat hij niet ten volle of niet binnen redelijke tijd zal worden voldaan, hetzij omdat de nalatenschap niet toereikend is of niet behoorlijk beheerd en afgewikkeld wordt, hetzij omdat een schuldeiser zich op de goederen van de nalatenschap gaat verhalen.
2.4.
Op grond van het verzoekschrift moet worden uitgegaan van het volgende.
Erflater was eigenaar van de caravan-staplaats (C151) gelegen aan de Dreef 3 (1716 KK) te Opmeer (hierna: de staplaats). Op de staplaats bevindt zich een caravan. De staplaats bevindt zich op het terrein van verzoekster. Op grond van het reglement is iedere eigenaar van een staplaats tevens lid van de coöperatieve vereniging, zijnde verzoekster. De leden van verzoekster zijn jaarlijks een parkbijdrage verschuldigd. Vanaf 2007 zijn alle nota’s van verzoekster aan erflater dan wel zijn erfgenamen onbetaald gelaten. Verzoekster heeft dientengevolge een vordering op de nalatenschap van € 7.855,24 te vermeerderen met renten en kosten. De staplaats en stacaravan zijn sinds 2007 onbeheerd.
2.5.
De rechtbank kan niet overgaan tot benoeming van een vereffenaar, zonder de in artikel 4:206 BW genoemde personen, voor zover bekend, te horen, althans op te roepen voor een mondelinge behandeling.
De erfgenamen Simone Johanna van der Kuij, Victor van der Kuij, Olga Natascha van der Kuij, Dylan Daniël Goulooze, Natascha Serena Goulooze en Nadja Scheper hebben bij akte van 11 februari 2016 de nalatenschap van erflater verworpen.
Van de echtgenote Régine Kaim Okonski zijn geen contactgegevens bekend. Maxime A. van der Kuij, zoon van de echtgenote en erflater, is door de rechtbank schriftelijk over het verzoek geïnformeerd en is verzocht hierop schriftelijk te reageren dan wel ter zitting te worden gehoord. Uit het achterwege blijven van een antwoord moet worden aangenomen dat hij afziet van zijn recht gehoord te worden en instemt met inwilliging van het verzoek.
Overige in artikel 4:206 BW genoemde personen zijn niet bekend.
2.6.
Gelet op het voorgaande heeft de rechtbank afgezien van een mondelinge behandeling van de zaak, zoals bedoeld in artikel 4:206 BW.
2.7.
De rechtbank is op basis van de inhoud van het verzoekschrift van oordeel dat voor verzoekster het gevaar bestaat dat haar vordering niet ten volle en niet binnen redelijke tijd zal worden voldaan omdat de nalatenschap van erflater thans niet behoorlijk wordt beheerd en afgewikkeld, zoals bedoeld in artikel 4:204 lid 1 sub b BW.
2.8.
Het verzoek is op de wet gegrond en zal worden toegewezen. Na te noemen
mr. H. Vermulst heeft zich bereid verklaard de benoeming tot vereffenaar te aanvaarden.
2.9.
Stellend dat er inmiddels tien jaar zijn verstreken na het overlijden van erflater heeft verzoekster verzocht de vereffenaar te ontheffen van de wettelijke publicatieplicht zoals opgenomen in artikel 4:206 lid 6 BW en te bepalen dat de beschikking bekend dient te worden gemaakt door plaatsing op rechtspraak.nl/uitspraken.
2.10.
Nu er in het onderhavige geval geen dwingende noodzaak bestaat voor de - kostbare - wettelijk voorgeschreven wijze van bekendmaking in een dagblad, zal deze niet worden voorgeschreven. De belanghebbenden kunnen immers op een andere wijze, namelijk via internet, worden geïnformeerd. Dit leidt ook niet tot extra kosten. De bekendmaking van deze beschikking zal plaatsvinden op www.rechtspraak/nl/uitspraken. Deze wijze van bekendmaking komt in de huidige tijd waarin steeds meer huishoudens toegang tot internet hebben en steeds minder huishoudens over een krantenabonnement beschikken beter tegemoet aan de bedoeling van de wetgever dan in de tijd dat de toegang tot internet nog niet algemeen was. De te benoemen vereffenaar zal daarom deels worden ontheven van de wettelijke publicatieplicht, zoals hierna beslist.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
benoemt
mr. H. Vermulst
geboren op 15 juli 1990 te ‘s-Hertogenbosch
kantoorhoudend aan de Dorpsstraat 40a (1713 HJ) te Obdam, gemeente Koggenland
tot vereffenaar van de nalatenschap van:
Victor Felix Franciscus VAN DER KUIJ,
geboren op 28 maart 1937 te De Bilt,
laatstelijk wonende te Wester-Koggenland,
overleden Hoorn op 26 december 2006,
3.2.
draagt de griffier op de benoeming van deze vereffenaar onverwijld in het boedelregister in te schrijven,
3.3.
ontslaat de vereffenaar van de plicht tot publicatie in een nieuwsblad dan wel in de Staatscourant;
3.4.
verstaat dat deze beschikking bekend zal worden gemaakt door plaatsing op www.rechtspraak.nl/uitspraken;
3.5.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. P.E. van der Veen en in het openbaar uitgesproken op 2 februari 2017. [1]

Voetnoten

1.type: MKG/LK