Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
Deze benaming staat ook op de polisaanvraag en het polisblad. Naar het oordeel van de kantonrechter duidt de benaming van de overeenkomst alleen op het feit dat het gaat om een overeenkomst die na verloop van de overeengekomen termijn stilzwijgend wordt verlengd. De kantonrechter volgt [gedaagde] dan ook niet in zijn argument dat uit het polisblad moet worden opgemaakt dat de verzekering slechts voor een periode van een jaar was afgesloten en - zo begrijpt de kantonrechter - van rechtswege zou eindigen. Het verweer van
faalt daarom.
22 december 2015 (de datum van verzuim).
De kantonrechter stelt vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten van toepassing is. De gevorderde vergoeding komt echter niet voor toewijzing in aanmerking, nu niet gebleken is dat in de aanmaning aan [gedaagde] een betalingstermijn van 14 dagen na ontvangst van die brief is gegeven, zoals vereist door artikel 6:96 lid 6 BW.
6.De beslissing
dagvaarding € 97,10 ;
griffierecht € 117,--;
salaris gemachtigde € 60,--;