ECLI:NL:RBNHO:2017:1537

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
15 maart 2017
Publicatiedatum
27 februari 2017
Zaaknummer
5341029 \ CV EXPL 16-7092 (H.K.)
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling uit hoofde van een huurovereenkomst met betwisting van medehuurder

In deze zaak vordert BNP Paribas Leasing Solutions N.V. (hierna: Paribas) betaling van een bedrag van € 6.609,52 van Bak Coachgroup Beheer B.V. (hierna: Bak) op basis van een huurovereenkomst. De vordering is ingesteld na een faillissement van Mondeal Cargo B.V., de oorspronkelijke huurder. Paribas stelt dat zowel Mondeal als Bak als huurders zijn opgetreden, maar Bak betwist dit. De kantonrechter heeft op 15 maart 2017 een tussenvonnis gewezen waarin werd geoordeeld dat Paribas bewijs moet leveren van haar stellingen, aangezien niet vaststaat dat de naam van Bak op het contract stond vermeld op het moment van ondertekenen. De rechter heeft de bewijslast bij Paribas gelegd, omdat de betwisting door Bak niet is weerlegd. De zaak is aangehouden voor bewijslevering, waarbij Paribas de gelegenheid krijgt om feiten en omstandigheden aan te tonen die de huurovereenkomst met Bak onderbouwen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Privaatrecht
Sectie Kanton - locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 5341029 \ CV EXPL 16-7092 [(H.K.)]
Uitspraakdatum: 15 maart 2017
Tussenvonnis in de zaak van:
de naamloze BNP Paribas Leasing Solutions N.V.
statutair gevestigd te ‘s-Hertogenbosch
eiseres
verder te noemen: Paribas
gemachtigde: mr. R. Arnoldus, advocaat te Veghel
tegen
de besloten vennootschap Bak Coachgroup Beheer B.V.
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Alkmaar
gedaagde
verder te noemen: Bak
gemachtigde: mr. J.S. Dallinga, advocaat te Alkmaar.

1.Het procesverloop

1.1.
Paribas heeft bij dagvaarding van 23 augustus 2016 een vordering tegen [directeur Bak] ingesteld. [directeur Bak] heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Op 15 februari 2017 heeft een zitting plaatsgevonden, waarbij Paribas is verschenen bij gemachtigde mw.mr. J.M.A. Zandvoort (namens mr. Arnoldus) en [directeur Bak] is verschenen bij haar directeur [Directeur Bak] , bijgestaan door gemachtigde mr. J.S. Dallinga.
De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. De gemachtigden van beide partijen hebben ter zitting pleitnotities overgelegd.

2.De feiten

2.1.
Paribas betreft een onderneming in objectfinanciering.
2.2.
RouteVision Nederland B.V. (RouteVision) betreft een onderneming in overige dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatietechnologie. Zij is leverancier van routeregistratiesystemen en bijbehorende software.
2.3.
Bak Coachgroep Beheer B.V. ( [directeur Bak] ) betreft een financiële holding en is bestuurder van Mondeal Cargo B.V. (hierna: Mondeal).
2.4.
Mondeal betreft een onderneming in goederenvervoer over de weg.
2.5.
Mondeal had behoefte aan RouteVision Dashboard Professional systemen en wilde daarom vijf systemen bij RouteVision kopen. Later is dit gewijzigd in acht systemen.
In verband hiermee is op 10 januari 2014 een medewerker van RouteVision bij de Mondeal langs geweest om een huurovereenkomst te laten ondertekenen, waarop als betrokken partijen staan vermeld: de huurder (Mondeal), RouteVision en Paribas. In ieder geval heeft op die datum de heer [X] namens Mondeal het contract ondertekend.
2.7.
Op 31 januari 2014 is andermaal een medewerker van RouteVision bij de huurder langs geweest. Toen heeft de heer [Directeur Bak] het contract ondertekend.
2.8.
Op 31 maart 2015 is Mondeal in staat van faillissement verklaard.

3.De vordering

3.1.
Paribas vordert dat de kantonrechter [directeur Bak] veroordeelt tot betaling van:
A. de hoofdsom ad € 6.609,52;
B. de contractuele rente ad 1,50% per maand over deze hoofdsom vanaf de vervaldatum
van de facturen tot de voldoening;
C. de buitengerechtelijke kosten ad € 705,48;
D. de proceskosten, waaronder het nasalaris.
3.2.
Paribas legt aan haar vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat zowel Mondeal als [directeur Bak] de overeenkomst als huurder zijn aangegaan.
Op 10 januari 2014 vermeldde het contract Mondeal als enige huurder. Op die dag hebben zowel de heer [voorletter] [X] als de heer [Directeur Bak] namens Mondeal getekend.
Kort hierop heeft Paribas een kredietcheck gehouden en daaruit bleek dat Mondeal niet kredietwaardig genoeg werd bevonden. Om die reden is een medewerker van RouteVision op 31 januari 2014 nogmaals bij Mondeal en [directeur Bak] langs geweest – beide bedrijven zijn in hetzelfde pand gevestigd – en heeft een gewijzigd contract aan de heer [Directeur Bak] voorgelegd, waarop ook de naam van “Bak Coachgroup Beheer B.V.” als huurder stond vermeld. Dit gewijzigde contract is op die dag door de heer [directeur Bak] nogmaals ondertekend, maar nu namens Bak Coachgroup Beheer B.V. Het contract was hiertoe tevoren aangepast: de naam van Bak Coachgroup B.V. was er met de pen bijgeschreven, alsmede het KvK-nummer van deze B.V.
Paribas betwist dat zij die gegevens erbij heeft geschreven nadat de heer [Directeur Bak] had getekend. Paribas biedt zo nodig bewijs aan van haar stellingen.

4.Het verweer

4.1.
[directeur Bak] betwist de vordering. Zij voert aan – samengevat – dat de heer [voornaam] [X] op 1 oktober 2014 als bestuurder van Mondeal is aangetreden. Op 10 januari 2014 was [X] nog gewoon medewerker van Mondeal. Hij had toen de betreffende huurovereenkomst namens Mondeal getekend. Omdat de wederpartij er nadien achter kwam dat de heer [X] op dat moment niet bevoegd was om Mondeal te binden, is men enige tijd later, dat kan heel goed 31 januari 2014 zijn geweest, wederom bij Mondeal langs geweest om ook de handtekening van bestuurder [Directeur Bak] te laten plaatsen. [directeur Bak] heeft toen namens Mondeal getekend. De heer [directeur Bak] wilde zijn handtekening eerst aan de linkerkant in het vakje van de huurder plaatsen, maar omdat de handtekening door de al geplaatste handtekening van de heer [X] zou komen, heeft [directeur Bak] die handtekening niet afgemaakt (het is dus een halve handtekening) en heeft rechts naast de handtekening van de heer [X] zijn volledige handtekening geplaatst.
Op 10 januari 2014 heeft alleen de heer [X] getekend en niet ook de heer [directeur Bak] .
[directeur Bak] betwist met klem dat de naam “Bak Coachgroup Beheer B.V.” op 31 januari 2014 als huurder op het contract stond vermeld. Deze naam is er nadien door de wederpartij aan toegevoegd, evenals het KvK-nummer van [directeur Bak] . [directeur Bak] heeft nooit voor haar eigen medehuurderschap getekend. Hij treedt met zijn privé-BV nooit op als huurder. [directeur Bak] biedt bewijs aan van haar stellingen.

5.De beoordeling

5.1.
Gelet op de uitdrukkelijke betwisting door [directeur Bak] is naar het oordeel van de kantonrechter niet komen vast te staan dat de naam van “Bak Coachgroup Beheer B.V.” op het contract stond vermeld toen de heer [Directeur Bak] op 31 januari 2014 het contract ondertekende. Niet valt uit te sluiten dat de heer [directeur Bak] namens Mondeal heeft getekend, omdat Paribas had ontdekt dat de heer [X] niet bevoegd was om namens Mondeal te tekenen, waarbij er van wordt uitgegaan dat tegenover de gemotiveerde betwisting evenmin is komen vast te staan dat de heer [directeur Bak] ook op 10 januari 2014 een handtekening onder het contract had geplaatst.
In tegenstelling tot wat Paribas hierover heeft gesteld, komt betekenis toe aan het feit dat de naam van “Bak Coachgroup Beheer B.V.” op het formulier niet in het daarvoor bestemde kader is geplaatst en niet is voorzien van een goedkeurende paraaf. Ook acht de kantonrechter van belang de stelling van [directeur Bak] , dat zij haar privé-BV nooit als contractant verbindt voor dergelijke overeenkomsten.
5.2.
Nu niet vaststaat dat de naam van “Bak Coachgroup Beheer B.V.” op het contract stond vermeld op 31 januari 2014, het moment van ondertekenen, is de kantonrechter met [directeur Bak] van oordeel dat om die reden geen sprake is van een onderhandse akte in de zin van artikel 157 lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering [Rv] waaraan dwingende bewijskracht toekomt.
Daarom rust op grond van artikel 150 Rv de bewijslast op Paribas en zal zij overeenkomstig haar aanbod in de gelegenheid worden gesteld haar stelling(en) te bewijzen.
5.3.
De kantonrechter houdt iedere verdere beslissing aan.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
laat Paribas toe te bewijzen feiten en omstandigheden waaruit volgt dat zij op of rond 31 januari 2014 de gestelde huurovereenkomst met Bak Coachgroup Beheer B.V. heeft gesloten;
6.2.
bepaalt dat bewijslevering door middel van het overleggen van stukken plaatsvindt vóór of uiterlijk op de rolzitting van
woensdag 15 maart 2017 te 10.30 uur;
6.3.
wanneer Paribas voor bewijslevering getuigen wil laten horen, moeten uiterlijk op deze rolzitting ook het aantal en de personalia van de getuigen worden opgegeven evenals de verhinderdata van
beidepartijen, de gemachtigden en - voor zover mogelijk - van de getuigen. Daarna zal een tijdstip voor het verhoor worden bepaald;
6.4.
uitstel wordt in beginsel niet verleend. Bij het ontbreken van tijdig bericht van Paribas wordt er van uitgegaan dat zij geen gebruik wenst te maken van de gelegenheid tot bewijslevering.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.S. Reid en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van J.A.J. Kreijger, griffier.
De griffier De kantonrechter