Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
2.Feiten en omstandigheden
3.De beoordeling
4.De beslissing
26 april 2017 PRO FORMA, in afwachting van de resultaten van de mediation.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak betreft het een internationale echtscheiding tussen een man en een vrouw, waarbij de moeder en het kind hun gewone verblijfplaats in Colombia hebben. De rechtbank Noord-Holland heeft op 22 februari 2017 uitspraak gedaan over de bevoegdheid van de Nederlandse rechter om kennis te nemen van de nevenvoorzieningen die samenhangen met de ouderlijke verantwoordelijkheid. De rechtbank oordeelt dat de Colombiaanse rechter de aangewezen rechter is om te oordelen over deze nevenvoorzieningen, omdat het belang van het kind niet gerechtvaardigd is door de Nederlandse rechter. Echter, voor verzoeken tot opname van onderling gemaakte afspraken over de ouderlijke verantwoordelijkheid, wordt de bevoegdheid van de Nederlandse rechter wel gerechtvaardigd door het belang van het kind, gezien de bereidheid van partijen om via crossborder mediation tot overeenstemming te komen.
De man en vrouw hebben beiden verzocht om echtscheiding, stellende dat hun huwelijk duurzaam is ontwricht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is om te oordelen over het verzoek tot echtscheiding, aangezien beide partijen de Nederlandse nationaliteit bezaten ten tijde van de indiening van het verzoekschrift. De rechtbank heeft het verzoek tot echtscheiding toegewezen en de zaak voor de nevenvoorzieningen aangehouden in afwachting van de resultaten van de mediation.
De rechtbank heeft ook de verzoeken van de man en vrouw met betrekking tot de hoofdverblijfplaats van het kind en de zorgregeling besproken. De vrouw heeft verzocht om het paspoort van het kind onder zich te houden, terwijl de man heeft verzocht om een informatie- en consultatieregeling. De rechtbank heeft de zaak aangehouden voor een periode van twee maanden voor mediation, waarna partijen schriftelijk moeten rapporteren over de voortgang.