Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.Bewijs
. [12] De aangetroffen schoensporen zijn vergeleken met de tijdens de fouillering in beslag genomen schoenen van verdachten [medeverdachte 2] [13] , [verdachte] [14] en [medeverdachte] . [15] Uit nader sporenonderzoek is gebleken dat het schoenspoor dat aangetroffen is in de slaapkamer waarschijnlijk is veroorzaakt met de schoenen van medeverdachte
4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
poging tot diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van verbreking
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van verbreking
5.Strafbaarheid van verdachte
6.Motivering van de sancties
- een gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen, waarvan 113 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van één jaar;
- een taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid, voor de duur van 60 uur.
7.Vordering benadeelde partij
[verbalisant]en
[verbalisant]hebben ieder een vordering tot schadevergoeding van € 500,00 ingediend tegen verdachte wegens immateriële schade die zij als gevolg van het onder 3 ten laste gelegde feit zou hebben geleden.
[slachtoffer 2]heeft een vordering tot schadevergoeding van € 738,50 ingediend tegen verdachte wegens materiële schade die hij als gevolg van het onder 2 ten laste gelegde feit zou hebben geleden. De gestelde schade bestaat uit herstelwerkzaamheden aan kozijnen en een vergoeding voor weggenomen sieraden.
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
HONDERDTACHTIG [180] DAGEN, met bevel dat van deze straf een gedeelte, groot honderddertien [113] dagen,
nietten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op twee jaren bepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
ZESTIG [60] URENtaakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door dertig [30] dagen hechtenis.
[verbalisant]en
[verbalisant]niet-ontvankelijk in hun vorderingen.
[slachtoffer 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 738,50, bestaande uit materiële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, aan Krimp, voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting. Daarbij bepaalt de rechtbank dat indien een medeverdachte dit bedrag geheel of gedeeltelijk heeft betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd.
4 dagenhechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft.