3.3.Redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit op grond van het volgende.
Op 12 februari 2015 heeft aangever [aangever] aangifte gedaan van poging tot inbraak in zijn woning aan [adres aangever] te Purmerend.
Verbalisant Van Slageren bevond zich op 12 februari 2015, rond 19.45 uur, ter hoogte van de hoek Donaulaan met [straatnaam adres aangever] te Purmerend.
Aldaar zag hij een personenauto van het merk Volkswagen, type Polo, grijs van kleur en voorzien van het kenteken [kenteken] rijden over [straatnaam adres aangever] en via de Donaulaan rijden in de richting van de rotonde aan de Laan der Continenten. Hij zag dat dit voertuig rechtsaf sloeg en parkeerde ter hoogte van het appartementencomplex aan de Algarve, met de voorzijde van het voertuig in de richting van de Donaulaan.
Hij zag dat er een tweetal mannen uitstapte en zich te voet begaf in de richting van de Donaulaan met de hoek [straatnaam adres aangever].
Even later, rond 19.50 uur, bevond verbalisant Van Slageren zich ter hoogte van [straatnaam adres aangever] 2 en zag hij dat één man in de richting van de voordeur van perceel [adres aangever] liep en dat de ander zich ophield in de nabijheid van de hoek van [straatnaam adres aangever] met [straat], gelegen schuin tegenover [adres aangever].
Hij zag dat de man bij de voordeur drukke en bonkende bewegingen met zijn armen maakte. Ook zag verbalisant Van Slageren dat de man hier even mee stopte toen er een auto passeerde en dat er kennelijk contact was tussen hem en de man aan de overzijde van de straat. Verbalisant Van Slageren heeft deze bevindingen direct doorgegeven aan de meldkamer en aansluitend contact gehouden.
Verbalisant Van Slageren zag dat beide mannen, kennelijk gestoord door de komst van politiepersoneel, lopend op de vlucht sloegen in de richting van de Donaulaan en hun weg vervolgden in de richting van de rotonde gelegen aan de Laan der Continenten. Ook zag hij dat de lichten van het geparkeerde voertuig werden ontstoken en dat het voertuig kort na de vlucht van beide mannen wegreed in de richting van de Laan der Continenten en op de rotonde rechtsaf sloeg in de richting van de rijksweg A-7. Het voertuig werd op dat moment gevolgd door opvallende politievoertuigen.
Verbalisanten Van der Zanden en Smits hoorden de medewerker van de meldkamer zeggen dat de grijskleurige Volkswagen Polo weg reed. Verbalisanten zagen het voertuig rijden, met daarachter een opvallend politievoertuig. Door het dienstvoertuig voor de grijze Volkswagen Polo te zetten hebben zij de bestuurder gedwongen het voertuig te stoppen op de Laan der Continenten. De bestuurder van dit voertuig is omstreeks 20.00 uur aangehouden en bleek [medeverdachte 2] te zijn, wonend op [adres medeverdachte] te Amsterdam.
Verbalisanten Koster en Van der Veen reden na een omstreeks 19.52 uur ontvangen melding van de meldkamer richting [straatnaam adres aangever] en reden vervolgens de Donaulaan te Purmerend op. Zij zagen ter hoogte van de brug drie jongens van vermoedelijk Noord-Afrikaanse afkomst lopen. Verbalisanten stopten het dienstvoertuig ter hoogte van de drie jongens en Koster zei dat zij moesten stoppen. Vervolgens zag Koster twee van de drie jongens voor zich wegrennen. Verbalisanten zagen dat zij vanaf de Donaulaan, over de rotonde van de Laan der Continenten in de richting van de Amazonelaan renden. Vervolgens hebben verbalisanten ter hoogte van de Trinidadstraat één persoon klemgereden. Dit was [medeverdachte 1], wonend te Amsterdam, die is aangehouden omstreeks 19.55 uur.
Verbalisanten omschrijven [medeverdachte 1] als volgt:
-man, ongeveer 25 jaar, ongeveer 1.70 meter lang, normaal postuur, Noordafrikaans uiterlijk, kort zwart haar, lichte baardgroei en lichte snor, donkerkleurige dun gewatteerde jas tot op de heupen, donkere broek en lichte sportschoenen met grijze veters.
Verbalisanten De Vaal en Van Donselaar zagen op de Amazonelaan twee personen rennen. Zij zagen dat één van hen werd aangehouden. De andere persoon hebben zij aangehouden om 19.56 uur op de Limbostraat en dat betrof verdachte, [verdachte], (destijds) wonend te Amsterdam.
In de jaszak van verdachte werden vier zwarte torx zelfborende schroeven aangetroffen.
Verbalisant Van Donselaar heeft op 16 februari 2015 verdachte als volgt omschreven:
- Noord Afrikaans uiterlijk
- breed gebouwd
- baardgroei
- Lange jas tot over de heupen
- Donkere trainingsbroek met daarop het logo van de voetbalclub Ajax Amsterdam op een van de broekspijpen
- blauwe sportschoenen van het merk Nike.
Door verbalisant Ruijter zijn camerabeelden afkomstig van privébewakingssystemen bekeken. Op camerabeelden van het zijzicht van [adres locatie camera] wordt onder meer het perceel [adres aangever] in beeld gebracht en is er deels zicht op de Donaulaan. De tijdweergave op deze camerabeelden loopt niet synchroon met de werkelijke tijd. In het proces-verbaal wordt gesproken over de tijd afkomstig van de camerabeelden.
Op de beelden van 12 februari 2015 ziet verbalisant Ruijter onder meer het volgende:
- dat er twee personen omstreeks 19:50 uur komende uit de richting van de Donaulaan, [straatnaam adres aangever] in lopen,
- dat één van deze personen, hierna genoemd NN1, via de rechterkant de voortuin van [adres aangever] inloopt,
- dat de andere persoon, hierna genoemd NN2, over het trottoir langs het perceel loopt en uit het zicht van de camera verdwijnt,
- dat NN1 voor de voordeur staat van perceel 4 (zie foto 4),
- dat NN1 zich naar rechts beweegt en voor het raam van de woning gaat staan,
- dat NN1 naar de ingang van de voortuin loopt en daar contact heeft met NN2 (zie foto 5),
- Dat er omstreeks 19:51 uur een busje de straat in komt rijden waarbij één persoon in het busje stapt (zie foto 6),
- dat NN1 en NN2 bij het zien van het busje weglopen in de richting van de Donaulaan,
- dat NN1 en NN2 na drie seconden weer terug [straatnaam adres aangever] in lopen,
- dat NN1 en NN2 de achtertuin in lopen van percee1 4 en uit het zicht van de camera verdwijnen,
- dat het licht van de achtertuin van perceel 4 aan gaat,
- dat NN1 en NN2 na ruim één minuut via dezelfde in-uitgang de achtertuin verlaten,
- dat NN1 en NN2 beiden de voortuin in lopen van perceel 4 (zie foto 7),
- dat NN1 de voortuin verlaat en voor de woning op het trottoir gaat staan (zie foto 8),
- dat NN2 voor de voordeur van perceel 4 blijft staan,
- dat NN1 om zich heen kijkend heen en weer voor de woning langs loopt,
- NN2 nog voor de voordeur staat en iets uit zijn jaszak pakt en vervolgens de voortuin via de rechterzijde verlaat,
- dat NN1 en NN2 samen in de richting van de Donaulaan lopen en blijven staan ter hoogte van de in-en uitgang van de tuin van perceel 4,
- dat NN1 en NN2 verder lopen in de richting van de Donaulaan,
- dat NN1 en NN2 na ongeveer twee seconden weer teruglopen in de richting van perceel 4,
- dat NN2 via de rechterzijde de voortuin in loopt,
- dat NN1 op het trottoir voor de woning blijft staan,
- dat NN1 de weg oversteekt en daarbij kijkt naar NN2 die voor de voordeur van de woning staat (zie foto 9),
- dat NN2 met beide handen de deurkruk van de voordeur vast houdt en daarbij duw en trek bewegingen maakt (zie foto 10),
- dat na 25 seconden duwen en trekken aan de deurkruk van de voordeur er een voertuig de straat in komt rijden waarbij NN2 de deurkruk loslaat en de voortuin via de rechterzijde verlaat,
- dat NN2 op dit moment komende vanuit [straat], [straatnaam adres aangever] inloopt en kijkt in de richting van NN1 (zie foto 11),
- dat NN2 ter hoogte van de tuin van perceel blijft staan,
- dat NN2 oversteekt en aan de andere kant van de straat contact maakt met NN1,
- dat na een kort contact NN2 terug loopt naar de woning op perceel 4,
- dat NN2 voor de voordeur van de woning staat en wederom met twee handen de deurkruk van de voordeur vastpakt en daarbij duw en trek bewegingen maakt,
- dat NN1 in de richting van [straat] loopt en buiten het beeld van de camera verdwijnt,
- dat NN2 voor het raam gaat staan en iets uit zijn jaszak of tas pakt en terug loopt naar de voordeur van perceel 4,
- dat NN2 wederom handelingen verricht aan de voordeur,
- dat NN1 voor de ingang van de voortuin staat en in de richting van de Donaulaan loopt,
- dat er omstreeks 19:58 uur een voertuig de straat in komt rijden waarbij NN1 de voortuin van perceel via de rechterzijde verlaat en achter NN2 aan loopt.
- dat NN1 en NN2 omstreeks 19:59:10 uur in de richting van de Donaustraat lopen,
- dat NN1 en NN2 oversteken op de Donaulaan,
- dat de politie omstreeks 19:59:25 uur komende uit de richting van de Donaulaan, [straatnaam adres aangever] in komt rijden.
Verbalisant Van Donselaar heeft de camerabeelden eveneens bekeken en omschrijft in zijn proces-verbaal van bevindingen de man die op de beelden van 12 februari 2015, omstreeks 19.55 uur onderaan in beeld langsloopt als volgt: licht getint, Noord Afrikaans uiterlijk, lange jas tot over de heupen, donkere trainingsbroek met een witte streep over de gehele lente van de broekspijpen, blauwe trainingsschoenen (…).
Verbalisant herkent deze persoon als zijnde: verdachte en relateert hem te herkennen omdat hij hem op 12 februari 2015 heeft aangehouden, waarbij hij dezelfde kleding droeg als op de beelden is waargenomen.
Verbalisant Van Donselaar is op 29 juni 2017 door de rechter-commissaris als getuige gehoord en heeft onder meer verklaard dat er bij de herkenning destijds geen twijfel was.
Na voorhouden van diens aanvullend proces-verbaal, dossierpagina 79, bevestigt hij dat het logo van de voetbalclub Ajax op één van de broekspijpen zat en verklaart hij dat het ging om een broek van het merk Adidas.
Ter terechtzitting van 28 november 2017 zijn de beschreven camerabeelden van 12 februari 2015 bekeken (vanaf systeemtijd 19.50 uur tot en met 20.00 uur).
De rechtbank heeft waargenomen dat de persoon die als eerste bij de voordeur van het perceel staat (NN1) een donkerkleurige broek aan heeft, waarop een witte verticale streep zichtbaar is. Als hij later in beeld komt, is te zien dat hij een jas met een capuchon draagt en dat de jas tot over de heupen reikt. Ook draagt hij blauwe schoenen.
NN2, die als beide personen vanuit de achtertuin teruglopen naar de voordeur, handelingen aan de voordeur van de woning verricht, is wat kleiner dan NN1, draagt een donkerkleurige broek zonder stre(e)p(en), en lichtkleurige schoenen. Als hij op een gegeven moment de straat oversteekt is te zien dat hij op zijn hoofd een muts draagt.
Voorts heeft verbalisant Van der Veen de eerder genoemde camerabeelden bekeken en daarbij geconstateerd dat het signalement van één van de mannen op de beelden voor een groot deel overeenkomt met het signalement van [medeverdachte 1], die mede door deze verbalisant is aangehouden.
Verbalisant Van der Veen ziet op de betreffende beelden een man van ongeveer 1.70 meter lang, rond de 25 jaar oud, met een normaal postuur, een donkerkleurige jas tot op de heupen en een donkerkleurige broek bij de voordeur staan. Verder ziet hij dat deze persoon opvallend lichte schoenen draagt. Dit komt allemaal overeen met het signalement van [medeverdachte 1]. Op de beelden ziet hij tevens dat deze persoon een donkerkleurige muts op zijn hoofd draagt. Op de beelden is te zien dat de beschreven persoon wegloopt in de richting van de Donaulaan. Kort daarop is te zien dat er twee politieauto’s op de Donaulaan rijden. Verbalisant Van der Veen bestuurde de achterste auto. Daar treffen Van der Veen en zijn collega [medeverdachte 1] aan die vervolgens vlucht in de richting van de Amazonelaan.
[medeverdachte 1] is, na zijn aanhouding, op donderdag 12 februari 2015 omstreeks 20.10 uur door verbalisanten Van der Veen en Koster overgebracht naar het politiebureau. [medeverdachte 1] zat op de achterbank van het dienstvoertuig, achter de bijrijdersstoel en had geen transportboeien om. Op het bureau aangekomen zag verbalisant Van der Veen, dat er een gebreide muts in een opberg vak van het portier zat waar [medeverdachte 1] had gezeten. Het betrof een grijze muts, die door beide verbalisanten niet eerder in het opberg vak van het portier is gezien en verbalisant Van der Veen is er zeker van dat er voor het vervoer van [medeverdachte 1] geen muts in het betreffende opberg vak van het portier zat. Er bestaat een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid dat verdachte [medeverdachte 1] deze muts tijdens het transport naar het bureau in het opberg vak van het portier heeft gestopt, aldus verbalisant Van der Veen.
Omstreeks 19.45 uur verliet een jonge man de woning van zijn moeder aan [straatnaam adres aangever] 8. Hij zag bij het perceel van nummer 4 een tweetal jongens met een Marokkaans uiterlijk.
Een van de twee droeg een zwarte jas tot op de heup en een grijze muts.
Verbalisanten Ter Veen en Verdam hadden naar aanleiding van de melding om 19.52 uur ontdekt dat in het slot van de voordeur van de woning aan het [adres aangever] een schroef was geboord. Om de zwarte schroef was een zogenoemde kerntrekker bevestigd, die door hen in beslag is genomen. Zij constateerden dat de schroef, die in het cilinderslot was gedraaid, een Torx-schroef betrof. Zij hebben foto’s gemaakt van deze schroef en van de schroeven die bij een van de verdachten – de rechtbank begrijpt: verdachte – zijn aangetroffen, welke schroeven volgens verbalisanten een sterke gelijkenis vertonen.
Verbalisant Rietveld heeft op een plattegrond de locaties van [adres aangever], de geparkeerde Volkswagen Polo en de aanhoudingen van de diverse verdachten ingetekend en daarbij de tijdstippen van melding en aanhouding vermeld. Ook is aan de hand van google maps inzichtelijk gemaakt dat de eerste waarneming van verdachten door de aanrijdende politie op de Donaulaan plaatsvond op een afstand van ongeveer 92 meter van het perceel [adres] (de rechtbank begrijpt: [adres aangever]).
De politie constateert tijdens het onderzoek dat de verdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] elkaar kennen. Zij zijn omstreeks 5 november 2014 in een voertuig aangetroffen en aangehouden op verdenking van poging tot woninginbraak.