ECLI:NL:RBNHO:2017:10565

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
20 december 2017
Publicatiedatum
18 december 2017
Zaaknummer
6336422\CV EXPL 17-8546
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Annulering van keukenbestelling en waarschuwingsplicht van de verkoper

In deze zaak heeft de besloten vennootschap Keukenconcurrent Nederland B.V. een vordering ingesteld tegen een consument, [gedaagde], die een keuken had besteld maar deze had geannuleerd. De keuken was besteld op 28 augustus 2017 voor een bedrag van € 6.415,00, met een aanbetaling van € 960,00. Na een inmeting op 11 februari 2016, waarbij de prijs steeg naar € 7.144,00, heeft de consument op 31 maart 2016 de bestelling geannuleerd, nadat een aannemer had geconstateerd dat de elektra in de woning verouderd was en dat er extra kosten van ruim € 1.800,00 gemaakt moesten worden voor aanpassingen. Keukenconcurrent vorderde betaling van annuleringskosten van 50% van de oorspronkelijke prijs, maar de consument betwistte deze vordering en stelde dat hij niet was gewaarschuwd voor de extra kosten.

De kantonrechter oordeelde dat Keukenconcurrent niet had voldaan aan haar waarschuwingsplicht, zoals neergelegd in artikel 7:754 BW. De rechter concludeerde dat de consument niet op de hoogte was gesteld van de noodzaak om de elektra aan te passen en dat de schade die Keukenconcurrent had geleden als gevolg van de annulering voor haar rekening moest blijven. De vordering van Keukenconcurrent werd afgewezen en de proceskosten werden aan haar opgelegd, omdat zij ongelijk kreeg. De beslissing werd genomen door mr. M. Hoendervoogt en op 20 december 2017 in het openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Privaatrecht
Sectie Kanton - locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 6336422 \ CV EXPL 17-8546
Uitspraakdatum: 20 december 2017
Vonnis in de zaak van:
de besloten vennootschap Keukenconcurrent Nederland B.V.
gevestigd te Waalwijk
eiseres
verder te noemen: Keukenconcurrent
gemachtigde: C. de Jong (BvCM)
tegen
[gedaagde]
wonende te [woonplaats]
gedaagde
verder te noemen: [gedaagde]
procederend in persoon

1.Het procesverloop

1.1.
Keukenconcurrent heeft bij dagvaarding van 28 augustus 2017 een vordering tegen [gedaagde] ingesteld en vervolgens op 18 september 2017 een exploot van oproeping uitgebracht. [gedaagde] heeft schriftelijk (aanvullend) geantwoord.
1.2.
Op 10 november 2017 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Voorafgaand aan de zitting heeft Keukenconcurrent op 2 november 2017 een akte overlegging producties toegezonden.

2.De feiten

2.1.
Op 28 augustus 2017 heeft [gedaagde] bij Keukenconcurrent een keuken gekocht tegen een prijs van € 6.415,00. [gedaagde] heeft een aanbetaling gedaan van € 960,00.
2.2.
Op de koopovereenkomst zijn de voorwaarden van de Centrale Branchevereniging Wonen (hierna: CBW-voorwaarden) van toepassing. Artikel 1.2 van deze voorwaarden luidt:
“De overeenkomst, aanbieding, leverantie of prestatie kan indien dit is overeengekomen betrekking hebben op aansluiten, installatie-, montage- en overige werkzaamheden. Hieronder wordt verstaan:Aansluiten: het aansluiten van alle toe- en afvoerleidingen en bedradingen op reeds aanwezige en correct aangebracht aansluitpunten;Installeren: het aanbrengen van alle toe- en afvoerleidingen, bedradingen en aansluitpunten,benodigd voor het juist monteren van de zaak;Monteren (plaatsen): het in elkaar zetten en stellen van de zaak dan wel onderdelen daarvan; (…)”.
Artikel 12 van de CBW-voorwaarden onder het kopje De annulering luidt als volgt:
“1. Bij annulering van de overeenkomst door de afnemer is deze een schadevergoeding verschuldigd van 30% van hetgeen de afnemer bij de uitvoering van de overeenkomst had moeten betalen, tenzij partijen bij het sluiten van de overeenkomst anders zijn overeengekomen. Het percentage als bedoeld in de vorige zin bedraagt 50%, indien de annulering van een overeenkomst door de afnemer geschiedt terwijl de afnemer er al van kennis is gesteld dat de op- of aflevering of een deel ervan indien het een deellevering betreft kan plaatsvinden.”
2.3.
Op 11 februari 2016 is de keuken in de woning van [gedaagde] ingemeten. Het opgemaakte inmeetrapport is door [gedaagde] ondertekend. Het inmeetrapport heeft geleid tot een meerprijs van € 579,00, zodat de gewijzigde koopsom € 6.994,00 bedroeg. Tevens blijkt uit een op 11 februari gedateerde montage-opdracht dat Keukenconcurrent de kosten die verbonden zijn aan het aansluiten op bestaande aansluitpunten, inclusief aansluitmaterialen en de kosten verbonden aan het leidingwerk basis (het verleggen van aansluitpunten binnen de keukenruimte, inclusief drie WDC’s boven werkblad) voor haar rekening zou nemen.
2.4.
Op 8 maart 2016 heeft Keukenconcurrent een leidingschema opgesteld. Dit heeft geleid tot een nieuwe wijziging in de bestelling, waardoor de koopprijs € 7.144,00 bedroeg. [gedaagde] is ook met deze gewijzigde koopsom akkoord gegaan.
2.5.
Keukenconcurrent heeft de keuken op 19 maart 2016 in productie is genomen.
2.6.
Op 31 maart 2016 heeft Keukenconcurrent een aannemer bij [gedaagde] langs gestuurd. De aannemer gaf aan dat de elektra in de woning van [gedaagde] verouderd was en dat voor het veilig kunnen plaatsen en aansluiten van de keuken, ingrepen in de elektravoorziening, waaronder het plaatsen van een nieuwe elektragroep, noodzakelijk waren. Hiermee zou een bedrag van ruim € 1.800,00 gemoeid zijn. Op diezelfde dag heeft [gedaagde] de bestelde keuken geannuleerd.
2.7.
[gedaagde] heeft de door Keukenconcurrent in rekening gebrachte annuleringskosten van 50% niet betaald. De op maat gemaakte keuken bevindt zich nog steeds in het magazijn van Keukenconcurrent.

3.De vordering

3.1.
Keukenconcurrent vordert dat de kantonrechter [gedaagde] veroordeelt tot betaling van
€ 2.610,98, bestaande uit 50% van de initiële hoofdsom van € 6.415,00, € 26,35 aan wettelijke rente berekend tot en met 17 augustus 2017 en € 337,13 aan buitengerechtelijke incassokosten.
3.2.
Keukenconcurrent legt aan de vordering ten grondslag dat [gedaagde] 50% aan annuleringskosten verschuldigd is zoals vermeld in artikel 12 van de toepasselijke CBW-voorwaarden. [gedaagde] heeft de bestelling van de op maat gemaakte keuken geannuleerd terwijl deze reeds voor aflevering gereed stond.

4.Het verweer

4.1.
[gedaagde] betwist de vordering. Hij voert aan dat hij de bestelling van de keuken op goede gronden heeft geannuleerd, omdat hij geruime tijd na aankoop van de keuken door de aannemer is geconfronteerd met een bedrag van € 1.838,49 aan meerwerkkosten, waardoor de uiteindelijke koopprijs van de keuken boven zijn budget viel. [gedaagde] is bij de aankoop van de keuken nimmer gewezen op deze kosten. Keukenconcurrent had hem voor deze mogelijke kosten moeten waarschuwen.

5.De beoordeling

5.1.
Tussen partijen is niet in geschil dat zij een gemengde koop-/aannemingsovereenkomst met betrekking tot een door Keukenconcurrent te leveren keuken hebben gesloten tegen een oorspronkelijke koopsom van € 6.415,00. Ook staat vast dat [gedaagde] , nadat Keukenconcurrent de keuken op 11 februari 2016 heeft laten inmeten, akkoord is gegaan met een tweetal prijsverhogingen (vaatwasser met front en een grotere hoekspoelkast), waardoor de koopsom op een bedrag van in totaal € 7.144,00 kwam. Daarna heeft Keukenconcurrent de keuken in productie genomen.
5.2.
De vraag die partijen verdeeld houdt is of [gedaagde] de overeenkomst nog mocht annuleren toen de aannemer die namens Keukenconcurrent de leidingen kwam nakijken, op 31 maart 2016 aangaf dat de in de woning aanwezige elektra verouderd was en dat met het (bij)plaatsen van een aardlekschakelaar en een extra groep, nog eens een bedrag van ruim € 1.800,00 gemoeid zou zijn. Meer in het bijzonder heeft [gedaagde] zich erop beroepen dat Keukenconcurrent hem voor deze extra kosten had behoren te waarschuwen, zodat - zo begrijpt de kantonrechter zijn verweer - eventuele schade die daarvan het gevolg is voor rekening van Keukenconcurrent moet blijven.
5.3.
De kantonrechter stelt vast dat uit de door Keukenconcurrent overgelegde overeenkomst volgt dat de oorspronkelijke prijs van de keuken als volgt is opgebouwd: -
materialen € 6.250,--
montage volgens montageopdracht € gratis-
bezorgkosten € 165,-Ter zitting is gebleken dat tijdens of na het inmeten van de keuken op 11 februari 2016 tussen partijen discussie is ontstaan over de vraag wat precies onder
‘montage’moest worden verstaan. Volgens Keukenconcurrent houdt dit in het plaatsen van een keuken zonder dat deze wordt aangesloten of gebruiksklaar wordt gemaakt. Zij verwijst daarvoor naar de montage-opdracht onder het kopje 1. [gedaagde] stelt dat hij er altijd vanuit is gegaan dat de (gratis) montage van de keuken inhield dat de keuken ook zou worden aangesloten op (bestaande) aansluitpunten/leidingwerk. Keukenconcurrent heeft ter zitting aangegeven dat het gebruikelijk is dat een ingevulde montage-opdracht reeds bij aankoop van de keuken aan de klant wordt meegegeven, zodat voor de klant duidelijk is welke kosten in de koopsom zijn inbegrepen en welke kosten niet. Keukenconcurrent heeft erkend dat in het geval van [gedaagde] bij aankoop van de keuken geen (ingevulde) montage-opdracht is meegegeven, aangezien die pas tijdens of na het inmeten van de keuken is opgesteld. Dit is voor Keukenconcurrent aanleiding geweest om de kosten verbonden aan het aansluiten van de keuken en het verleggen van leidingwerk voor haar rekening te nemen.
5.4.
Nadat de keuken door Keukenconcurrent in productie is genomen, heeft zij een aannemer bij [gedaagde] langs gestuurd om het leidingwerk na te kijken, kennelijk in verband met het aansluiten van de benodigde apparatuur. Toen bleek dat de elektra in de woning van [gedaagde] verouderd was en dat voor het veilig kunnen plaatsen en aansluiten van de keuken, ingrepen in de elektravoorziening, waaronder het plaatsen van een nieuwe elektragroep, noodzakelijk waren. Hier geldt dat niet is gebleken dat [gedaagde] bij aankoop van de keuken is geïnformeerd over het feit dat hij ervoor moest zorgen dat de elektra in de woning zodanig was uitgerust dat de keuken daarop veilig kon worden aangesloten. Anders dan Keukenconcurrent heeft betoogd, is de kantonrechter van oordeel dat op haar de verplichting rustte [gedaagde] daarop te wijzen of hem minst genomen mee te delen dat in het geval veranderingen aan de elektra nodig zouden blijken, de daarmee verband houdende kosten voor diens rekening kwamen. Het ter zitting namens Keukenconcurrent ingenomen standpunt dat de meeste mensen dat toch wel weten, wijst de kantonrechter van de hand. [gedaagde] heeft immers onweersproken gesteld een leek te zijn op dit gebied, terwijl Keukenconcurrent zelf aangeeft dat zij haar klanten bij aankoop van de keuken een montageformulier meegeeft waarop precies staat aangekruist welke werkzaamheden voor rekening van Keukenconcurrent komen en welke niet. Onderdeel 4 van dit formulier gaat over elektronische voorzieningen inclusief materialen. Vast staat dat [gedaagde] dit formulier bij aankoop van de keuken niet heeft gekregen. Bovendien heeft [gedaagde] onweersproken gesteld dat in de nieuwe keuken niet meer apparatuur zou komen dan reeds aanwezig is in zijn huidige keuken, die prima functioneert. De kantonrechter gaat ook voorbij aan de stelling van Keukenconcurrent dat de verkoper een en ander wel bij de aankoop van de keuken in augustus 2017 met [gedaagde] heeft besproken, aangezien Keukenconcurrent dit op geen enkele wijze heeft onderbouwd.
5.5.
Dit leidt ertoe dat Keukenconcurrent niet heeft voldaan aan de op haar rustende waarschuwingsplicht, zoals neergelegd in artikel 7:754 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Deze waarschuwings-/informatieverplichting is tevens terug te vinden in de van toepassing zijnde CBW-voorwaarden (artikel 7 leden 3 en 4). Dat het hiervoor genoemde montageformulier na het inmeten van de keuken op 11 februari 2016 en nog voor het in productie nemen van de keuken wel aan [gedaagde] is verstrekt, doet aan de hiervoor getrokken conclusie niet af. Keukenconcurrent heeft niet gesteld en evenmin aannemelijk gemaakt dat zij tijdens het inmeten van de keuken alsnog aan de op haar rustende verplichting heeft voldaan. Het gevolg van de schending van deze verplichting is dat de in verband hiermee door Keukenconcurrent geleden schade, in dit geval de in de vorm van een annuleringsbeding gevorderde vaste schadevergoeding, voor haar rekening moet blijven.
5.6.
De conclusie is dat de kantonrechter de vordering van Keukenconcurrent zal afwijzen.
5.7.
De proceskosten komen voor rekening Keukenconcurrent, omdat zij ongelijk krijgt. Omdat [gedaagde] zich niet door een professionele gemachtigde heeft laten bijstaan, komen op grond van het bepaalde bij artikel 238 Burgerlijke Rechtsvordering voor vergoeding slechts de noodzakelijke reis- en verblijfkosten in aanmerking.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
wijst de vordering af;
6.2.
veroordeelt Keukenconcurrent tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor [gedaagde] worden vastgesteld op een bedrag van € 50,00 aan reis- en verletkosten.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Hoendervoogt en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter