ECLI:NL:RBNHO:2017:10550
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- M.T. Goossens
- C.A.M. van der Heijden
- C.E. van Oosten-van Smalen
- J.J. Dijk
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van de rechter in civiele procedure
Op 12 juni 2017 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een wrakingsverzoek van een verzoeker tegen rechter M.T. Goossens. Het wrakingsverzoek werd ingediend tijdens de zitting van 7 maart 2017, maar was gebaseerd op feiten die de verzoeker al kende tijdens de zitting van 1 september 2016. De verzoeker had zich tijdens die zitting beklaagd over de bewoordingen van de rechter, die hem had aangesproken met 'kop dicht'. Ondanks dat de verzoeker zijn onvrede had geuit, had hij geen formeel wrakingsverzoek ingediend op dat moment. De rechtbank oordeelde dat het verzoek te laat was ingediend, omdat de verzoeker op de hoogte was van de omstandigheden die zijn wrakingsverzoek onderbouwden. De rechtbank verklaarde de verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking. De wrakingskamer overwoog bovendien dat, zelfs als het verzoek tijdig was ingediend, er geen gronden waren om het verzoek toe te wijzen. De rechter had zich weliswaar niet diplomatiek uitgedrukt, maar er was geen bewijs van vooringenomenheid of gebrek aan onpartijdigheid. De rechtbank besloot dat het proces in de hoofdzaak voortgezet moest worden in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek.