Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
O-Tax als taxichauffeur op basis van een arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht voor de duur van 7 maanden. Per 6 mei 2015 is deze overeenkomst verlengd voor de duur van één jaar. Het dienstverband is van rechtswege geëindigd op 5 mei 2016.
3.De vordering
4.Het verweer
O-Tax, waardoor zij moeilijk inzetbaar was. Het verlies van twee grote klanten in augustus en oktober 2015 heeft vervolgens geleid tot een aanzienlijk afname van de werkzaamheden. Daarom is het aantal uren vanaf november 2015 teruggelopen. [werkneemster] heeft bovendien diverse aangeboden vacatures afgewezen. O-Tax voert verder nog aan dat, voor zover aangenomen moet worden dat [werkneemster] structureel meer heeft gewerkt, de door haar genoemde referentieperiode niet reëel is en een referentieperiode van oktober 2014 tot en met oktober 2015 representatiever is.