Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Het verweer en het tegenverzoek
5.De beoordeling
“Ik heb mevrouw [x] niet gevraagd om geld te pakken uit mijn enveloppe of portemonnee. Ik geef mevrouw [x] of haar collega’s nooit geld, ik geef ze weleens een koekje. Ik beheer mijn eigen geld, ik doe dat zelf, ik vind dat privé.”.
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 39), waarbij de situatie waarin de werknemer zich schuldig maakt aan diefstal, waardoor hij het vertrouwen van de werkgever onwaardig wordt, expliciet als voorbeeld is gegeven - als ernstig verwijtbaar moet worden aangemerkt. Dat betekent dat de transitievergoeding niet verschuldigd is en het verzoek van [x] zal worden afgewezen. De verzochte wettelijke rente over deze vergoeding wordt eveneens afgewezen.