Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
vonnis van de enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken d.d. 24 augustus 2016
afwijzing schuldsanering
[verzoeker],
“[verzoeker] is nog geen jaar bezig met het onderzoeken van de mogelijkheden om tot aflossing te komen van de financiering van zijn pilotenopleiding (hierna: pilotenfinanciering). Tot dusverre is ABN AMRO bereid gebleken regelingen te treffen, bijvoorbeeld met betrekking tot het doen van volledige renteconcessie bij een aflossing van € 300,= per maand. Gelet op het huidige inkomen van [verzoeker] is thans geen sprake van een problematische situatie. De enkele omstandigheid dat [verzoeker] tot dusverre niet heeft kunnen aflossen op de schuld, acht het hof op zichzelf onvoldoende om te kunnen zeggen dat hij verkeert in een zodanig problematische financiële positie dat hij tot in lengte van jaren met zijn schuld(en) achtervolgd kan worden. In dit verband acht het hof van belang dat het aanbod van [verzoeker] tot betaling van een afkoopbedrag van € 21.000,= tegen finale kwijting van de restschuld was gebaseerd op zijn huidige inkomen en op een looptijd van tien jaar terwijl niet valt uit te sluiten dat [verzoeker], gezien zijn jonge leeftijd en toekomstperspectief en de mogelijkheid interne cursussen te volgen in de toekomst meer gaat verdienen en een aanbod ook gebaseerd kan worden op een langere termijn. Het staat [verzoeker] daarbij vrij in alle redelijkheid met ABN AMRO overeen te komen dat afspraken worden bijgesteld wanneer de omstandigheden daartoe aanleiding geven. Op grond van het vorenstaande is het hof er vooralsnog niet van overtuigd dat [verzoeker] geen aanvaardbare regeling met ABN AMRO kan treffen en evenmin dat hij thans verkeert in een situatie dat hij tot in lengte van jaren zal moeten betalen zonder uitzicht op algehele aflossing. De stelling van [verzoeker] dat de arbeidsmarkt geen reëel uitzicht biedt op carrière -en inkomensontwikkeling is onvoldoende onderbouwd zodat het hof daaraan voorbijgaat. Ook de verklaring van Plangroep dat [verzoeker] niet meer dan € 175,= per maand kan aflossen en daardoor financieel klem komt te zitten kan [verzoeker] niet baten nu de door Plangroep gemaakte berekeningen zijn gebaseerd op de huidige financiële gegevens zonder dat daarbij rekening wordt gehouden met de mogelijkheid van toekomstige positieve ontwikkelingen. Van [verzoeker] mag in de gegeven omstandigheden worden verwacht dat hij met ABN AMRO in gesprek gaat teneinde te trachten tot een acceptabele betalingsregeling te komen dan wel met zekerheid te kunnen vaststellen dat vanwege een gebrek aan financiële ruimte een voor beide partijen aanvaardbare regeling niet haalbaar is. Gebleken is immers dat de laatste voorstellen telefonisch zijn gedaan dan wel per e-mail en ABN AMRO daarbij te kennen heeft gegeven nog steeds ruimte te zien om met [verzoeker] tot een aanvaardbare regeling te komen. Indien desondanks mocht blijken dat het bij die gelegenheid niet tot een aanvaardbare oplossing is gekomen en [verzoeker] daarbij het maximaal haalbare heeft aangeboden, hetgeen zal moeten blijken uit een gedetailleerd en gedocumenteerd aanbod welke is getoetst door een erkende schuldhulpverlener, staat het [verzoeker] vrij de rechtbank te verzoeken ABN AMRO te bevelen in te stemmen met een door hem aangeboden schuldregeling als bedoeld in artikel 287a Fw alvorens wederom een beroep te doen op de wettelijke schuldsaneringsregeling.”
“Wij hebben het volgende met u afgesproken: