Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
€ 2.767,58 bruto per maand. Daarnaast had [de werknemer] recht op een diplomatoeslag CCV-B van € 42,34, een gemiddelde ORT van € 305,15 en een gemiddeld GD van € 37,44 per maand, een eindejaarsuitkering van 1,15 % en vakantietoeslag van 8 % over het bruto jaarloon.
3.Het verzoek
a. het ontslag op staande voet te vernietigen;
€ 1.863,00;
Ten aanzien van de onverwijldheid stelt [de werknemer] dat Connexxion niet voortvarend heeft gehandeld na het ontdekken van de als dringende reden gekwalificeerde handelingen op 16 september 2015. Ook heeft Connexxion te lang gewacht met het instellen van een onderzoek.
4.Het verweer en het tegenverzoek
Ter onderbouwing van haar standpunt heeft Connexxion camerabeelden en twee proces-verbalen naar aanleiding van het onderzoek door twee Buitengewoon Opsporingsambtenaren overgelegd. Hieruit blijkt volgens Connexxion dat [de werknemer] vervoersbewijzen niet verstrekt aan passagiers en deze dan niet separaat, maar bij de overige vervoersbewijzen bewaart. Ook blijkt volgens Connexxion uit de beelden en uit één van de processen-verbaal dat [de werknemer] eerder afgestempelde vervoersbewijzen aan een passagier overhandigd. Verder heeft Connexxion ter onderbouwing van haar standpunt een overzicht van de kaartopbrengsten van chauffeurs die dezelfde route rijden overgelegd. Hieruit blijkt dat de kaartopbrengst van [de werknemer] substantieel lager is dan van andere chauffeurs.