Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling op 18 juli 2016
- de pleitnota van Villex
- de pleitnota van [gedaagde] .
- [A] , directeur en [B] , vastgoedadviseur, werkzaam bij Villex, bijgestaan door mr. Malipaard voornoemd,
- [gedaagde] , bijgestaan door mr. De Graaf voornoemd.
2.De feiten
- Dat Bruiklener aan Bruikleengever slechts een vergoeding wegens haar diensten is verschuldigd in het geval en zolang er daadwerkelijk een bruikleenovereenkomst tot stand komt en voortduurt;
- Dat Bruikleengever uit deze vergoeding onder andere haar organisatie- en secretariaatskosten voldoet, alsmede haar algemene beheerskosten, al welke kosten aldus periodiek over al haar cliënten/bruikleennemers worden omgeslagen, vermeerderd met een opslag wegens risico en winst;
- Dat deze vergoeding niet als huur of daarmee vergelijkbare vergoeding kan worden gelijkgesteld;
- Dat Bruiklener bereid is – en dat zijn woon- en leefsituatie zulks toelaten – zijn woonrecht afhankelijk te stellen van opzegging op korte termijn door Bruikleengever,
- Dat Bruiklener zich ermee akkoord verklaart dat deze bruikleen korte tijd na opzegging zal moeten eindigen, en zich realiseert dat hij geen beroep zal kunnen doen op huurbescherming, niet alleen omdat het beoogde gebruik van het pand naar zijn aard van korte duur zal zijn, doch tevens omdat tegenover dat gebruik geen tegenprestatie aan Bruikleengever verschuldigd is of zal worden voldaan;
- Je bent oppasser en geen huurder en je hebt dus geen huurrechten;
- Je bewoont een pand altijd tijdelijk, soms enkele weken, soms vele maanden achtereen;
- Het kan voorkomen dat je vaak en snel moet verhuizen;
3.Het geschil
4.De beoordeling
816,00