Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 29 juli 2016 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres
(districtskantoor Alkmaar)verweerder
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 29 juli 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. P.P.J.L. Appelman, en de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres had een WIA-uitkering die op 6 april 2015 werd beëindigd na een fraudemelding en herbeoordeling van haar arbeidsongeschiktheid. De verzekeringsarts en een psychiater hebben eiseres onderzocht en geconcludeerd dat er geen medische gronden waren voor volledige arbeidsongeschiktheid. Eiseres betwistte deze conclusies en stelde dat zij meer beperkt was dan aangenomen, met diagnoses van chronische depressiviteit en een paniekstoornis. De rechtbank oordeelde dat er geen vooringenomenheid was bij de psychiater en dat de medische rapportages zorgvuldig waren. De rechtbank concludeerde dat de arbeidsdeskundige de functies correct had beoordeeld en dat er geen aanleiding was voor een deskundigenonderzoek. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard.