ECLI:NL:RBNHO:2016:5062

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
27 mei 2016
Publicatiedatum
21 juni 2016
Zaaknummer
15/700114-14
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkeersongeval veroorzaakt door onvoldoende schoonmaken van de weg na werkzaamheden met een tractor

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 27 mei 2016 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die schuldig werd bevonden aan het veroorzaken van een ernstig verkeersongeval. De verdachte, als bestuurder van een tractor, had de weg bevuild met modder door werkzaamheden en had deze niet schoon gemaakt. Dit leidde tot een slipgevaarlijke situatie op de Dergmeerweg in Warmenhuizen, waar een personenauto slipte en tegen een boom tot stilstand kwam, met zwaar lichamelijk letsel voor een inzittende, een tweejarig kind. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich aanmerkelijk onvoorzichtig had gedragen en dat hij verantwoordelijk was voor de gevaarzetting op de openbare weg. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een werkstraf van 80 uren en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor 6 maanden, met een proeftijd van 2 jaren. Daarnaast werd een geldboete van 900 euro opgelegd, waarvan 450 euro voorwaardelijk was. De rechtbank overwoog dat de verdachte niet eerder voor soortgelijke delicten was veroordeeld, maar dat zijn handelen ernstige gevolgen had gehad voor de verkeersveiligheid.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf
Locatie Alkmaar
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 15/700114-14 (P)
Uitspraakdatum: 27 mei 2016
Tegenspraak
Vonnis
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 13 mei 2016 in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens op het adres
[adres] .
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. R. Hagemeier en van wat verdachte en zijn raadsvrouw, mr. S. Oudenaarden, advocaat te Amsterdam, naar voren hebben gebracht.

1.Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
Feit 1 (parketnummer 15/700114-14):
Primair
hij op of omstreeks 07 november 2013 te Warmenhuizen, gemeente Schagen, als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (landbouwtractor met aanhangwagen), daarmee rijdende over de weg, de Dergmeerweg, zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend,
- werkzaamheden te verrichten waardoor het wegdek van de Dergmeerweg besmeurd/bevuild raakte met modder en/of (een) ander(e) materia(a)l(en)(waardoor het wegdek van de Dergmeerweg slipgevaarlijk werd),
- vervolgens het wegdek onvoldoende schoon te maken en/of onvoldoende, althans ontoereikend, maatregelen te treffen om naderende bestuurders op die besmeurde/bevuilde weg een veilige doorgang te verlenen,
ten gevolge (mede) waarvan een personenauto, (merk Ford, type Ka, kenteken [kenteken] ) op dat wegdek is gaan slippen en/of schuiven (om uiteindelijk tegen een boom tot stilstand te komen),
waardoor een inzittende van die auto (genaamd [slachtoffer] ) zwaar lichamelijk letsel, (te weten een fractuur aan de schedel en het aangezicht, een schedelbasisfractuur), of zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan;
Subsidiair
hij op of omstreeks 07 november 2013 te Warmenhuizen, gemeente Schagen, grovelijk, althans aanmerkelijk onvoorzichtig en/of onachtzaam en/of nalatig heeft gehandeld als volgt: - verdachte en/of zijn mededader(s) heeft/hebben werkzaamheden verricht waardoor het wegdek van de Dergmeerweg besmeurd/bevuild raakte met modder en/of (een) ander(e) materia(a)l(en) (waardoor het wegdek van de Dergmeerweg slipgevaarlijk werd),
- vervolgens is dat wegdek onvoldoende schoongemaakt en/of zijn onvoldoende, althans ontoereikende, maatregelen getroffen om naderende bestuurders op die besmeurde/bevuilde weg een veilige doorgang te verlenen,
- vervolgens is een personenauto, (merk Ford, type Ka, kenteken [kenteken] ) op dat wegdek gaan slippen en/of schuiven (en is uiteindelijk tegen een boom tot stilstand gekomen), waardoor het aan zijn schuld te wijten is geweest dat een inzittende van die auto (genaamd [slachtoffer] ) zwaar lichamelijk letsel, te weten een fractuur aan de schedel en aangezicht en een schedelbasisfractuur, heeft bekomen, althans zodanig lichamelijk letsel dat daaruit tijdelijke ziekte van deze [slachtoffer] was ontstaan;
Meer Subsidiair
hij op of omstreeks 07 november 2013 te Warmenhuizen, gemeente Schagen, werkzaamheden heeft verricht waardoor het wegdek van de Dergmeerweg besmeurd/bevuild raakte met modder en/of (een) ander(e) materia(a)l(en) (waardoor het wegdek van de Dergmeerweg slipgevaarlijk werd), vervolgens is dat wegdek onvoldoende schoongemaakt en/of zijn onvoldoende, althans ontoereikende, maatregelen getroffen om naderende bestuurders op die besmeurde/bevuilde weg een veilige doorgang te verlenen,
vervolgens is een voertuig (te weten een personenauto, merk Ford, type Ka, kenteken [kenteken] ) op dat wegdek gaan slippen en/of schuiven, door welke gedraging(en) van verdachte en/of zijn mededader(s), gevaar op die weg, de Dergmeerweg, werd veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd, althans kon worden gehinderd;
Feit 2 (parketnummer 15/700116-14)
hij op of omstreeks 13 november 2013 te Warmenhuizen, gemeente Schagen, werkzaamheden heeft verricht waardoor het wegdek van de Dergmeerweg besmeurd/bevuild raakte met modder en/of (een) ander(e) materia(a)l(en) (waardoor het wegdek van de Dergmeerweg slipgevaarlijke werd) vervolgens is dat wegdek onvoldoende schoongemaakt en/of zijn onvoldoende, althans ontoereikende, maatregelen getroffen om naderende bestuurders op die besmeurde/bevuilde weg een veilige doorgang te verlenen,
vervolgens is een voertuig (te weten een personenauto, merk Toyota, type Avensis, kenteken [kenteken] ) op dat wegdek gaan slippen en/of schuiven, door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op de weg, de Dergmeerweg, werd veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd, althans kon worden gehinderd.

2.Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3.Bewijs

3.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de onder 1 primair en onder 2 ten laste gelegde feiten.
3.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft met betrekking tot feit 1 bepleit dat niet kan worden vastgesteld wie de modder op de weg heeft achtergelaten: verdachte of medeverdachte [medeverdachte] . Daarnaast stelt de raadsvrouw zich op het standpunt dat verdachte er alles aan heeft gedaan om een veilige doorgang van de weggebruikers te waarborgen door een waarschuwingsbord te plaatsen en door telkens na het rijden met een rooiwagen de weg schoon te vegen. Daarom dient vrijspraak te volgen voor het onder 1 primair, subsidiair en meer subsidiair ten laste gelegde.
Met betrekking tot feit 2 heeft de raadsvrouw van verdachte bepleit dat verdachte niet kan worden verweten dat hij onvoldoende of ontoereikende maatregelen heeft getroffen en dat verdachte daarom ook van dit feit moet worden vrijgesproken.
3.3.
Redengevende feiten en omstandigheden [1]
Met betrekking tot feit 1 primair:
Op 7 november 2013 rijdt [betrokkene] als bestuurster van een personenauto, een Ford Ka met kenteken [kenteken] , over de Dergmeerweg [2] te Warmenhuizen, gemeente Schagen. [3] Achter in de auto zit haar tweejarige zoontje [slachtoffer] in een kinderzitje. [4] Ter hoogte van perceel 36 [5] raakt de auto aan het slippen en de auto komt vervolgens tot stilstand tegen een boom aan de zijkant van de weg [6] . Hierbij loopt [slachtoffer] zwaar letsel aan het hoofd op, namelijk een hoofdwond, een fractuur aan de schedel en aan het aangezicht en een schedelbasisfractuur. [7]
[betrokkene] heeft verklaard dat de weg vol met prut en modder lag en dat de personenauto daardoor is gaan slippen. [8] De verbalisanten die kort na het ongeval ter plaatse komen zien modder op de Dergmeerweg liggen [9] en merken op dat de weg daardoor glad is. [10] Getuige [getuige] verklaart dat er een dikke laag modder op het wegdek lag waardoor zijn auto begon te glijden en dat het voertuig van [betrokkene] door diezelfde modder in de slip raakte en tegen de boom tot stilstand kwam. [11]
Door de landbouwers die zijn gevestigd aan de Dergmeerweg worden vanaf het land de landbouwproducten naar de bedrijven vervoerd met tractoren met aanhangers. Op het moment dat de weg door verbalisanten is afgezet vanwege het ongeval rijdt verdachte [verdachte] met een tractor met twee opleggers, gevuld met kolen, van zijn bouwland af de Dergmeerweg op. Verbalisant Kansen ziet dat de tractor van het land komt waar hij al sporen van modder op de weg had zien liggen. [12] De verbalisant geeft aan [verdachte] toestemming om het wegdek schoon te maken, waarop [verdachte] een kleinere tractor met een schraper voorop pakt en daarmee de weg schoonschraapt. Er is dan een duidelijk verschil te zien tussen het wegdek vóór het schoonschrapen en ná het schoonschrapen. [13] De verbalisant relateert in zijn proces-verbaal van bevindingen dat uit foto 5 blijkt dat [verdachte] met een volle tractor met kolen over een niet-schoongemaakte weg rijdt, en dat de weg dus niet – zoals [verdachte] zelf stelt – na iedere rit met een volle tractor door hem is schoongemaakt. [14]
[verdachte] heeft ter terechtzitting verklaard dat hij in die periode af en aan reed met volle aanhangers met kolen vanaf het bouwland naar zijn bedrijf. [15] Daarnaast heeft [verdachte] verklaard dat hij de Dergmeerweg heeft achtergelaten zoals te zien is op de foto op dossierpagina 9. [16]
Bewijsoverweging ten aanzien van feit 1 primair:
De rechtbank overweegt omtrent het onder 1 primair ten laste gelegde het volgende. Verdachte heeft verklaard dat hij na iedere rit met zijn volle tractor over de Dergmeerweg de weg heeft schoongeschraapt. De rechtbank acht deze verklaring van verdachte ongeloofwaardig, gelet op de foto op pagina 9 in het dossier, alsmede de verklaring van verbalisant Kansen, waaruit naar het oordeel van de rechtbank naar voren komt dat verdachte de Dergmeerweg in ieder geval niet schoon heeft gemaakt tussen zijn laatste rit met een volle tractor en het tijdstip waarop het ongeval heeft plaatsgevonden. Hierdoor heeft hij als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van zijn tractor, de weg besmeurd en bevuild met modder achtergelaten en werd het wegdek van de Dergmeerweg slipgevaarlijk, waardoor het verkeersongeval heeft plaatsgevonden met de personenauto van [betrokkene] , ten gevolge waarvan [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen.
Met betrekking tot feit 2:
Op 13 november 2013 rijdt [betrokkene] als bestuurster van haar personenauto, een Toyota Avensis met kenteken [kenteken] , over de Dergmeerweg [17] te Warmenhuizen, gemeente Schagen. [18] Ter hoogte van perceel 38 [19] raakt de auto aan het slippen, waarna ze met haar voertuig op zijn kop in het water belandt van de aan de rechterzijde van de weg liggende sloot. [20]
[betrokkene] heeft verklaard dat de rijbaan vies was en was voorzien van een vlakke laag prut. [21] De verbalisanten die kort na het ongeval ter plaatse komen zien modder/klei op de Dergmeerweg liggen. [22] Getuige [getuige] verklaart dat er prut op het wegdek lag, ten gevolge waarvan het voertuig van [betrokkene] in de slip raakte en in de naast de weg gelegen sloot tot stilstand kwam. [23]
De verbalisanten nemen waar dat het modderspoor op het wegdek vanaf het bouwland naar perceel Dergmeerweg 38 loopt [24] , zijnde het perceel van verdachte [verdachte] [25] . [verdachte] heeft ter terechtzitting verklaard dat hij in die periode af en aan reed met volle aanhangers met kolen vanaf het bouwland naar zijn bedrijf. [26]
Bewijsoverweging ten aanzien van feit 2:
De rechtbank overweegt omtrent het onder 2 ten laste gelegde het volgende. Verdachte heeft verklaard dat hij na iedere rit met zijn tractor over de Dergmeerweg de weg heeft schoongeschraapt. De rechtbank acht deze verklaring van verdachte ongeloofwaardig, nu uit de bevindingen van de verbalisanten en de getuigenverklaringen blijkt dat de weg was besmeurd met een laag modder. Naar het oordeel van de rechtbank blijkt hieruit dat verdachte de Dergmeerweg na het bevuilen niet schoon heeft gemaakt. Hierdoor heeft hij als bestuurder van zijn tractor de weg besmeurd en bevuild met modder achtergelaten en werd het wegdek van de Dergmeerweg slipgevaarlijk, waardoor hij gevaar op de weg heeft veroorzaakt.
3.4.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de onder 1 primair en onder 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat
Feit 1 (parketnummer 15/700114-14):
Primair
hij op 7 november 2013 te Warmenhuizen, gemeente Schagen, als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (landbouwtractor met aanhangwagen), daarmee rijdende over de weg, de Dergmeerweg, zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door aanmerkelijk onvoorzichtig
- werkzaamheden te verrichten waardoor het wegdek van de Dergmeerweg besmeurd/bevuild raakte met modder waardoor het wegdek van de Dergmeerweg slipgevaarlijk werd,
- vervolgens het wegdek onvoldoende schoon te maken,
ten gevolge waarvan een personenauto, merk Ford, type Ka, kenteken [kenteken] op dat wegdek is gaan slippen en schuiven om uiteindelijk tegen een boom tot stilstand te komen,
waardoor een inzittende van die auto genaamd [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel, te weten een fractuur aan de schedel en het aangezicht, een schedelbasisfractuur werd toegebracht;
Feit 2 (parketnummer 15/700116-14)
hij op 13 november 2013 te Warmenhuizen, gemeente Schagen, werkzaamheden heeft verricht waardoor het wegdek van de Dergmeerweg besmeurd/bevuild raakte met modder waardoor het wegdek van de Dergmeerweg slipgevaarlijk werd, vervolgens is dat wegdek onvoldoende schoongemaakt en vervolgens is een voertuig te weten een personenauto, merk Toyota, type Avensis, kenteken [kenteken] op dat wegdek gaan slippen en schuiven, door welke gedragingen van verdachte gevaar op de weg, de Dergmeerweg, werd veroorzaakt.
Hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1 primair:
Overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994.
Ten aanzien van feit 2:
Overtreding van artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is derhalve strafbaar.

5.Strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is derhalve strafbaar.

6.Motivering van de sancties

6.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wegens het onder 1 tenlastegelegde feit zal worden veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van 80 uren (subsidiair 40 dagen hechtenis), alsmede tot een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 6 maanden, met een proeftijd voor de duur van 2 jaren. De officier van justitie heeft voorts gevorderd dat verdachte wegens het onder 2 tenlastegelegde feit zal worden veroordeeld tot een geldboete van 900 euro (subsidiair 18 dagen hechtenis), waarvan 450 euro (subsidiair 9 dagen hechtenis) voorwaardelijk, met een proeftijd voor de duur van 2 jaren.
6.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft bepleit dat, mede gelet op de overschrijding van de redelijke termijn, alleen een voorwaardelijke geldboete dient te worden opgelegd.
6.3.
Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sancties die aan verdachte moeten worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon en de draagkracht van verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft op 7 november 2013 als bestuurder van een tractor een ernstig verkeersongeval veroorzaakt door zich op de weg aanmerkelijk onvoorzichtig te gedragen, nu hij de weg met zijn beladen tractor heeft besmeurd / bevuild met modder en de weg vervolgens niet heeft schoongemaakt. Een personenauto is in een slip geraakt en tegen een boom tot stilstand gekomen, ten gevolge waarvan de tweejarige inzittende zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen. De rechtbank rekent het verdachte aan dat hij, door zo te handelen, tekort is geschoten in zijn verantwoordelijkheid voor de veiligheid van zijn medeweggebruikers.
Verdachte heeft zich vervolgens een week later, op 13 november 2013, schuldig gemaakt aan gevaarzetting op de openbare weg, nu hij opnieuw de weg heeft besmeurd / bevuild zonder deze daarna schoon te maken. Hierdoor heeft opnieuw een verkeersongeval plaatsgevonden en is een personenauto gaan slippen en in de naastgelegen sloot terechtgekomen. Hierbij mag van geluk worden gesproken dat de gevolgen voor de inzittende van deze personenauto niet ernstiger zijn geweest.
De rechtbank rekent het verdachte aan dat hij de verantwoordelijkheid voor beide verkeersongevallen afschuift op de gemeente en de bestuursters van de personenauto’s en zijn eigen verantwoordelijkheid hierin niet lijkt te onderkennen.
Met betrekking tot de persoon van de verdachte heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op het op naam van de verdachte staand Uittreksel Justitiële Documentatie, gedateerd 6 april 2016, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder ter zake van soortgelijke delicten is veroordeeld.
De rechtbank waardeert de ernst van de zaak kennelijk anders dan de officier van justitie en is - alles afwegende - van oordeel dat voor het onder 1 primair bewezenverklaarde feit een vrijheidsbenemende straf van na te noemen duur moet worden opgelegd. De rechtbank zal echter bepalen dat deze straf vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en zal daaraan een proeftijd verbinden van twee jaren, opdat verdachte ervan wordt weerhouden zich voor het einde van die proeftijd schuldig te maken aan een strafbaar feit. Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat een taakstraf bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid van het na te noemen aantal uren moet worden opgelegd.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte wegens het onder 1 primair bewezenverklaarde feit de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen dient te worden ontzegd voor na te noemen duur. De rechtbank zal echter bepalen dat deze straf vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en zal daaraan een proeftijd verbinden van twee jaren opdat verdachte er voor het einde van die proeftijd van wordt weerhouden strafbare feiten te begaan.
De rechtbank is van oordeel dat voor het onder 2 bewezenverklaarde feit een geldboete moet worden opgelegd. Bij de bepaling van de hoogte heeft de rechtbank rekening gehouden met de draagkracht van de verdachte. Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat een hechtenis van na te noemen duur moet worden opgelegd. De rechtbank zal echter bepalen dat deze hechtenis vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en zal daaraan een proeftijd verbinden van twee jaren, opdat verdachte ervan wordt weerhouden zich voor het einde van de proeftijd schuldig te maken aan een strafbaar feit.

7.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
artikel 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 23, 24c, 62 van het Wetboek van Strafrecht; en
artikel 5, 6, 175, 176 en 179 van de Wegenverkeerswet 1994.

8.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart bewezen dat verdachte de onder 1 primair en onder 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.4. weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Bepaalt dat de bewezen verklaarde feiten de hierboven onder 4. vermelde strafbare feiten opleveren.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte ter zake van feit 1 primair tot een gevangenisstraf voor de duur van
2 (twee) weken, met bevel dat deze straf
nietten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op twee jaren bepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt verdachte ter zake van feit 1 primair tot het verrichten van
40 (veertig) urentaakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 20 dagen hechtenis.
Veroordeelt verdachte ter zake van feit 1 primair tot een ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van
6 (zes) maanden.
Beveelt dat deze straf
nietzal worden ten uitvoer gelegd tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op twee jaren bepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt verdachte ter zake van feit 2 tot het betalen van een geldboete van
€ 450,- (zegge: vierhonderd vijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 9 dagen hechtenis.
Veroordeelt verdachte ter zake van feit 2 tot een hechtenis voor de duur van
2 (twee) weken, met bevel dat deze straf
nietten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op twee jaren bepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. A.F. van Hoorn, voorzitter,
mr. W. Veldhuijzen van Zanten en mr. M.S. Lamboo, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. L. de Jong,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 27 mei 2016.
Mr. Veldhuijzen van Zanten en mr. Lamboo zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.De door de rechtbank in de voetnoten als proces-verbaal aangeduide bewijsmiddelen zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door personen die daartoe bevoegd zijn en voldoen ook overigens aan de daaraan bij wet gestelde eisen.
2.Proces-verbaal van verhoor van benadeelde [betrokkene] d.d. 21 november 2013 (p. 39).
3.Proces-verbaal aanrijding overtreding, opgesteld door verbalisant M. Rahmati d.d. 1 dec 2013 (p. 4).
4.Proces-verbaal van verhoor van benadeelde [betrokkene] d.d. 21 november 2013 (p. 39).
5.Proces-verbaal aanrijding overtreding, opgesteld door verbalisant M. Rahmati d.d. 1 dec 2013 (p. 4).
6.Proces-verbaal aanrijding overtreding, opgesteld door verbalisant M. Rahmati d.d. 1 dec 2013 (p. 4), en
7.Een geschrift, bestaande uit de medische verklaring omtrent [slachtoffer] d.d. 21 november 2013 (p. 49).
8.Proces-verbaal van verhoor van benadeelde [betrokkene] d.d. 21 november 2013 (p. 39).
9.Proces-verbaal VerkeersOngevals Analyse door verbalisanten G.H. Hoogendoorn en J.N. Mulder d.d. 28 januari 2014 (p. 26).
10.Proces-verbaal van bevindingen door verbalisant E.J.M. Wit d.d. 7 november 2013 (p. 17), en
11.Proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] d.d. 7 november 2013 (p. 57).
12.Proces-verbaal van bevindingen door verbalisant M.S. Kansen d.d. 7 november 2013 (p. 7).
13.Proces-verbaal van bevindingen door verbalisant M.S. Kansen d.d. 7 november 2013 (p. 7), en
14.Proces-verbaal van bevindingen door verbalisant M.S. Kansen d.d. 7 november 2013 (p. 7 en 8).
15.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 13 mei 2016.
16.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 13 mei 2016.
17.Proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] d.d. 13 november 2013 (p. 40).
18.Proces-verbaal aanrijding overtreding door verbalisanten G. Veldhuis en E.J.M. Wit d.d. 6 december 2013 (p. 5).
19.Proces-verbaal aanrijding overtreding door verbalisanten G. Veldhuis en E.J.M. Wit d.d. 6 december 2013 (p. 5).
20.Proces-verbaal aanrijding overtreding door verbalisanten G. Veldhuis en E.J.M. Wit d.d. 6 december 2013 (p. 5) en
21.Proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] d.d. 13 november 2013 (p. 40).
22.Proces-verbaal van bevindingen door verbalisant E.J.M. Wit d.d. 16 november 2013 (p. 11),
23.Proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] d.d. 13 november 2013 (p. 48).
24.Proces-verbaal van bevindingen door verbalisant G. Veldhuis d.d. 12 december 2013 (p. 18)
25.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 13 mei 2016.
26.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 13 mei 2016.