Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[naam kind], geboren op [geboortedatum] te Hoorn,
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 14 januari 2016 een beschikking gegeven in een familiezakenprocedure. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om het gezag van de moeder over de minderjarige te beëindigen en de vader met het gezag te belasten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder niet in staat is om de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding van het kind te dragen, wat heeft geleid tot ernstige bedreigingen in de ontwikkeling van het kind. De vader heeft het kind erkend en het kind woont sinds juli 2014 bij hem. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden in overweging genomen, waaronder een rapport van de Raad van 29 oktober 2015, waarin werd aangegeven dat het kind gediagnosticeerd is met het syndroom van Asperger en zich goed ontwikkelt in de huidige situatie bij de vader. De moeder heeft geen verweer gevoerd tegen het verzoek van de Raad en heeft ingestemd met de beëindiging van haar gezag. De rechtbank heeft geoordeeld dat het in het belang van het kind is dat de vader met het gezag wordt belast, en heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.