Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[H] ,
[h],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 24 juni 2015;
- de brief van 10 juli 2015 waarin Boretti de rechtbank verzoekt tussentijds hoger beroep open te stellen van voornoemd tussenvonnis;
- de brief van 27 juli 2015 waarin [X] . zich verzet tegen het openstellen van tussentijds hoger beroep;
- de brief van deze rechtbank van 30 juli 2015 waarin het verzoek tot het openstellen van tussentijds hoger beroep wordt afgewezen;
- de akte na tussenvonnis, tevens houdende vermeerdering van eis, met producties van [X] .;
- de antwoordakte na tussenvonnis, met één productie van Boretti
- de nadere akte na tussenvonnis (uitsluitend betreffende schade), met producties van [X] .
- de nadere antwoordakte na tussenvonnis van Boretti.
2.De verdere beoordeling
in conventie
€ 500.000,--, alsmede de kosten van de deskundigenberichten toewijsbaar geacht. Vervolgens is de zaak naar de rol verwezen teneinde [x] in de gelegenheid te stellen te reageren op de betwisting van Boretti van de overige schadeposten (tezamen € 183.739,94) en deze posten zo nodig nader te onderbouwen, waarop Boretti mocht antwoorden.
€ 15.000,-- d.d. 14 januari 2009 (productie 17 bij dagvaarding). Ter onderbouwing stelt [x] dat de twee laatste facturen van Suijkerbuijk ad € 51.921,-- incl. BTW buiten de schadevaststelling van EMN zijn gebleven, omdat Suijkerbuijk deze facturen op zijn CAR-verzekeraar zou proberen te verhalen. Deze CAR-verzekeraar vergoedde een bedrag van
€ 35.916,--, zodat ruwweg € 15.000,-- overbleef, die Suijkerbuijk bij [x] in rekening heeft gebracht door middel van de factuur van 14 januari 2009. Deze werkzaamheden werden volgens [x] door de CAR-verzekeraar aangemerkt als reeds opgeleverd.
herbouwvan de woning van [x] , die geacht moeten worden in de schadeopstelling van EMN te zijn meegenomen. Indien het door de CAR-verzekeraar vergoede bedrag van € 35.915,-- in mindering wordt gebracht op het bedrag van de twee onbetaalde facturen, resteert bovendien een bedrag van € 16.005,--, terwijl de voorschotfactuur van 14 januari 2009 ziet op een bedrag van € 15.000,--. Voor dit verschil heeft [x] evenmin een verklaring gegeven. De rechtbank zal deze post dus afwijzen.
€ 66.400,-- en de daadwerkelijke sloopkosten ad € 90.626,83, zijnde € 24.226,83. Volgens [x] is EMN bij haar begroting uitgegaan van totale sloop, hetgeen goedkoper is dan de toegepaste partiële sloop. Door partiële sloop konden echter intact gebleven elementen zoals een deel van de fundering, behouden blijven, hetgeen de schade beperkte. Het door EMN begrote bedrag bleek dus achteraf te laag te zijn, aldus [x] .
€ 60.000,--, zijnde minder dan 4% van de bouwsom. Uit de door [x] overgelegde stukken, die door Boretti niet zijn betwist, volgt dat een percentage van 4 à 5% van de bouwsom voor werkzaamheden in eigen beheer gebruikelijk is. Nu het door [x] gevorderde bedrag onder dit percentage zit, is dit bedrag toewijsbaar.
aan [x]van:
- het bij tussenvonnis toewijsbaar geachte bedrag ad € 147.106,17
- keukenmeubelen Tieleman 44.847,60
- opruimingskosten 24.226,83
- zwembad 21.420,00
- projectleiding
aan de Verzekeringsmaatschappijengezamenlijk van het bij tussenvonnis toewijsbaar geachte bedrag van
€ 500.000,00, alsmede van de kosten van de deskundigenrapporten van I-Tek ad € 7.966,28 en KEMA ad € 18.207,00. De wettelijke rente over het bedrag van € 500.000,-- zal worden toegewezen met ingang van 2 juni 2009, nu dit de datum is waarop de Verzekeringsmaatschappijen de schade hebben uitgekeerd. De wettelijke rente over de kosten van de deskundigenrapporten zal worden toegewezen met ingang van de respectieve factuurdata.
10.320,00(4,0 punten × factor 1,0 × tarief € 2.580,00)