Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Tenera B.V.,
1.Het procesverloop
2.De feiten
“te zwaar”vond.
3.Het verzoek en het verweer daartegen
4.Het tegenverzoek en het verweer daartegen
5.De beoordeling
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 40). Uitgaande van de uitleg die aan het begrip ‘ernstig verwijtbaar handelen of nalaten’ volgens de wetsgeschiedenis moet worden gegeven, kan niet worden geoordeeld dat de verstoring van de arbeidsverhouding het gevolg is van handelen of nalaten van [de werknemer] dat als ernstig verwijtbaar moet worden aangemerkt. Daarbij verwijst de kantonrechter mede naar hetgeen hiervoor is overwogen over het ontslag op staande voet.
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 34). Een dergelijke situatie doet zich hier niet voor. Daarover wordt het volgende overwogen.
Kamerstukken I, 2013-2014, 33 818, nr. C, pag. 99 en 113). Echter, in dit geval gaat het niet om een verzoek om toekenning van een billijke vergoeding op grond van artikel 7:681 lid 1, onderdeel a, BW, maar om een verzoek om toekenning van een billijke vergoeding op grond van artikel 7:671b lid 8, onderdeel c, BW, in het kader van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst. In dat laatste geval leidt de enkele omstandigheid dat eerder sprake is geweest van een (ongeldig) ontslag op staande voet niet zonder meer tot de conclusie dat de daarop volgende ontbinding van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever, maar is dat ontslag één van de omstandigheden die bij die beoordeling een rol kan spelen. De kantonrechter gaat er op zichzelf wel van uit dat het ontslag op staande voet van 4 februari 2016 heeft bijgedragen aan het ontstaan van een verstoorde arbeidsverhouding. Echter, uit hetgeen hiervoor is overwogen, volgt dat als vaststaand moet worden aangenomen dat aan dat ontslag is voorafgegaan dat [de werknemer] werkzaamheden is gaan verrichten voor Florencia Zorg en dat zij bij herhaling heeft geweigerd om een gesprek aan te gaan met Tenera om uitleg te geven over haar werkzaamheden voor Florencia Zorg. Dat betekent dat het ontslag op staande voet weliswaar een te vergaande sanctie was, maar dat het niet onredelijk was dat Tenera maatregelen wilde treffen jegens [de werknemer] . Voor zover het (ongeldige) ontslag op staande voet heeft bijgedragen aan de verstoring van de arbeidsverhouding, is dat ontslag daarom niet een zodanig vergaande schending van goed werkgeverschap dat om die reden geoordeeld moet worden dat de ontbinding van de arbeidsovereenkomst een gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van Tenera in de zin van artikel 7:671b lid 8, onderdeel c, BW.