Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van [eiseres]
- de pleitnota van de Staat.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
langdurigeleegstand
ener niet enig uitzicht op verandering in die situatie is. Het komt telkens aan op een afweging van het (in abstracto prevalerende) zelfbeschikkingsrecht van de eigenaar tegen het door de kraker uitgeoefende huisrecht. In die afweging - die wordt gemaakt in een juridisch maatschappelijke context waarin aan het “woonbelang” een hoge waarde wordt toegekend en waarin schaarste van woonruimte een zowel actueel als hardnekkig probleem is - kan een veelheid van factoren een rol spelen:
- de aard van het betrokken object (leent het zich voor bewoning of levert dat gezondheids- of veiligheidsrisico’s op?),
- de eigenaarsbelangen die met de ontruiming worden gediend (heeft de eigenaar concrete plannen? Moet hij het leveren of anderszins ter beschikking stellen van derden? Wat zijn de gevolgen van het uitblijven van die levering/terbeschikkingstelling? Hoe urgent en zeker is een en ander?),
- de wijze waarop het pand is gebruikt (zijn de bewoners zorgvuldig met het eigendom van anderen omgesprongen?),
- de opstelling van de bewoners in relatie tot de planontwikkeling door de eigenaar c.q. de planontwikkeling met het oog waarop de eigenaar wil ontruimen,
- de duur van de bewoning,
- het ontstaan van een eventuele noodtoestand aan de zijde van de bewoner(s).
het hier gaat om een voormalig schoolgebouw, waarvoor de gemeente Zaanstad inmiddels in de Stichting Surbeza een serieuze koper/huurder heeft gevonden.
Als die ruimte er is, leidt dat tot het oordeel dat Surbeza een rechtens te respecteren belang heeft bij die levering/terbeschikkingstelling. Immers, voorafgaand aan het op 8 september 2015 sluiten van de koop- en huurovereenkomst met de gemeente Zaanstad is aan de Stichting Surbeza een omgevingsvergunning verleend ter realisering van haar plannen. Voorts is de stichting op 4 november 2015 een horecavergunning verstrekt voor het gedeelte Slachthuisstraat 67A van het pand. De gemeente heeft de bezwaren die omwonenden tegen de vergunningverlening maakten ongegrond verklaard. Weliswaar zijn de hiertegen gevoerde procedures nog niet afgerond, maar dit staat niet aan de bevoegdheid van Surbeza in de weg direct na levering van het pand haar bouwplannen aan te vangen. Voorts acht de voorzieningenrechter voldoende aannemelijk dat Surbeza in staat is kort na levering activiteiten overeenkomstig haar doelstellingen in het pand te ontwikkelen. Het betreft een voormalig schoolgebouw, waarin Surbeza huiswerkbegeleiding wil geven. Niet weersproken is dat dit gebruik op grond van het vigerende bestemmingsplan is toegestaan.
816,00