Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Advocatenkantoor [verzoekster] ,
1.Procesverloop
2.De feiten
24 augustus 2016 is aangehouden tot de rolzitting van 21 september 2016. De griffie heeft een kopie van het zevende incident meegestuurd, met het verzoek aan de wederpartij in de hoofdzaak op de rolzitting van 21 september 2016 ook daarop te reageren.
[…] Voor het nemen van conclusies in een incident, proceshandelingen in het kader van een wijziging van eis en een eenvoudige akte wordt niet meer dan één termijn van maximaal vier weken verleend. […]
3.Het standpunt van verzoekster
4.Het standpunt van de kantonrechter
5.De beoordeling
17 augustus 2016 nog een zevende incident. Het beginsel van hoor en wederhoor vereist dat de wederpartij in de hoofdzaak voldoende gelegenheid krijgt om op alle incidenten te reageren en dus ook op het zevende. Dat de beslissing tot het verlenen van uitstel strikt genomen niet in lijn is met artikel 2.10 van het procesreglement maakt dit niet anders. Het procesreglement is immers bedoeld - zoals volgt uit de inleidende considerans - om de werkwijze en werkprocessen van de verschillende teams en afdelingen kanton in dagvaardingszaken te harmoniseren. Met het procesreglement is op geen enkele wijze beoogd een fundamenteel beginsel als dat van hoor en wederhoor ter zijde te schuiven.