Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Procesverloop
2.Het standpunt van verzoeker
3.De reactie van de rechter
De rechter heeft zoveel mogelijk rekening geprobeerd te houden met zijn psychische gesteldheid die reeds geschetst was in de dagvaarding. De rechter heeft de wederpartij nog voorgehouden dat deze weinig compassie toonde voor de menselijke kant, namelijk dat verzoeker door toedoen van de wederpartij geruime tijd geen inkomen heeft gehad, en zij heeft jegens verzoeker begrip getoond voor het feit dat dat bij hem gevoelens van frustratie moet hebben opgeroepen. Het is niet de bedoeling van de rechter geweest de situatie en psychische klachten van verzoeker te bagatelliseren en dat heeft zij, naar zij meent, ook niet gedaan.
Het is juist dat de wederpartij ter zitting stukken in het geding heeft gebracht. De rechter heeft verzoeker gevraagd of hij daar bezwaar tegen had. Deze stukken zijn ter zitting besproken en er is hoor en wederhoor toegepast. Verzoeker is niet in zijn procesbelangen geschaad. Het is niet juist dat verzoeker voortijdig de zitting heeft verlaten, hij heeft de zaal pas verlaten nadat de zitting was gesloten. Verzoeker heeft de zaal toen direct verlaten en de wederpartij volgde kort daarna. Met de wederpartij is na het sluiten van de zitting uiteraard niet meer gesproken over de zaak, aldus de rechter.