ECLI:NL:RBNHO:2016:10976

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
11 augustus 2016
Publicatiedatum
3 januari 2017
Zaaknummer
C/15/234648
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming van een vereffenaar in de nalatenschap van Amaneal KEBEDE

In deze beschikking van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, wordt het verzoek behandeld tot benoeming van een vereffenaar voor de nalatenschap van Amaneal KEBEDE, die op 5 augustus 2014 is overleden. De verzoekster, ING BANK N.V., heeft een hypothecaire geldlening afgesloten met de erflater en heeft het recht van eerste hypotheek op de woning van de erflater. De rechtbank is bevoegd om kennis te nemen van het verzoek, aangezien de laatste bekende woonplaats van de erflater in Langedijk was.

De rechtbank overweegt dat, ondanks de beneficiaire aanvaarding van de nalatenschap door de erfgenaam, er een noodzaak bestaat om een vereffenaar te benoemen. De wettelijk vereffenaar blijkt niet geschikt, omdat er geen feitelijke vereffening plaatsvindt en de nalatenschap onbeheerd blijft. De erfgenaam, de minderjarige zoon van de erflater, heeft de erfenis beneficiair aanvaard, maar er zijn geen andere erfgenamen bekend. De verzoekster heeft een vordering op de nalatenschap, die per 26 augustus 2015 € 107.130,01 bedraagt.

De rechtbank besluit het verzoek toe te wijzen en benoemt mr. L.E.D. Tjeertes tot vereffenaar. Tevens wordt bepaald dat de bekendmaking van deze beschikking uitsluitend in de Staatscourant hoeft plaats te vinden, gezien de kostenbesparing en de huidige mogelijkheden van informatievoorziening via internet. De beschikking is gegeven op 11 augustus 2016 en wordt openbaar uitgesproken door mr. P.E. van der Veen.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling privaatrecht
Sectie handel en insolventie
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rekestnummer: C/15/234648 / HA RK 15-182
Beschikking van 11 augustus 2016
in de zaak van
de naamloze vennootschap
ING BANK N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verzoekster,
advocaat mr. L.E.D. Tjeertes te Amsterdam
betreffende de
nalatenschap van
Amaneal KEBEDE,
geboren op 5 oktober 1968 te Asmara, Ethiopië,
overleden op 5 augustus 2014 te Langedijk,
hierna te noemen: de erflater

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het op 9 november 2015 ingekomen verzoekschrift tot het benoemen van een vereffenaar ex art 4:203 lid 1 sub b BW;
- de brief van 27 juni 2016 met de verklaring van de wettelijk vertegenwoordiger van de erfgenaam.

2.De beoordeling

2.1.
Het verzoek strekt tot het benoemen van een vereffenaar van de nalatenschap van erflater op grond van artikel 4:203 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
De laatste bekende woonplaats van erflater is Langedijk, zodat deze rechtbank bevoegd is kennis te nemen van het verzoek.
2.2.
Ingevolge voornoemd wetsartikel kan de rechtbank, ondanks dat er beneficiaire aanvaarding van een nalatenschap heeft plaatsgevonden, een vereffenaar benoemen op verzoek van een erfgenaam (artikel 4:203 lid 1 sub a BW) of van een belanghebbende of van het openbaar ministerie (art. 4:203 lid 1 sub b BW).
Het tweede (sub b) kan wanneer hij die met het beheer der nalatenschap is belast, in ernstige mate in de vervulling van zijn verplichtingen tekortschiet, daartoe ongeschikt is of niet voldoet aan een last tot zekerheidsstelling, wanneer de schulden der nalatenschap de baten blijken te overtreffen, of wanneer tot een verdeling van de nalatenschap wordt overgegaan voordat deze vereffend is.
2.3.
Op grond van het verzoekschrift moet worden uitgegaan van het volgende. Verzoekster heeft een overeenkomst van hypothecaire geldlening met erflater gesloten en heeft van erflater het recht van eerste hypotheek verkregen op de woning aan de Dorpsstraat 77 te (1721 BC) Broek op Langedijk. Dit onderpand valt in de nalatenschap zodat verzoekster een vordering op de nalatenschap heeft.
2.4.
Blijkens afschrift boedelregister heeft de bekende erfgenaam, de minderjarige zoon van erflater, de erfenis beneficiair aanvaard. Volgens de betrokken notaris zijn verder geen erfgenamen bekend. Ook zijn er geen akten op naam van erflater bekend.
2.5.
De wettelijk vereffenaar – althans diens wettelijk vertegenwoordiger – blijkt niet geschikt aangezien niet tot feitelijke vereffening wordt overgegaan. De nalatenschap is onbeheerd gebleven. De erfgenaam is in verzuim met de voldoening van hetgeen waarvoor de hypotheek tot waarborg strekt, zodat verzoekster op grond van artikel 3:268 BW bevoegd is het onderpand in het openbaar ten overstaan van een bevoegde notaris te doen verkopen. De totale vordering van verzoekster bedroeg per 26 augustus 2015 € 107.130,01. Doordat verzoekster op dit moment aan niemand rechtsgeldig de executie kan laten aanzeggen, is zij niet in staat om gebruik te maken van het recht tot parate executie. Omdat de wettelijk vereffenaar – althans diens wettelijk vertegenwoordiger – niet tot feitelijke vereffening overgaat, is er ook niemand die namens erflater tot reguliere onderhandse verkoop van het onderpand overgaat.
2.6.
De rechtbank overweegt als volgt. De nalatenschap wordt thans onbeheerd gelaten. Nu de wettelijk vereffenaar – althans diens wettelijk vertegenwoordiger – er geen bezwaar tegen heeft dat de rechtbank een vereffenaar benoemt, heeft de rechtbank afgezien van mondelinge behandeling van de zaak, zoals bedoeld in artikel 4:206 BW. De rechtbank is op basis van de inhoud van het verzoekschrift van oordeel dat verzoekster voor wie het gevaar bestaat dat haar vordering niet ten volle en niet binnen redelijke tijd zal worden voldaan als belanghebbende is aan te merken en dat hij die met het beheer der nalatenschap belast is in ernstige mate in de vervulling van zijn verplichtingen tekortschiet, zoals bedoeld in artikel 4:203 lid 1 sub b BW.
2.7.
Het verzoek is dus op de wet gegrond en zal worden toegewezen. Na te noemen mr. L.E.D. Tjeertes heeft zich bereid verklaard de benoeming van vereffenaar te aanvaarden.
2.8.
Stellend dat de lasten van de nalatenschap van erflater de baten naar verwachting ruimschoots zullen overtreffen en publicaties in dagbladen onnodig kostbaar zijn, heeft verzoekster uit het oogpunt van kostenbesparing verzocht dat de bekendmaking als bedoeld in artikel 4:206 lid 6 BW uitsluitend in de Staatscourant hoeft plaats te vinden en de te benoemen vereffenaars voor het overige te ontheffen van hun publicatieverplichting.
2.9.
Nu er in het onderhavige geval geen dwingende noodzaak bestaat voor de - kostbare - wettelijk voorgeschreven wijze van bekendmaking in een dagblad, zal deze niet worden voorgeschreven. De belanghebbenden kunnen - naast de publicatie in de Staatscourant - immers ook op een andere wijze, namelijk via internet, worden geïnformeerd. Dit leidt ook niet tot extra kosten.
De bekendmaking van deze beschikking zal plaatsvinden op www.rechtspraak/nl/uitspraken. Deze wijze van bekendmaking komt in de huidige tijd, waarin steeds meer huishoudens toegang tot internet hebben en steeds minder huishoudens over een krantenabonnement beschikken, beter tegemoet aan de bedoeling van de wetgever dan in de tijd dat de toegang tot internet nog niet algemeen was. De te benoemen vereffenaars zullen daarom deels worden ontheven van de wettelijke publicatieplicht, zoals hierna beslist.

3.De beslissing

De rechtbank:
3.1.
benoemt
mr. L.E.D. Tjeertes,
geboren op 14 april 1974,
kantoor houdend aan de Barbara Strozzilaan 101 te (1008 AB) Amsterdam,
tot vereffenaar in de nalatenschap van:
Amaneal KEBEDE,
geboren op 5 oktober 1968 te Asmara, Ethiopië,
laatstelijk wonende te Langedijk
overleden op 5 augustus 2014 te Langedijk,
3.2.
draagt de griffier op de benoeming van deze vereffenaar onverwijld in het boedelregister in te schrijven;
3.3.
draagt de vereffenaar op de benoeming bekend te maken in de Staatscourant en ontslaat de vereffenaar van de plicht tot publicatie in een nieuwsblad;
3.4.
verstaat dat deze beschikking bekend zal worden gemaakt door plaatsing op www.rechtspraak.nl/uitspraken.
Deze beschikking is gegeven door mr. P.E. van der Veen en in het openbaar uitgesproken op 11 augustus 2016. [1]

Voetnoten

1.LSH/PV