ECLI:NL:RBNHO:2015:6540
Rechtbank Noord-Holland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Verzoek om vervangende toestemming voor verhuizing met minderjarigen afgewezen
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 29 juli 2015 uitspraak gedaan in een verzoek van de vrouw om vervangende toestemming te verlenen voor verhuizing met haar minderjarige kinderen van Alkmaar naar Hengelo. De vrouw, bijgestaan door haar advocaat mr. C. de Bie-Koopman, stelde dat zij en haar partner, die in Hengelo woont, plannen hadden om een geregistreerd partnerschap aan te gaan en samen een kind te krijgen. De vrouw voerde aan dat haar huidige woning te klein en te duur was en dat zij weinig kans had op een sociale woning in Alkmaar. De man, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. A.M. Koopman, verzet zich tegen de verhuizing en vraagt de rechtbank om de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij hem te bepalen.
De rechtbank overweegt dat de vrouw toestemming van de man nodig heeft voor de verhuizing, aangezien zij gezamenlijk het gezag over de kinderen uitoefenen. De rechtbank stelt vast dat de vrouw onvoldoende heeft aangetoond dat er een noodzaak is voor de verhuizing naar Hengelo. De argumenten van de vrouw, zoals de hoge huurprijs en de relatie met haar partner, zijn niet voldoende om de belangen van de minderjarigen en de man te negeren. De rechtbank wijst het verzoek van de vrouw af en bepaalt dat de hoofdverblijfplaats van de minderjarige [kind 2] bij de man zal zijn, met ingang van 1 september 2015. De zorgregeling wordt aangepast, zodat de kinderen een weekend in de veertien dagen bij de vrouw verblijven, en de vakanties en feestdagen worden gelijk verdeeld.