ECLI:NL:RBNHO:2015:5517
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om gezag en omgangsregeling in familiezaken
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 1 juli 2015 uitspraak gedaan in een verzoek van de moeder om met het gezag over haar minderjarige zoon [Zoon 2] belast te worden. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.J.C. Engels, woont in Heerhugowaard. De oma, ook wonende in Heerhugowaard en vertegenwoordigd door advocaat mr. F. Riezebos, heeft een voorwaardelijk verzoek ingediend om een omgangsregeling vast te stellen tussen haar en [Zoon 2]. De vader, die in Leeuwarden woont en vertegenwoordigd wordt door advocaat mr. Y.M. Prins, heeft verweer gevoerd tegen de verzoeken van de moeder en de oma. De rechtbank heeft de procedure voortgezet na een eerdere beschikking van 19 november 2014, waarin de Raad voor de Kinderbescherming was ingeschakeld om het belang van de minderjarige te onderzoeken. De Raad heeft geadviseerd dat de oma het gezag over [Zoon 2] moet behouden, gezien de hechting van de minderjarige aan haar en de zorgen over de thuissituatie van de moeder. De rechtbank heeft de verzoeken van de moeder en de oma afgewezen, met de overweging dat het belang van [Zoon 2] het meest gediend is bij continuering van de huidige situatie, waarbij hij bij de oma blijft wonen. De rechtbank heeft ook geen beslissing genomen over de omgangsregeling, omdat daar geen verzoek voor lag. De moeder heeft ter zitting aangegeven dat zij samen met de vader de erkenning van [Zoon 2] zal regelen, en het verzoek tot gezamenlijk gezag is ingetrokken. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. A.S. Friedberg, kinderrechter, en griffier A.M. Bergen.