ECLI:NL:RBNHO:2015:11337
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning en overgang naar een LFNP-functie voor politieambtenaar met beroep op hardheidsclausule
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 1 december 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen een politieambtenaar (eiser) en de korpschef van politie (verweerder) over de toekenning van een functie in het Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP). Eiser was het niet eens met de toekenning van de functie 'Assistent Intake & Service B', die op 1 januari 2012 inging, en had bezwaar gemaakt tegen het besluit van verweerder. Het primaire besluit, dat op 16 december 2013 werd genomen, kende eiser deze functie toe, maar het bezwaar werd ongegrond verklaard in het bestreden besluit van 12 juni 2014.
Tijdens de zitting op 21 oktober 2015 is eiser niet verschenen, terwijl verweerder vertegenwoordigd was door zijn gemachtigde en enkele andere juristen. De rechtbank heeft overwogen dat de programmadirecteur HRM bevoegd was om het bestreden besluit te nemen, en dat de transponeringstabel, die als bijlage bij de Regeling overgang naar een LFNP-functie is gevoegd, niet kan worden aangemerkt als een algemeen verbindend voorschrift. De rechtbank heeft het motiveringsgebrek dat in het bestreden besluit aanwezig was, gepasseerd op grond van artikel 6:22 van de Algemene wet bestuursrecht, omdat eiser niet in zijn belangen was geschaad.
Eiser heeft ook aangevoerd dat de matching van zijn functie met de LFNP-functies onjuist was en dat hij recht had op toepassing van de hardheidsclausule. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat de matching niet conform de Regeling heeft plaatsgevonden. Bovendien is de rechtbank van mening dat de verschraling van taken en verantwoordelijkheden die eiser vreesde, geen onbillijke uitwerking van de Regeling vormde. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling uitgesproken.