ECLI:NL:RBNHO:2014:8578

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
14 augustus 2014
Publicatiedatum
5 september 2014
Zaaknummer
AWB-13_4539
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Indeling van multimediaspelers in het douanerecht en verzoek om terugbetaling van invoerrechten

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 14 augustus 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een Franse onderneming, en de inspecteur van de Belastingdienst/Douane. Eiseres had een verzoek om terugbetaling van invoerrechten ingediend, dat door de inspecteur aanvankelijk niet-ontvankelijk was verklaard, maar later alsnog ontvankelijk werd verklaard. Na inhoudelijke beoordeling werd het verzoek afgewezen, waarop eiseres beroep instelde. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

De zaak betreft de indeling van verschillende modellen multimediaspelers onder de juiste GN-codes. Eiseres stelde dat de modellen onder GN-code 8528 71 13 (douanerecht 0%) moesten worden ingedeeld, terwijl de inspecteur van mening was dat het verzoek om terugbetaling terecht was afgewezen. De rechtbank oordeelde dat eiseres niet voldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat de producten onder de door haar voorgestelde codes moesten worden ingedeeld. De rechtbank benadrukte dat de bewijslast bij eiseres lag en dat de indeling van de producten niet voldeed aan de vereisten voor de door eiseres voorgestelde codes.

De rechtbank concludeerde dat de modellen niet over de noodzakelijke functionaliteiten beschikten om onder de gewenste GN-code ingedeeld te worden. De uitspraak van de rechtbank werd openbaar gemaakt en partijen kregen de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Amsterdam. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier, E. Hoekman, en de uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer.

Uitspraak

Rechtbank noord-holland

Zittingsplaats Haarlem
zaaknummer: HAA 13/4539

uitspraak van de meervoudige kamer van 14 augustus 2014 in de zaak tussen

[X], gevestigd te [Z], Frankrijk, eiseres

(gemachtigde: mr. M. Ouwehand),
en
de inspecteur van de Belastingdienst/Douane, kantoor [P], verweerder.

Procesverloop

Verweerder heeft bij beschikking van 29 juni 2011 het verzoek om terugbetaling van eiseres niet-ontvankelijk verklaard.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 30 september 2013 het verzoek alsnog ontvankelijk verklaard en na een inhoudelijke beoordeling daarvan het bezwaar afgewezen.
Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Eiseres heeft vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn in afschrift verstrekt aan verweerder.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 15 juli 2014 te Haarlem. Namens eiseres is verschenen haar gemachtigde. Namens verweerder zijn verschenen mr. A.A. Kop, N. van Stokkem en G.J Werksma. Het beroep is gelijktijdig behandeld met het beroep van [A] B.V. (zaak HAA 13/4540).

Overwegingen

Feiten
1.
[B] B.V. heeft in de periode van 31 maart tot en met 23 december 2009 namens eiseres aangiften gedaan voor het brengen in het vrije verkeer voor [C], modellen [model 1], [model 2], [model 3], [model 4], [model 5],[model 6] en [model 7] en voor producten met de modelnummers [modelnummer 1] en[modelnummer 2]. Alle modellen/producten zijn aangegeven onder de GN-code 8522 90 80 (douanerecht 4%).
2.
De [C] worden aangeprezen als multimediaspelers waarmee muziek, foto’s en video’s kunnen worden opgeslagen en afgespeeld op een externe monitor. Daartoe hebben de [C] aan de achterzijde diverse aansluitingen (USB-poorten, composiet A/V-ingangen en HDMI-poorten). Ieder model ondersteunt een groot aantal video-, audio- en fotoformaten. Ten tijde van de invoer bevatten deze modellen geen tv-tuner en geen hard disk.
3.
De modellen [model 1], [model 2], [model 3], [model 4], [model 5] en[model 6] beschikken bij invoer over een [#]-uitgang. Model [model 7] beschikt bij invoer niet over een [#] uitgang.
4.
De handleiding bij model [model 1] houdt, voor zover thans van belang, onder meer in:

1.4.6 Connecting to a LAN
To connect to a LAN (Local Area Network) you require a cat5, cat5e of cat6 network cable (not supplied).
(1) Connect one of the crystal plugs on the cable to the player’s [#] LAN socket;
(2) Connect the other crystal plug on the cable to a [#] LAN port on your router, switch, or hub devices.”
5.
De producten[modelnummer 2] en [modelnummer 1] bevatten bij invoer geen tv-tuner, geen hard disk en geen [#]-uitgang.

Geschil1.In geschil is of het verzoek om terugbetaling terecht is afgewezen.

2.
Eiseres stelt zich ten aanzien van de [C], modellen [model 1], [model 2], [model 3], [model 4], [model 5] en[model 6] primair op het standpunt dat deze moeten worden ingedeeld onder GN-code 8528 71 13 (douanerecht 0%). Subsidiair stelt zij zich op het standpunt dat indeling dient plaats te vinden onder GN-code 8473 30 80 (douanerecht 0%).
Ten aanzien van de [C] [model 7] en de producten [modelnummer 1] en[modelnummer 2] is zij van mening dat indeling dient plaats te vinden onder GN-code 8473 30 80.
Eiseres concludeert tot toewijzing van het verzoek om terugbetaling en tot veroordeling van verweerder in vergoeding van de werkelijke proceskosten.
3.
Verweerder stelt zich op het standpunt dat het verzoek om terugbetaling terecht is afgewezen. Wat betreft de producten [modelnummer 1] en[modelnummer 2] kan het verzoek om terugbetaling niet goed worden beoordeeld omdat eiseres niet inzichtelijk heeft gemaakt wat voor producten het betreft. Een proceskostenveroordeling is niet aan de orde.
Van toepassing zijnde regelgeving
De van belang zijnde goederencodes (tekst 2009) luiden als volgt:
8471 Automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor; magnetische en optische lezers, machines voor het in gecodeerde vorm op dragers overzetten van gegevens en machines voor het verwerken van die gegevens, elders genoemd noch elders onder begrepen:
8473 Delen en toebehoren (andere dan koffer, hoezen en dergelijke) waarvan kan worden onderkent dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor machines en toestellen bedoeld bij de posten 8469 tot en met 8472:
(…)
8473 30 – delen en toebehoren van de machines bedoeld bij post 8471:
(…)
8473 30 80 – – andere
8522 Delen en toebehoren, waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk zijn bestemd voor de toestellen en apparaten bedoeld bij de posten 8519 tot en met 8521;
(…)
8522 90 – andere
(…)
– – andere:
(…)
8522 90 80 – – – andere
8528 Monitors en projectietoestellen, niet uitgerust met ontvangtoestel voor televisie; ontvangtoestellen voor televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel voor radio-omroep of toestel voor het opnemen of weergeven van geluid of van beelden:
(…)

ontvangtoestellen voor televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel voor radio-omroep of toestel voor het opnemen of weergeven van geluid of van beelden:
8528 71 – – niet ontworpen om een beeldscherm of videoscherm te bevatten:
– – – videotuners:
(…)
8528 71 13 – – – – toestellen gestuurd door een microprocessor, uitgerust met een ingebouwde modem voor toegang tot het internet, een functie voor interactieve informatie-uitwisseling en de mogelijkheid tot ontvangst van televisiesignalen (“settopboxen met communicatiefunctie”)
Aantekening 3 op afdeling XVI luidt:
Voor zover niet anders is bepaald, worden combinaties van machines van verschillende soorten, die bestemd zijn om gezamenlijk te functioneren en die een geheel vormen, alsmede machines met twee of meer verschillende (afwisselende of aanvullende) functies, ingedeeld naar de hoofdfunctie die kenmerkend is voor het complex.
Beoordeling van het geschil
1.
De rechtbank stelt voorop dat op eiseres de bewijslast rust om aannemelijk te maken dat zij op grond van artikel 236 van het Communautair Douanewetboek (hierna: CDW) recht heeft op terugbetaling van rechten bij invoer.
2.
Ten aanzien van de producten met de modelnummers [modelnummer 1] en[modelnummer 2] heeft eiseres niet aan haar bewijslast voldaan. Met de enkele blote stelling dat deze modellen lege omhulsels (‘casings’) betreffen die na invoer van een harde schijf worden voorzien en dan met name als opslageenheid worden gebruikt, heeft eiseres niet aannemelijk gemaakt dat deze producten onder GN-code 8473 30 80 moeten worden ingedeeld en dat zij recht heeft op terugbetaling van rechten bij invoer.
3.
Wat betreft de [C] [model 1], [model 2], [model 3], [model 4], [model 5],[model 6] en [model 7] heeft eiseres ter zitting verklaard dat wat betreft de voor de indeling relevante objectieve kenmerken en eigenschappen van al deze modellen kan worden uitgegaan van de zich bij de stukken bevindende productinformatie over model [model 1], met dien verstande dat model [model 7] als enige niet over een [#]-uitgang beschikt.
4.
Eiseres stelt zich primair op het standpunt dat de modellen [model 1], [model 2], [model 3], [model 4], [model 5] en[model 6] over een communicatiefunctie beschikken door middel van de [#]-uitgang en daarom onder GN-code 8528 71 13 moeten worden ingedeeld, hetzij op grond van indelingsregels 1 en 6, hetzij op grond van indelingsregel 3b, hetzij op grond van indelingsregel 3c.
5.
Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft in zijn arrest van 22 november 2012, gevoegde zaken C-320/11, C-330/11, C-382/11 en C-383/11 (Digitalnet OOD e.a.) in rechtsoverweging 47 geoordeeld dat een toestel slechts kan worden ingedeeld onder GN-postonderverdeling 8528 71 13 indien het louter door middel van een ingebouwd modem toegang tot het internet kan verschaffen. De toegang tot het internet moet dus worden bewerkstelligd zonder dat gebruik wordt gemaakt van een ander toestel of mechanisme. Uit de hiervoor weergegeven passage uit de handleiding bij model [model 1] blijkt dat vanaf de [C] geen rechtstreekse verbinding met het internet kan worden gemaakt, maar dat voor het tot stand brengen van een internetverbinding de [#]-uitgang op een extern modem of externe router moet worden aangesloten. Nu geen sprake is van een toestel dat is uitgerust met een ingebouwd modem voor toegang tot het internet komen de modellen [model 1], [model 2], [model 3], [model 4], [model 5] en[model 6] niet voor indeling onder GN-code 8528 71 13 in aanmerking. Dat de Franse douaneautoriteiten met ingang van 22 februari 2012 een bti hebben afgegeven aan eiseres voor de [C] [##] voor goederencode 8528 71 15 leidt niet tot een ander oordeel, reeds omdat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is van een model dat soortgelijk is aan de onderhavige modellen.
6.
Eiseres stelt zich ten aanzien van model [model 7] en subsidiair ten aanzien van de modellen [model 1], [model 2], [model 3], [model 4], [model 5] en[model 6] op het standpunt dat deze dienen te worden ingedeeld onder GN-code 8473 30 80, aangezien de modellen ten tijde van de invoer niet over een harde schijf beschikken, maar de harde schijf na invoer wordt ingebouwd en dit het essentiële kenmerk van het eindproduct is. Met die enkele blote stelling heeft eiseres niet aannemelijk gemaakt dat deze modellen onder GN-code 8473 30 80 moeten worden ingedeeld en dat zij recht heeft op terugbetaling van rechten bij invoer.
7.
Gelet op het vorenoverwogene dient het beroep ongegrond te worden verklaard.
Proceskosten
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.H.L.C. Bijvoet, voorzitter, en mr. A. van Dongen en mr. M.C.A. Onderwater, leden, in aanwezigheid van E. Hoekman, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 14 augustus 2014.
griffier voorzitter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na verzending hoger beroep instellen bij het gerechtshof Amsterdam (belastingkamer), Postbus 1312,
1000 BH Amsterdam.
Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:
1.
bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd.
2.
het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;
d. de gronden van het hoger beroep.