ECLI:NL:RBNHO:2014:7985
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bezwaar tegen niet-ontvankelijk verklaring van terugvordering huurtoeslag
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 22 augustus 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. J. Sprakel, en de Belastingdienst/Toeslagen, vertegenwoordigd door J. Chattou. Eiser had bezwaar gemaakt tegen een brief van 16 oktober 2012 waarin hem werd medegedeeld dat hij € 828,- moest terugbetalen aan te veel ontvangen huurtoeslag. De Belastingdienst verklaarde het bezwaar van eiser op 11 juli 2013 kennelijk niet-ontvankelijk, wat leidde tot beroep bij de rechtbank.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er een onverbrekelijke samenhang bestaat tussen de brief van 16 oktober 2012 en het besluit van 17 oktober 2012. Eiser had mogen begrijpen dat de uitkomst van de bezwaarprocedure was dat hij het bedrag moest terugbetalen. De rechtbank oordeelde dat de Belastingdienst het bezwaar ten onrechte niet-ontvankelijk had verklaard, omdat de brief van 16 oktober 2012 een bestanddeel was van de beslissing op bezwaar. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit en het besluit van 16 oktober 2012, maar liet de besluiten van 17 oktober 2012 en 12 november 2012 in stand.
De rechtbank heeft ook bepaald dat de Belastingdienst het door eiser betaalde griffierecht moet vergoeden en veroordeelde de Belastingdienst in de proceskosten van eiser, die zijn vastgesteld op € 1.461,-. Het verzoek van eiser om schadevergoeding werd afgewezen, omdat dit niet was onderbouwd. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.